Om in aanmerking te komen voor de WMO dient u contact op te nemen met uw gemeente. Medewerkers van uw gemeente gaan samen met u na of er huishoudelijke hulp nodig is, en hoeveel hulp er nodig is. Het bepalen of er huishoudelijke hulp nodig is en in welke mate dat is, wordt de indicatiestelling genoemd.
Bel voor het opvragen van losse documenten de Wmo Helpdesk: 0800 0643. Dit telefoonnummer is gratis en bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 08.00 uur tot 18.00 uur. U ontvangt de documenten binnen 2 weken.
huishoudelijke hulp (zoals hulp bij het opruimen, schoonmaken en ramen zemen); maatschappelijke opvang (bijvoorbeeld blijf-van-mijn-lijfhuizen en daklozenopvang).
Om de houdbaarheid van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo 2015) te verbeteren, heeft het kabinet besloten om voor alle Wmo-voorzieningen waar nu het abonnementstarief voor geldt, een inkomensafhankelijke eigen bijdrage in te voeren.
Goed om te weten: niet al uw spaargeld telt mee. Er is in 2021 een vrijstelling van 31.340 euro per persoon. Heeft u dus een vermogen dat lager is dan de vrijstelling, dan heeft dat geen invloed op de eigen bijdrage. De hoogte van de vrijstelling kan per jaar verschillen.
Het heffingsvrij vermogen is in 2021 omhoog gegaan naar € 50.000. Het kabinet heeft besloten dat deze verhoging niet mag doorwerken in andere regelingen. Daarom is de berekening van de eigen bijdrage voor klanten met vermogen aangepast. Vanaf 2023 kijken we niet meer naar het heffingsvrij vermogen.
Wanneer u niet meer in staat bent om uw huishouden zelf te doen (bijvoorbeeld door een ongeval, ziekte of omdat u slecht ter been bent), kunt u huishoudelijke hulp inschakelen. Om in aanmerking te komen voor de WMO dient u contact op te nemen met uw gemeente.
U betaalt voor de meeste Wmo hulp en ondersteuning € 19,00 per maand. Dit wordt het abonnementstarief genoemd. Het abonnementstarief geldt voor alle maatwerkvoorzieningen en voor de algemene voorzieningen waarbij sprake is van een duurzame hulpverleningsrelatie.
Het kan zijn dat u een indicatie voor Wmo-voorzieningen moet krijgen. In de praktijk betekent dit dat een wijkverpleegkundige bij u langs zal gaan om een zorgprofiel op te stellen. De wijkverpleegkundige stelt vast welke zorgbehoeften u heeft en welke voorzieningen u daar op aansluiten.
Gemeenten ondersteunen mensen met een ziekte of beperking en ouderen die thuis wonen. Het doel is dat mensen zo lang mogelijk zelfstandig kunnen wonen en dat zij goed mee kunnen doen in de maatschappij. Dit is geregeld in de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo).
De termijn waarin de gemeente moet beslissen: Wmo aanvragen: 8 weken. Woonruimteaanpassing: 16 weken. Beschikking op een bezwaar: 6 weken.
Hoe wordt huishoudelijke hulp vergoed? Dat kan op twee manieren: Door de gemeente vanuit de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) Door het zorgkantoor vanuit de Wet langdurige zorg (Wlz)
De kosten voor particuliere thuiszorg zijn afhankelijk van welke vorm van zorg wordt geboden. De tarieven liggen tussen de € 15 en € 60 per uur.
De Wmo kent 2 soorten ondersteuning, deze worden ook wel voorzieningen genoemd: Algemene voorzieningen: door iedereen te gebruiken, zoals de boodschappenservice, maaltijdvoorziening en klussenhulp. Maatwerkvoorzieningen: op uw behoefte afgestemde hulpmiddelen en aanpassingen, zoals een traplift of rolstoel.
Als je zelf niet meer kunt instaan voor het regelmatig onderhoud van je woning, kun je een beroep doen op poetshulp. Je kunt daarvoor terecht bij diensten voor gezinszorg of soms het OCMW. De kostprijs van de poetsdienst is afhankelijk van het inkomen van jezelf of je gezin en van de gezinssamenstelling.
Anderhalf uur huishoudelijke hulp in de week is genoeg voor een schoon huis, zo concludeerde de rechter deze week in Utrecht.
Als huishoudelijke hulp in loondienst verdient u een minimumloon van € 10,18 per uur. Op basis van werkervaring verdient u meer: 1 jaar werkervaring: gemiddeld € 12,10 per uur. 2-9 jaar werkervaring: gemiddeld € 12,50 per uur.
De heffingsvrije grens voor belastingvrij sparen bedraagt 57.000 euro per persoon. Fiscaal partners hebben samen recht op een heffingsvrije grens van 114.000 euro. In 2022 was dit nog 50.650 euro per persoon of dus 101.300 euro voor fiscaal partners. De Belastingdienst kijkt niet alleen naar hoeveel spaargeld je hebt.
Het heffingsvrijvermogen is in 2023 € 57.000 per persoon. Dus voor u en uw fiscaal partner samen € 114.000. Grondslag sparen en beleggen: € 350.000 - € 114.000 = € 236.000. U en uw fiscaal partner geven ieder de helft van de grondslag sparen en beleggen op.
De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is bedoeld voor mensen die hulp nodig hebben bij het zelfstandig thuis wonen, het ontmoeten van anderen en voor de ondersteuning van mantelzorgers. Voorbeelden van ondersteuning uit de Wmo zijn: maaltijdservice, huishoudelijke hulp en een scootmobiel.
Vermogen is bijvoorbeeld spaargeld, dure sieraden of een auto. Als u alleen woont geldt een maximumbedrag van € 7.605, en als u met uw partner of met een kind (jonger dan 18 jaar) woont € 15.210 (bedragen voor 2023). Heeft u meer vermogen? Dan kunt u geen AIO-aanvulling krijgen.
In 2023 betaalt bijna iedereen voor hulp of ondersteuning vanuit de Wmo een eigen bijdrage van maximaal € 19,- per maand. Het kan ook minder zijn. Gemeenten mogen de eigen bijdrage van € 19,- namelijk verlagen.