Kort gezegd komt het erop neer dat u via de Wmo een vergoeding kunt krijgen voor alle ondersteuning in en om het huis, zoals aanpassingen in de woning, huishoudelijke hulp en vervoersvoorzieningen. Ook ondersteunt de Wmo zaken als mantelzorg (hulp van familie en vrienden), vrijwilligerswerk en voorlichting.
De Wmo kent 2 soorten ondersteuning, deze worden ook wel voorzieningen genoemd: Algemene voorzieningen: door iedereen te gebruiken, zoals de boodschappenservice, maaltijdvoorziening en klussenhulp. Maatwerkvoorzieningen: op uw behoefte afgestemde hulpmiddelen en aanpassingen, zoals een traplift of rolstoel.
Wat regelt de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)? Uw gemeente voert de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) uit. Deze wet is bedoeld voor mensen die hulp nodig hebben bij het zelfstandig thuis wonen en het ontmoeten van anderen. Maar ook voor de ondersteuning van mantelzorgers, om overbelasting te voorkomen.
De Wmo levert maatschappelijke ondersteuning: hulp om zelfstandig te blijven wonen en mee te doen in de samenleving. Wijkverpleging is verpleging en verzorging met een medische noodzaak; zorg zoals een verpleegkundige die pleegt te bieden.
U betaalt voor de meeste Wmo hulp en ondersteuning € 19,00 per maand. Dit wordt het abonnementstarief genoemd.
Het heffingsvrij vermogen is in 2021 omhoog gegaan naar € 50.000. Het kabinet heeft besloten dat deze verhoging niet mag doorwerken in andere regelingen. Daarom is de berekening van de eigen bijdrage voor klanten met vermogen aangepast. Vanaf 2023 kijken we niet meer naar het heffingsvrij vermogen.
omvang van 40 uur per week. Deze normtijden worden gebruikt bij het berekenen van de totale benodigde tijd voor de activiteiten met betrekking tot kinderen.
De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is bedoeld voor mensen die hulp nodig hebben bij het zelfstandig thuis wonen, het ontmoeten van anderen en voor de ondersteuning van mantelzorgers. Voorbeelden van ondersteuning uit de Wmo zijn: maaltijdservice, huishoudelijke hulp en een scootmobiel.
Om in aanmerking te komen voor de WMO dient u contact op te nemen met uw gemeente. Medewerkers van uw gemeente gaan samen met u na of er huishoudelijke hulp nodig is, en hoeveel hulp er nodig is. Het bepalen of er huishoudelijke hulp nodig is en in welke mate dat is, wordt de indicatiestelling genoemd.
Wat kost de WMO? Hulp en ondersteuning vanuit de WMO is niet gratis. Gemeenten vragen een eigen bijdrage van burgers (vanaf 18 jaar) voor het ontvangen van ondersteuning, zoals huishoudelijke hulp en andere voorzieningen. Vraag bij jouw gemeente wat de eigen bijdrage is.
Het kan zijn dat u een indicatie voor Wmo-voorzieningen moet krijgen. In de praktijk betekent dit dat een wijkverpleegkundige bij u langs zal gaan om een zorgprofiel op te stellen. De wijkverpleegkundige stelt vast welke zorgbehoeften u heeft en welke voorzieningen u daar op aansluiten.
Voorzieningen die niet worden geregeld via de Wmo zijn: Hulpmiddelen voor tijdelijk gebruik (krukken, rollators , een douchestoel) Indien u een tijdelijk hulpmiddel nodig heeft, moet u contact opnemen met de thuiszorgwinkel, het thuiszorguitleenmagazijn of uw zorgverzekeraar.
Wmo-beschikkingen zijn vaak beperkte tijd geldig, bijvoorbeeld 2 jaar. Mensen met langdurige beperkingen moeten daardoor steeds opnieuw ondersteuning aanvragen. Sommige gemeenten geven langdurige beschikkingen af als duidelijk is dat iemand levenslang ondersteuning nodig heeft. Het ministerie van VWS juicht dit toe.
U komt in aanmerking voor een Wmo-voorziening als u voldoet aan de volgende voorwaarden: U bent niet meer zelfredzaam en u kunt niet meer meedoen in de samenleving omdat u een aandoening of een beperking hebt. Of omdat u langdurige zorg nodig hebt. U hebt geen of onvoldoende mogelijkheden het zelf op te lossen.
De eigen bijdrage voor ondersteuning uit de Wmo bedraagt in 2020 en 2021 standaard € 19,00 per maand. Dit tarief geldt ongeacht het inkomen of vermogen. Een uitzondering vormen de gezamenlijke huishoudens (meerpersoonshuishoudens) waarin iemand nog niet de AOW-leeftijd heeft bereikt.
Eigen kracht betekent: je eigen leven kunnen vormgeven en problemen zelf kunnen oplossen. In de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) staat dat burgers een eigen verantwoordelijkheid hebben voor hoe ze hun leven inrichten.
De norm voor het reageren van de gemeente op een aanvraag voor een Wmo is zes weken. Het gebeurt echter veel te vaak dat deze zes weken niet gehaald wordt door de gemeente.
De termijn waarin de gemeente moet beslissen: Wmo aanvragen: 8 weken. Woonruimteaanpassing: 16 weken. Beschikking op een bezwaar: 6 weken.
Het Wmo-loket of het sociale wijkteam van uw gemeente geeft u informatie over de Wmo. En helpt u bij de aanvraag van voorzieningen uit de Wmo. U kunt bij uw gemeente ook vragen naar de gratis cliëntondersteuning.
U kiest zelf van wie en wanneer u zorg ontvangt. Een pgb is mogelijk als u zorg of ondersteuning nodig heeft vanuit de gemeente (Wmo) of als u verpleging en verzorging nodig heeft vanuit de zorgverzekering. Langdurige, intensieve zorg vanuit de Wlz kunt u ook regelen in de vorm van een pgb.
Mogelijkheden Wlz-zorg thuis
1 zorgaanbieder levert alle zorg bij u aan huis. Hierbij horen ook maaltijden, huishoudelijke hulp en dagbesteding. Eigenlijk ontvangt u dus dezelfde zorg als in een zorginstelling, maar dan thuis. De huur of de hypotheek van uw woning moet u zelf blijven betalen.
Tarieven informele pgb-zorg aan naasten
Het maximale informele uurtarief vanuit de Wlz is € 22,98 per uur bruto (2023). Het maximale informele uurtarief in de Zvw is € 26,52 per uur bruto (2023). De zorgverzekeraars bepalen dit uurtarief. Gemeenten bepalen zelf een maximumtarief.