Een beschouwing opinieert. Dat gaat via meningen, zoals in een opiniestuk. Zo kun je een onderwerp van verschillende kanten belichten, en een lezer of luisteraar zijn eigen mening laten vormen of verder aan het denken zetten. Een betoog probeert te overtuigen.
Bij een betoog neemt de schrijver een duidelijk standpunt in over het onderwerp en probeert de schrijver de lezers aan de hand van een feitelijke argumentatie van dit standpunt te overtuigen. Een beschouwing is een essay waarin verschillende standpunten over een bepaalde stelling worden gegeven.
A: Uiteenzetting: op een neutrale manier wordt een probleem beschreven. B: Betoog: de schrijver wil de lezer overtuigen van de onduidelijkheid in werken met tekstsoorten. C: Beschouwing: de schrijver belicht het onderwerp van verschillende kanten en wil de lezer tot nadenken stemmen.
Een betoog is het sterkst wanneer je veel feitelijke argumenten gebruikt en waarbij je ook duidelijk aangeeft waar je de informatie vandaan hebt gehaald; je noemt de bron. Andere, iets minder sterke argumenten, zijn waarderende argumenten. Over waarderende argumenten kun je van mening verschillen.
Een betoog is een verdediging van een standpunt door het geven van argumenten of ontkrachten van tegenargumenten. Een betoog onderscheidt zich van andere manieren om een stelling te verkondigen door de stelligheid waarmee de stelling verkondigd wordt en de veelal subjectieve argumenten die gegeven worden.
Een beschouwing is een objectieve tekst waarbij de schrijver de lezers van de beschouwing zelf een mening laten vormen. De mening van de schrijver is niet belangrijk en hoef dus ook niet besproken te worden. De schrijver legt de lezer bepaalde standpunten voor en laat de lezer zelf beslissen wat hij of zij ervan vindt.
Vele onderzoeken tonen aan dat de spanningsboog van mensen die luisteren beperkt is. Een gemiddeld betoog zou dan ook niet langer dan 20 minuten mogen duren. Althans, als de spreker graag wil dat de toehoorder er ook nog iets van onthoudt.
Inleiding (Kop)
De inleiding van een betoog bestaat meestal uit twee delen. In het eerste deel introduceer je het onderwerp aan de lezer. Je vertelt waarom het relevant is om het hier nu over te hebben in plaats van over een ander onderwerp. Zo is het voor de lezer logisch wanneer je de stelling introduceert.
Bedenk welke argumenten je wilt gebruiken om je standpunt te verdedigen en in welke volgorde je ze gaat presenteren. Schrijf de inleiding. Schrijf een inleiding waarin je het onderwerp introduceert en je stelling presenteert. Geef ook aan waarom het onderwerp belangrijk is en wat het doel van je betoog is.
Een beschouwing is een tekst waarvan het doel is om de lezer kennis te laten maken met verschillende meningen, zodat de lezer ten slotte zijn eigen mening kan vormen (opiniëren). Hierin verschilt de beschouwing van het betoog, waarvan het doel is de lezer te overtuigen van een standpunt.
Wat is een beschouwing? Een beschouwing is een objectieve tekst waarbij de schrijver de lezers van de beschouwing zelf een mening laten vormen. Hij zet zijn lezers dus aan het denken. De mening van de schrijver is niet belangrijk en mag er ook niet in staan, anders wordt het een betoog.
Bij een beschouwing is het namelijk de bedoeling dat jij als lezer je eigen mening objectief kan bepalen. De schrijver kan wel voor- en nadelen of meningen van anderen geven.
Opiniëren: je geeft jouw mening. Dat doe je bijvoorbeeld in een recensie, een evaluatie of discussiestuk. Overtuigen: je wilt jouw lezer overtuigen. Daarvoor schrijf je een betoog of een voorstel.
Hieronder wat details (je kan kiezen uit vier stellingen): Kies slechts één van de vier stellingen. van onder genoemde stellingen, leidt dat tot een onvoldoende. Schrijf een betoog van 450 tot 600 woorden.
Conclusie. In de conclusie geef je uiteindelijk een korte samenvatting van je beschouwing, waarbij je alle belangrijke oorzaken, gevolgen en oplossingen noemt.
Gebruik het woordje 'dus' in het slot, dit maakt je stelling aannemelijk. Het slot is de uitsmijter van de tekst, sluit dus nooit af met 'dit was mijn betoog' of 'einde'. Kopjes kunnen gebruikt worden om structuur aan te brengen.
Een beschouwende tekst
De tekst belicht het onderwerp van allerlei verschillende kanten. Het doel is om informatie te bieden en de lezer aan het denken te zetten. Een beschouwende tekst is vooral objectief.
Alinea 1: Inleiding. Alinea 2: Stelling. Alinea 3: Argumenten voor. Alinea 4: Argumenten tegen.
In het slot kom je terug op de in de inleiding gestelde vraag of gegeven probleemstelling. Je kan een korte samenvatting geven, je conclusie geven, een afweging maken, een oproep of aanbeveling doen of je verwachtingen uitspreken.
Een beschouwing begint met het vraagstuk, dan bekijkt de schrijver het van verschillende kanten en komt uiteindelijk tot een eigen positie in deze kwestie of hij blijft zijn vraag houden. Een beschouwing wil niet overtuigen, maar wil de discussie verrijken: bekijk het ook eens van deze kant.
Elk betoog en beschouwing heeft een inleiding, middenstuk en een slot. De inleiding begint met een aandachtstrekker, gevolgd door de een uiteenzetting van het probleem en de centrale stelling en eindigt met de structuuraanduiding.