Het spaarbedrag verschilt per leeftijd: hoe ouder, des te meer wordt er gespaard. Vergeleken met 2016 sparen vooral 17- en 18- jarigen meer: van gemiddeld 89 euro per maand naar 114 euro. Scholieren die sparen hebben een gemiddeld spaartegoed van 1.392 euro.
Maar hoeveel spaargeld heeft de gemiddelde Nederlander op de bank staan? Uit de meest recente (voorlopige) cijfers van het CBS (laatst gewijzigd 19 oktober 2020) hebben particuliere huishoudens (een huishouden dat bestaat uit één of meer personen die samen een woonruimte bewonen) een gemiddeld spaartegoed van €42.300.
De conclusie is dat 61% van de mensen tussen de 20-25 jaar minder dan €3000 spaargeld hebben. De overige 39% heeft logischerwijs meer dan €3000 spaargeld. Twintigers beginnen tegenwoordig later met werken dan vorige generaties en dat zorgt voor een lage hoeveelheid spaargeld.
Gemiddeld heeft een 18 jarige €7.900 vermogen. Het vermogen vanaf 25 jaar begint bij €20.400. Dit verschil komt, doordat de meeste 18 jarige weinig kunnen werken, doordat ze meestal nog naar school gaan. Daarnaast is het minimumloon voor 18 jarige veel lager dan voor andere leeftijdscategorieen.
Een gemiddeld Nederlands huishouden had aan het begin van 2022 ongeveer € 50.000 aan spaargeld. Dit klinkt als een flinke som. Toch had 20% van de huishoudens in 2012 nog helemaal geen buffer en 20% een te kleine buffer voor hun salaris en leefomstandigheden.
Dus hoeveel spaargeld heeft een 20-jarige gemiddeld? De conclusie is dat 61% van de mensen tussen de 20-25 jaar minder dan €3000 spaargeld hebben. De overige 39% heeft logischerwijs meer dan €3000 spaargeld.
Hoeveel mensen hebben 200.000 euro spaargeld? €100.000 – €200.000 vermogen: 909.000 huishoudens. €200.000 – €500.000 vermogen: 1.075.000 huishoudens.
Het Nibud adviseert om 10% van je netto inkomen te sparen. Je hoeft niet elke maand 10% opzij te zetten. Het kan de ene keer wat meer en de andere keer wat minder zijn. Als je maar wel gemiddeld aan 10% komt.
Financiële experts hanteren vaak de volgende regel: een veilige spaarbuffer bedraagt drie tot zes keer uw (gemeenschappelijke) maandloon. Bij een netto maandloon van 2.700 euro bedraagt een gezonde reserve 8.100 tot 16.200 euro.
Toch is het redelijk als een kind dat een eigen inkomen heeft, een bijdrage in de woonkosten betaalt. Zo leert je kind dat levensonderhoud geld kost, dit is goed voor een goede voorbereiding op verdere zelfstandigheid. Er is geen standaard kostgeldbedrag.
Mensen die structureel geld opzij zetten, sparen vaak meer da huishoudens die dit niet doen. Structurele spaarders storten gemiddeld € 216 per maand op hun spaarrekening. Gemiddeld sparen Nederlanders ongeveer 6,5% van wat ze netto verdienen. Iets minder dan de Nibud-richtlijn dus.
Kleine groep met veel geld (en stenen)
Veruit het grootste deel daarvan is in handen van slechts een kleine groep. De rijkste tien procent heeft een vermogen van 809 miljard euro, 64 procent van het totaal. De rijkste 20 procent hebben samen zelfs bijna 83 procent van het totale vermogen in handen.
Nederland telde in 2021 voor het zevende jaar op rij meer miljonairs dan het voorgaande jaar: 317.000 huishoudens hadden een vermogen van meer dan een miljoen euro, dat zijn er 32.000 meer dan in 2020. In 2021 kon een op de vijfentwintig huishoudens zich tot de miljonairshuishoudens rekenen.
Vanaf je 18e kan je het geld van je spaarrekening gebruiken. Maar hoeveel spaargeld moet je nu hebben? Het Nibud adviseert om elke maand 10% van je netto-inkomen opzij te zetten voor plotselinge kosten. Je hoeft echt niet elke maand precies 10% te sparen.
Is 10000 euro spaargeld veel? Veertig procent van de Nederlanders die tussen de 20 en 45 jaar oud zijn heeft 10.000 tot 25.000 euro spaargeld of meer. Dat is net iets meer dan het percentage mensen dat minder dan 3.000 euro spaargeld heeft.
Wat is de belastingvrije voet voor spaargeld? Of met andere woorden, hoeveel geld kun je belastingvrij sparen? In fiscaal jaar 2022 is dit bedrag € 50.650 of € 101.300 voor fiscale partners. Voor 2023 gaat dit bedrag omhoog naar ongeveer € 57.000, of ongeveer € 114.000 voor fiscale partners.
€100.000 – €200.000 vermogen: 909.000 huishoudens. €200.000 – €500.000 vermogen: 1.075.000 huishoudens. €500.000 – €1.000.000 vermogen: 314.000 huishoudens. €1.000.000+ vermogen: 169.000 huishoudens.
Sparen is voor veel mensen belangrijk: de een spaart voor de studie van zijn kind, de ander voor die mooie vakantie of voor een nieuwe auto. Toch spaart lang niet iedereen voldoende. 151% van de huishoudens heeft namelijk geen spaargeld en nog eens 20% heeft minder dan € 2.500.