Was de aardbeien grondig, snij ze, en voeg een snuifje zout en drie stevige snuifjes suiker toe. Meng goed en laat even staan op kamertemperatuur. De suiker helpt om de aardbeien wat zoeter te maken, en zorgt voor een rode siroop, terwijl het zout alle smaak die wél in de aardbeien zit, naar boven brengt.
Koude producten ervaren je als minder zoet. Was de aardbeien eerst en verwijder dan pas het kroontje. Anders zuigen ze zich vol met water en verliezen ze smaak.
Extra voeding voor je aardbeien
Te veel stikstof (N) geeft immers te veel bladgroei en te weinig vruchten. Zoals bij ander fruit is vooral potas (K) van belang voor een goede vruchtzetting. Kies daarom een aangepaste formule zoals de DCM Meststof Aardbeien & Kleinfruit. Best geef je 20-35 g/plant of 60 – 100 g/m².
Het stro zorgt ervoor dat de de vruchten schoon blijven én dat ze minder snel gaan schimmelen. Stro houdt de aardbeien droog en schoon en bovendien houdt het stro de bodem koeler, dus hoef je minder water te geven.
Laat je alle bloemetjes en vruchtjes zitten dan krijg je veel aardbeien maar ze blijven vrij klein. Aan elke stengel laat je 3 vruchtjes zitten. Die groeien dan uit tot de mooiste en grootste aardbeien die je maar kan bedenken. Ook dit jaar knip je weer alle uitlopers weg.
Wanneer aardbeien planten? In principe worden aardbeien het best geplant van eind juli tot half augustus. Dit heeft te maken met het feit dat de uitlopers die de aardbeien vanaf juni beginnen te vormen tegen augustus meestal volgroeid zijn en voldoende wortels gevormd hebben om te verplanten.
Aardbeien gaan goed samen met knoflook, borage (komkommerkruid) en tijm. Aardappelen met sjalotten en goudsbloem. Bieten met uien en knoflook. Bonen met selderij, bonenkruid, Oost-Indische kers en goudsbloem.
Aardbeienplanten trekken bijvoorbeeld witte koolvliegjes aan, een vlieg die erg schadelijk is voor koolsoorten. Zet je aardbeien dus nooit naast koolsoorten in de moestuin.
Aardbeien bestaan voor 90% uit water en hebben tijdens het groeiproces dan ook flink wat water nodig. Als de aarde te droog is, zullen de planten en vruchten niet groeien. Zorg er echter voor dat de planten in de winter niet te nat staan, om rotting te voorkomen. Ook hebben aardbeien zon nodig om goed te kunnen rijpen.
Een aardbeiplant met veel bladeren, vruchten en bloemen heeft veel water per dag nodig. Eén pot vraagt ongeveer 1 tot 1,5 liter water per dag! De beste methode is om de eerste watergift in de vroege ochtend te geven en de laatste watergift aan het einde van de dag.
Als basisbemesting is een gift van gedroogde koemest of oude stalmest in het voorjaar ideaal (let op: geen mest toevoegen bij het planten van de aardbeienplanten). In de zomer kun je een keer met een korrelmeststof bijmesten. Kali zorgt voor sterke vruchten en een mooie kleur.
Aardbeien houden van rijke grond die niet te zuur is, tussen de 5.5 en 6.5. Heb je te zure grond, dan kun je gesteentemeel toevoegen zoals kalk. De zuurtegraad in je moestuin grond kun je meten met een pH-meter.
Vul dan een kommetje en voeg er een beetje zout aan toe. Wanneer het zout volledig in het water is opgelost leg je er de aardbeien in. Wacht vervolgens 5 tot 30 minuten (de meningen hierover zijn zwaar verdeeld) en kijk wat er gebeurt.
Giftig voor de lever
Een van de aangetroffen stoffen op aardbeien is ethirimol. Dit bestrijdingsmiddel mag in Nederland en de Europese Unie niet gebruikt worden, volgens toxicoloog Scheepers. Maar de stof is ook het afbraakproduct van een ander bestrijdingsmiddel, dat wel is toegestaan.
Het is niet nodig om aardbeien te wassen. Wanneer je ze toch wilt wassen, was ze dan vlak voordat je ze opeet in een laagje water. Was ze niet onder de stromende kraan, daarvan gaan ze kneus. Verwijder de kroontjes pas na het wassen, anders zuigen de aardbeien zich vol met vocht en verminderd de smaak.
Kies voor een zonnige standplaats. Zo produceren ze meer vruchten. Halfschaduw kan ook, maar je oogst zal dan kleiner zijn. Aardbeien houden van vruchtbare en goed doorlatende grond.
Afrikaantjes zijn dé beste buurplanten voor in je moestuin. Ze verjagen aaltjes in de mix, weren schadelijke insecten - zoals luizen - en trekken massa's bijen en vlinders aan.
Omdat de bodem al wat uitgeput is na twee jaar aardbeien telen, meng je in het plangat wat gedroogde organische mest. Deze mest heeft als voordeel dat er minder kans is op verbranding als je direct plantjes in het plantgat zet. Een ideale najaarsgroente die je er goed in kan telen is groenlof.
Het mooie is dat knoflook, ui en peultjes hele andere wortels hebben dan aardbeien, waardoor ze niet ondergronds met elkaar concurreren en dus rustig een stuk dichter op elkaar kunnen staan. Dus zo verhoog ik de gezondheid van mijn aardbeien en tegelijkertijd mijn opbrengst van dat relatief kleine stukje grond.
Om je aardbeien te beschermen tegen flinke regenbuien kun je rond de planten een bed van stro aanbrengen. Zo voorkom je dat de aardbeien op de natte bodem liggen en dat er zand opspat. Daardoor gaan ze niet rotten en worden ze niet aangetast door schimmel.
Wil je aan de kruidentuin ook een muntplantje toevoegen? Die kun je beter niet met andere kruidenplantjes combineren. Dat komt omdat munt erg snel groeit en daarmee al snel de ruimte voor andere kruiden in kan pikken. Daarnaast voorkom je hiermee ook kruisbestuiving.
Bij het snoeien van gekweekte aardbeien moet na de oogst de bladkroon rond het midden van de plant worden afgesneden. Het hart en de jonge scheuten mogen niet beschadigd worden. Op kleine schaal zijn een tuinschaar of een scherp mes geschikte snoeigereedschappen.
Geef aardbeienplanten die je na de oogst laat staan wat organische mest of compost. Oude planten die weinig of geen vruchten meer geven kun je beter verwijderen.
Een aardbeiplant wordt ongeveer 35 centimeter breed en 30 centimeter hoog. Je kunt kiezen voor één plant per pot met een inhoud van minimaal 12 liter, of voor een grotere pot met daarin 3 tot 5 planten. Aardbeien houden van een humusrijke en lichtzure grond (pH 5,5 tot 6,0).