Stikstofoxiden (NOx) en ammoniak (NH3) zijn schadelijk voor de natuur als er te veel van in de bodem of het water terechtkomt. Planten als bramen, brandnetels en gras gaan er harder door groeien en overwoekeren andere planten. Daardoor verdwijnen ook insecten, vlinders en vogels.
Teveel stikstof is slecht voor de natuur. Planten die van stikstof houden, zoals grassen, brandnetels en bramen, groeien extra hard. Zo verdringen ze kwetsbare planten. Stikstof is van zichzelf niet schadelijk voor mensen en de natuur.
Vlinderbloemige planten, zoals klaver, bonen, erwten, luzerne en lathyrus, kunnen stikstof uit de lucht halen. Daardoor kunnen ze goed groeien waar andere planten een tekort aan stikstof hebben. In je moestuin hoef je peulvruchten geen stikstofrijke bemesting te geven – geen stalmest, wel bv. wat compost.
Een eerste effect van veel stikstof is vermesting: plantensoorten van voedselrijke omstandigheden profiteren daarvan. Zo groeien er nu veel brandnetels langs de paden of bramen in de bossen en krijg je pijpenstrootje op de heide, opslag van bomen in het hoogveen en dominantie van riet in het laagveen.
Dat zit zo: Duitsland mag net als Nederland niet te veel stikstof uitstoten rondom 'Natura 2000'-gebieden. Dat zijn natuurgebieden die door de Europese Unie beschermd worden. Een bedrijf mocht in Nederland niet zorgen voor meer dan 14 gram (per hectare per jaar) extra stikstofuitstoot rond een Natura 2000-gebied.
In Nederland stoot de landbouw volgens het RIVM al decennia de meeste stikstof uit, gevolgd door industrie en verkeer. Zeker in de buurt van Natura 2000-gebieden is dat een probleem. De meeste uitstoot van ammoniak komt dan wel van de boeren, maar ze zijn zeker niet de enige die ammoniak uitstoten.
Heeft alleen Nederland een stikstofprobleem? Nee, de Habitatrichtlijn van de EU verlangt van iedere lidstaat dat die zijn biodiversiteit beschermt. De uitspraak van het Europees Hof over de Nederlandse aanpak geldt voor alle EU-landen.
Stikstof voor planten is een onmisbaar basiselement. Zonder stikstof groeit geen enkele plant, maar niet alle planten hebben evenveel stikstof nodig. Stikstof is erg nuttig bij de teelt van bladgewassen zoals diverse saladegroenten.
Voor het wegvangen van gasvormige verontreinigingen, zoals stikstof (NOx) en ozon (O3) zijn juist loofbomen het meest geschikt. De gassen worden via de huidmondjes in het blad opgenomen, om door stofwisselingsprocessen in het blad te worden verwerkt. Door het bredere bladoppervlak zijn loofbomen hiervoor effectiever.
Planten en stikstof
De meeste planten kunnen alleen stikstof verkrijgen uit de bodem en zijn daardoor afhankelijk van stikstofhoudende mest. Een klein aantal planten, vooral peulvruchten, bezit van nature het vermogen om stikstof uit de atmosfeer op te nemen met behulp van stikstofbindende bacteriën.
Soja, bonen en peulvruchten gaan een bijzondere uitruil aan met specifieke bacteriën uit de Rhizobium-familie. Deze binden stikstof uit de atmosfeer tot ammonium.
Stikstof is uitermate belangrijk voor planten in het algemeen en voor landbouwgewassen in het bijzonder. Stikstof (N) bevordert de groei van de plant en de fotosynthese. Het is een essentieel bouwelement voor eiwitten en DNA. Een stikstofgebrek of -overmaat heeft vaak gevolgen voor de kwaliteit van het gewas.
Een biochemisch proces waarbij stikstofgas uit de lucht (N2) omgezet wordt in stikstofhoudende verbindingen die kunnen worden opgenomen door de plant (NH3). Ook wel stikstoffixatie genoemd.
Er zijn planten die goed tegen veel stikstof kunnen en daardoor juist harder groeien zoals brandnetel, gras, of bramenstruiken. Doordat deze planten harder groeien als normaal verdringen ze daardoor de planten die niet goed tegen een stikstofoverschot kunnen.
Stikstofgebrek kan ontstaan door het onderwerken van stro en houtsnippers omdat voor de afbraak van deze stoffen, de bacteriën stikstof onttrekken aan de bodem. Compost en dierlijke mest, bloedmeel en hoornmeel zijn natuurlijke bronnen van stikstof. Bloedmeel en hoornmeel zijn verkrijgbaar in poedervorm.
De invloed van de mens op de productie van reactief stikstof heeft gevolgen voor het klimaat. Direct doordat het leidt tot de productie van lachgas (N2O), een broeikasgas met een ongeveer driehonderd keer sterker effect dan het broeikasgas koolstofdioxide.
Staan in de top 10: vlinderstruik (Buddleja davidii), gelderse roos (Viburnum opulus), haagbeuk (Carpinus betulus), steeneik (Quercus ilex), wollige sneeuwbal (Viburnum lantana), Japanse bottelroos (Rosa rugosa), meelbes (Sorbus aria), witte paardenkastanje (Aesculus hippocastanum), douglasspar (Pseudotsuga menziesii) ...
Bomen die het meeste CO2 opnemen uit de lucht
Zoals iedereen wel weet zijn er loof- en naaldbomen. Het voordeel van naaldbomen is dat ze het gehele jaar groen zijn en relatief weinig groen verliezen.
De belangrijkste bronnen van stikstofoxiden zijn het verkeer, energiecentrales en de industrie. Ammoniak komt vooral uit de landbouw, maar ook het verkeer en mensen produceren ammoniak.
Door de protesten van de boeren zullen de meeste mensen stikstof nu waarschijnlijk koppelen aan veehouderijen. Toch is stikstof meer dan alleen een vervuilend chemisch element dat natuurschade oplevert. Sterker nog: de mens kan niet zonder dit element. Zonder stikstof kunnen we niet leven.
Daarnaast kunnen planten en bomen ook stikstof uit complexe moleculen opnemen, zoals aminozuren en zelfs eiwitten. Planten produceren daartoe proteasen: enzymen die in staat zijn om eiwitten af te breken.
Duitsland hanteert bijvoorbeeld heel hoge drempelwaarden. De redenering daar is: Alle stikstofbronnen waarvan de depositie lager is dan 21 mol bekijken we niet, we zeggen dat zo'n bron geen gevolgen heeft. Ter vergelijking, in Nederland ligt de drempelwaarde op 0,0001 mol”, verduidelijkt de hoogleraar Omgevingsrecht.
De Nederlandse stikstofuitstoot is de hoogste van Europa: per hectare stoten we ongeveer 4 keer zo veel uit als het EU-gemiddelde. Van de Nederlandse uitstoot naar de lucht bestaat ongeveer 65% uit ammoniak (NH3) en 35% uit stikstofoxiden (NOx).
Dat komt doordat veel landen er geen onderzoek naar doen of de cijfers niet doorgeven, blijkt uit onderzoek van de NOS. Dat doorgeven van stikstofcijfers is overigens niet verplicht. Nederland, het land waar de stikstofproblematiek volgens experts het grootst is, is het enige land dat de cijfers consequent rapporteert.