Sommige Europese landen, zoals Hongarije, weigeren vluchtelingen te beschermen en doen er alles aan om het vluchtelingen zo moeilijk mogelijk te maken. Andere landen, zoals Griekenland en Italië, krijgen door hun geografische ligging zoveel asielaanvragen dat ze hen niet of nauwelijks kunnen opvangen.
De meeste landen die vluchtelingen opvangen zijn lage- en midden inkomenslanden. 76% van alle vluchtelingen wordt opgevangen in lage en midden inkomenslanden. De minst ontwikkelde landen vingen in 2022 20 procent van het totaal aantal vluchtelingen op.
De migratieaanpak van de Deense sociaaldemocratische minderheidsregering is er in feite op gericht om nul asielzoekers te hebben. Sinds de Europese vluchtelingencrisis in 2015 heeft de regering dat beleid alleen maar strenger gemaakt. Zo verkortte het land de vluchtelingenstatus van vijf naar twee jaar.
Bijvoorbeeld omdat ze moeten vluchten voor oorlog en ellende. De meeste mensen migreren om andere redenen. Bijvoorbeeld om in een ander land te werken (arbeidsmigratie) of om te studeren (kennismigratie). Maar ook om met hun familie samen te zijn (gezinsmigratie).
Syrië is in 2021 ook opnieuw het herkomstland van de meeste asielzoekers, gevolgd door Afghanistan en Turkije.
Een alleenstaande krijgt dan € 31,92 per week, een gezin met 2 kinderen € 82,46 per week. De bedragen zijn gebaseerd op normen van het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud).
De meeste asielzoekers die in 2021 asiel aanvroegen kwamen uit Syrië (14.904 mensen), Afghanistan (3.425) en Turkije (3.215). De meeste alleenstaande kinderen die in 2021 asiel aanvroegen kwamen uit Syrië (1.078), Eritrea (235), Somalië (185), Irak (163) en Marokko (136).
EU-landen worden niet verplicht asielzoekers op te nemen, ook niet in crisissen. De Europese Commissie gaat EU-lidstaten niet verplichten om bepaalde hoeveelheden asielzoekers op te nemen, blijkt uit het woensdag gepresenteerde Migratie en Asiel Pact.
Ontzegging van rechten in opvangland
Velen verkeren in slechte omstandigheden, bijvoorbeeld in vluchtelingenkampen, en weten niet of ze in het land mogen blijven. Zolang ze geen permanente verblijfsstatus hebben, mogen vluchtelingen vaak niet werken of een opleiding volgen.
In 2022 vertrokken (op papier) 8600 vreemdelingen uit Nederland, minder dan in de jaren daarvoor. Van de helft van hen is ook niet zeker dat ze Nederland verlaten hebben, zij vertrokken 'zonder toezicht'. Onder hen zijn veel afgewezen Marokkanen en Algerijnen.
Meer oorlog betekent meer asielzoekers en ook meer inwilligingen. Het aantal Syriërs, Palestijnen en Jemenieten dat asiel aanvraagt, is fors gegroeid. Onderstaande grafiek laat goed zien dat zij in heel Europa ook vaker een positieve beslissing krijgen op hun asielverzoek.
Een omstreden aanpak, maar het werkt: zo voert Denemarken het strengste asiel- en migratiebeleid van heel Europa. Nergens in Europa gaan ze zo ver om vluchtelingen en migranten te weren als in Denemarken. Het land voert een keihard anti-immigratiebeleid dat zelfs wordt gesteund door de linkse sociaaldemocraten.
Tegelijkertijd verbeterden het opleidingsniveau en de werkgelegenheid van Surinamers, Turken en Marokkanen aanzienlijk. Door de Wet Cohen daalde na 2000 de asielmigratie sterk.
Een klein deel van de vluchtelingen reist verder en verlaat hun eigen regio. Redenen hiervoor kunnen zijn dat zij in buurlanden ook niet veilig zijn vanwege hun godsdienst, politieke mening, seksuele geaardheid of omdat zij behoren tot een bepaalde sociale groep.
Gemiddeld wordt in 2022 circa 3% van de bedden in azc's bezet door asielzoekers uit veilige landen die in afwachting zijn van hun proces. Dat zijn circa 2.670 van de bijna 83.500 asielzoekers die in 2022 enige tijd in de asielopvang zaten. Hiervan zijn er ruim 2.000 weer vertrokken, bijna driekwart dus.
Vanaf het begin van de jaren zestig kwamen buitenlandse werknemers op uitnodiging van de West-Duitse regering massaal naar de Bondsrepubliek. Deze arbeidsmigranten kwamen eerst uit Italië, later voornamelijk uit Turkije.
Een asielzoeker krijgt een verblijfsvergunning als hij te vrezen heeft voor oorlog, doodstraf of executie, marteling of een andere onmenselijke of vernederende behandeling in het land van herkomst. Deze beslissing neemt de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND).
Opvang van vluchtelingen in de eigen regio
44% van de Nederlanders denkt dat vluchtelingen slachtoffers zijn. Een kwart (27%) vindt vluchtelingen daarentegen eerder gelukszoekers. De houding ten aanzien van vluchtelingen is bij een kwart van de Nederlanders negatiever geworden in het afgelopen halfjaar.
Reden voor immigratie
Zo komen arbeidsmigranten naar Nederland om te werken, en volgen studiemigranten een opleiding in Nederland. Voor gezinsmigranten is niet werk, maar trouwen, samenwonen of aansluiten bij een familielid de belangrijkste reden om naar Nederland te komen.
Van de asielzoekers die definitief worden afgewezen (in 2019 waren dat er 26.000, in 2020 nog eens 19.000), vertrekt ongeveer de helft 'aantoonbaar', waarvan weer de helft onder dwang. Duizenden asielzoekers verdwijnen ieder jaar.
Verblijfsvergunning voor 5 jaar
Mensen met een asielstatus krijgen eerst een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd (5 jaar). Deze vergunning wordt na 5 jaar meestal omgezet in een vergunning voor onbepaalde tijd. Behalve als er belangrijke redenen zijn om de vergunning in te trekken.
Van de vijftig grootste gemeenten zijn er drie die de afgelopen twaalf jaar geen asielzoekers hebben opgevangen.
'Echte Nederlanders'?
Volgens deze definitie bestaat waarschijnlijk slechts 2% van de Nederlandse bevolking uit 'echte Nederlanders'. Dat zijn ongeveer 348.000 mensen. De overige 98% van de Nederlanders heeft één en meestal meer buitenlandse voorouders.
Net als in 2021 vormden Afghanen (2 730) en Turken (2 685) na Syriërs de grootste groepen asielzoekers in 2022.
Het aantal asielzoekers dat wordt verwacht in 2023 ligt volgens het hoogste scenario iets boven de 76.000 personen. Volgens een wat lagere schatting komt de instroom dit jaar uit rond de 67.000 personen. Zelfs dat is nog veel meer dan de laatste prognose van het kabinet.