Gezien het late tijdstip is het best om de plantjes vast te zetten in een bloempotje gevuld met een mengeling van potgrond en tuingrond. De eerste plant op de uitloper is de zwaarste. Zo bekom je na een paar weken een bewortelde plant en kan je het plantje losknippen van de moederplant.
Geef aardbeienplanten die je na de oogst laat staan wat organische mest of compost. Oude planten die weinig of geen vruchten meer geven kun je beter verwijderen.
Om sterke en stevige nakomelingen te krijgen, laat je 1 of 2 van die uitlopers aan de moederplant zitten. De rest knip je telkens weg. Zodra het plantje groot genoeg is, en je de wortels al goed ziet, knip je het los van de moederplant. Zet het in een potje met mix of in een leeg vak zodat het lekker kan groeien.
Bij het snoeien van gekweekte aardbeien moet na de oogst de bladkroon rond het midden van de plant worden afgesneden. Het hart en de jonge scheuten mogen niet beschadigd worden. Op kleine schaal zijn een tuinschaar of een scherp mes geschikte snoeigereedschappen.
Aardbeienplanten zijn winterhard, maar strenge, aanhoudende vorst kunnen ze niet verdragen. Dek planten die in de grond staan af en verplaats planten in pot naar een vorstvrije plek. Zorg dat je planten zonder bladeren de winter in gaan. De beste tijd om te snoeien is direct na de pluk.
Oftewel; een aardbeienplant kan wel jarenlang mee gaan maar als je haar in de moestuin zo intensief wilt gebruiken als een moestuinder doet; dan is de plant na 3 tot 4 jaar 'op'.
Zet er kleine potjes met potgrond onder. Geef ze vooral in het begin voldoende water, mest hebben ze nog niet nodig. Als de stek is geworteld knip je hem aan beide kanten los van de moederplant met een scherpe snoeischaar. Plant de nieuwe planten tijdens de herfst of laat ze overwinteren onder glas.
Aardbeien bestaan voor 90% uit water en hebben tijdens het groeiproces dan ook flink wat water nodig. Als de aarde te droog is, zullen de planten en vruchten niet groeien. Zorg er echter voor dat de planten in de winter niet te nat staan, om rotting te voorkomen. Ook hebben aardbeien zon nodig om goed te kunnen rijpen.
De ideale bodem voor aardbeien
Aardbeien zijn echter gevoelig voor in de grond aanwezig ongedierte en ziektekiemen. Kweek ze daarom slechts een paar jaar na elkaar op dezelfde plek. Gebruik bij de aanplanting nooit verse stalmest of compost.
Aardbeien zijn meerjarige vaste planten en van de heerlijk smakende vruchten van de doordragers – het type dat GroenRijk nu aanbiedt – kun je dus extra lang genieten. Je kunt er zelfs volgend jaar nog opnieuw van oogsten en misschien ook nog het jaar daarna als je goed voor je aardbeiplanten in hangpot zorgt.
Heb je al aardbeien staan, dan kun je die ook zelf stekken. Aardbeien vormen namelijk in de loop van het seizoen nieuwe uitlopers, die heel gemakkelijk wortel schieten. Leid zo'n uitloper over de grond en zet hem vast met een krammetje. Op elke knoop waar een blad zit kan een nieuw plantje ontstaan.
Houd maximaal 2 of 3 uitlopers per moederplant aan, zodat de energie van die moederplant goed wordt verdeeld. Verwijder dus alle andere uitlopers.
Een aardbeiplant heeft gemiddeld drie trossen aardbeien die na elkaar bloeien. De eerste aardbeien van een tros zijn groot en verder in het seizoen worden ze steeds kleiner.
Het stro zorgt ervoor dat de de vruchten schoon blijven én dat ze minder snel gaan schimmelen. Stro houdt de aardbeien droog en schoon en bovendien houdt het stro de bodem koeler, dus hoef je minder water te geven.
Kies voor een zonnige standplaats. Zo produceren ze meer vruchten. Halfschaduw kan ook, maar je oogst zal dan kleiner zijn. Aardbeien houden van vruchtbare en goed doorlatende grond.
Een derde manier om af te rekenen met groen en keihard fruit: leg het in de zon. Bij hoge temperaturen verlopen biologische processen sneller, en dat geldt ook voor rijping. Laat je fruitmand natuurlijk niet te lang zonnebaden en hou dit goed in het oog. Je fruit is immers sneller rijp dan je denkt.
Hun rode kleur hebben aardbeien te danken aan een groep stoffen, antocyaninen geheten. Net als het oranje caroteen in wortels en het groene chlorofyl van bladeren zijn het plantaardige kleurstoffen. Wanneer de aardbeien nog onrijp zijn, zorgt het chlorofyl in de cellen van de vrucht ervoor dat hij bleekgroen is.
Pluk met twee handen. Je mag de steeltjes ook doorsnijden of doorknippen, daarmee voorkom je dat je aan de plant trekt. Duw met je handen het blad opzie, dan zie je de vruchten beter hangen. Oogst alleen van de bedden waar vlaggetjes staan.
Misschien zit je op heel arme droge zandgrond, dan komt er vaak geen tweede bloei. Aardbeien vragen voedzame , nooit uitdrogende grond. Af en toe bijmesten met b.v. culterra, lekker door de grond mengen en daarna water geven. Als ze slechts een keer te droog staan dan is de groei er uit en geven ze geen vruchten meer.
Aardbeiplanten houden van een zonnig plekje! Half schaduw is ook geen probleem. Voor potten of bakken is half schaduw zelfs aan te raden omdat ze dan minder snel uitdrogen. Aardbeien rijpen ook in de schaduw, alleen duurt het dan wat langer.
Extra voeding voor je aardbeien
Te veel stikstof (N) geeft immers te veel bladgroei en te weinig vruchten. Zoals bij ander fruit is vooral potas (K) van belang voor een goede vruchtzetting. Kies daarom een aangepaste formule zoals de DCM Meststof Aardbeien & Kleinfruit. Best geef je 20-35 g/plant of 60 – 100 g/m².
Aardbeien kunnen vrij goed tegen kou. Maar als het 's winters langdurig vriest krijgen ze toch een flinke klap en doen ze er lang over om weer bij te komen. Dat merk je aan de opbrengst: die zal dan minder zijn. Om dat te voorkomen kan je ze in de winter afdekken.
Aardbeiplanten zijn over het algemeen winterhard en kunnen enkele graden vorst prima weerstaan. Toch kan er bij strenge, aanhoudende vorst, schade optreden in de planten. Vooral voor de aardbeiplanten die in potten of bakken staan, is het oppassen geblazen.
Wil je ze langer bewaren? Leg de aardbeien dan in een vershoudbakje met vochtrooster in de koelkast. Het is belangrijk dat de aardbeien niet vochtig worden dus leg de aardbeien op het vochtrooster zodat ze niet in hun eigen vocht liggen. In de koelkast kun je de aardbeien ±3 dagen bewaren.