Het tegengestelde van het tekort is het teveel.
bn., 1. zich tegenover iem. of iets anders bevindende, of de omgekeerde richting hebbende.
Een antoniem van oorzaak is gevolg.
Twee woorden zijn elkaars antoniem als ze een tegengestelde betekenis hebben. Het woord is afgeleid uit het Grieks: anti ("tegen"), -numon ("naam, benoeming"). Ieder woord heeft zowel een vorm (de klanken) als een betekenis.
in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis): langzaam ≠ gauw, haastig, hard, ijlings, rap, ras, snel, vlug.
Wat is het tegenovergestelde van zekerheid? Een antoniem van zekerheid is onzekerheid.
Antoniemen van "snel":
langzaam; traag.
Tegenstellingen kunnen betrekking hebben op een zin, zinsdeel of woord. Voorbeelden van tegenstellingen zijn: antithese, oxymoron, paradox en antifrase.
de tegenstelling
naamw. (v.) Verbuigingen: tegenstellingen (meerv.)
Een paradox is een uitspraak (meestal een hele zin) waarvan de onderdelen op het eerste gezicht met elkaar in tegenspraak zijn. Iemand zegt of schrijft dus iets wat niet lijkt te kloppen. Maar als je er even over nadenkt, zit er tóch een logische of soms zelfs wijze gedachte achter.
Een tegenstelling is een stijlfiguur. Het houdt in dat twee tegengestelde termen worden gebruikt in een zin om de tekst te verlevendigen. Een voorbeeld van een tegenstelling is: 'In de stille kamer knettert zij van woede'. In deze zin zijn 'stil' en 'knettert' de woorden die de tegenstelling vormen.
Een tegenstelling is iets dat tegenover elkaar staat, dus bijvoorbeeld: dik-dun, licht-donker, zwart- wit, lang-kort, mooi-lelijk. Er zijn ook tegenstellingen in zinnen, tussen zinnen of bijvoorbeeld tussen alinea's.
Soms wordt er gespeeld met de betekenis van letterlijk als tegengestelde van figuurlijk ('overdrachtelijk, bij wijze van beeldspraak').
-4 is het tegengestelde getal van 4 want -4 + 4 = 0. En zo is -3 het tegengestelde getal van 3 en -12 het tegengestelde getal van 12. Twee getallen zijn elkaars omgekeerde als het product van de getallen 1 is.
in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis): vervuilen ≠ reinigen, schoonmaken, zuiveren.
[Fr. j, bn. en bw., tegengesteld, tegenstrijdig; (recht) beding, afwijkend beding of beding van het tegendeel, contradictoir.
Laden kan verwijzen naar: het in een vervoermiddel of -eenheid brengen van goederen, en daarmee het tegenovergestelde van lossen; zie Laden en lossen.
Een paradox is een schijnbare tegenstelling. Een paradox bestaat uit twee dingen die op het eerste gezicht niet kunnen, maar als je er dieper over nadenkt toch wel kunnen. Een paradox is een vorm van een stijlfiguur. Het wordt gebruikt om de tekst te verlevendigen.
geld (zn) : bloed, cash, centen, contanten, duimkruid, duiten, kapitaal, middelen, molm, moppen, noppen, pecunia, pegulanten, ping, pingping, poen, schijven, slappe was, specie, thesaurie, vermogen. geld (zn) : bankbiljet, betaalmiddel, kleingeld, munt, muntgeld, ruilmiddel, wisselgeld.
eerlijk bijv. naamw. Uitspraak: [ˈerlək] zonder leugens of bedrog Voorbeelden: `een eerlijke verdeling van de opbrengst`, `Jij speelt vals, dat is niet eerlijk. `Antoniem: oneerlijk Synoniem: oprecht zo eerlijk als goud (heel eerli...
Een tautologie is een woordcombinatie waarin een begrip twee keer of meer wordt genoemd. Ze bestaat doorgaans uit twee of meer woorden van dezelfde woordsoort, vaak met en of of(te) ertussen. Voorbeelden zijn eenzaam en alleen, pracht en praal en niettemin toch.
Een pleonasme is een uitdrukking waarin het ene woord iets benoemt wat ook al in het andere woord besloten ligt (bijvoorbeeld: oude bejaarde en nat water). De termen pleonasme en tautologie hebben allebei betrekking op het gebruiken van verschillende woorden die ongeveer hetzelfde betekenen.
Een oxymoron is een verbinding van twee woorden of woorddelen die letterlijk genomen elkaar tegenspreken, maar in figuurlijke betekenis gelijktijdig waar zijn. Het is daarmee een compacte vorm van de paradox. Een paradox bevat een schijnbare tegenspraak die bij nadere beschouwing blijkt te kloppen.
Een tautologie treedt op als je twee woorden gebruikt die hetzelfde betekenen. Een voorbeeld is “tevens ook” of “enkel en alleen”. Een pleonasme is een uitdrukking waarin een noodzakelijke eigenschap van een hoofdwoord nogmaals wordt benoemd. Een voorbeeld is “groen gras”.