De cirkel van gedragsverandering maakt inzichtelijk welke stappen er doorlopen worden in een veranderingsproces. Het veranderingsproces wordt in een cirkel van zes stappen weergegeven. De cirkel is gebaseerd op het transtheoretische veranderingsmodel van Prochaska en Diclemente.
Het gedragsverandering model van Marcel Balm beschrijft dat er vanuit een bepaalde motivatie gedragsverandering moet ontstaan. Dit wordt het 'openstaan' voor de gedragsverandering genoemd. Vervolgens moet iemand het gedrag begrijpen, willen en kunnen uitvoeren. Daarna gaat de persoon in kwestie het pas doen.
Motivatie is een voorwaarde voor verandering
Veranderingen, kort of langdurig, kunnen alleen plaatsvinden als iemand voldoende gemotiveerd is om te veranderen. Met andere woorden: iemand moet het zelf écht willen. Dit heet intrinsieke motivatie. Er bestaat ook extrinsieke motivatie, dat is motivatie van buitenaf.
Samenvatting gedragsverandering
Het tempo waarop we veranderen wordt deels bepaald door onze aanleg en hoeveel tijd we erin steken. Haalbare doelen stellen, duurzame motivatie ontdekken, een plan hebben om te werken aan nieuwe gewoonten en leren volhouden spelen hierin een belangrijke rol.
Een mens komt tot het veranderen van gedrag als hij of zij er iets mee opschiet. De ervaring van die persoon staat hierbij centraal. Ieder mens gedraagt zich op dit moment al op een bepaalde wijze en wil je tot gedragsverandering komen, dan is het belangrijk om de 'logica' van het huidige gedrag te doorbreken.
De hersenen regelen ons gedrag en onze persoonlijkheid: het geheel van eigenschappen dat bepaalt wie je bent en hoe je je gedraagt. Als door een hersenaandoening schade ontstaat in de hersenen, kan er verandering optreden in je gedrag. Dit kan voor iedereen anders zijn: de een wordt ongeremd, de ander passief.
Gemiddeld 66 dagen nodig
Gemiddeld kostte het 66 dagen om een gewoonte aan te leren. De variatie was echter groot. De benodigde tijd bleek vooral afhankelijk van het soort gedrag dat mensen wilden veranderen. Mensen die na het ontbijt een glas water wilden drinken, hadden deze gewoonte binnen 20 dagen aangeleerd.
Het beïnvloeden van gedrag kan als volgt worden samengevat: Het effect van je gedrag is de reactie die je krijgt. Wil je een andere reactie, verander dan bewust je eigen gedrag. Bekwaam jezelf in het toepassen van ander gedrag en je zult invloed uitoefen dat leidt tot het gewenste resultaat.
Volgens Ben Tiggelaar en de wetenschappelijke wereld is het veranderen van gedrag moeilijk omdat we sterk de neiging hebben om pijn, ongemak en verlies te vermijden. Dit belemmert in vele gevallen onze motivatie om te leren en te experimenteren en om verandering door te voeren.
'Het gedragsveranderingswiel' is een praktisch handboek voor het ontwerpen en evalueren van interventies en beleidsmaatregelen voor gedragsverandering.
De stappen naar zelfmanagement biedt een methodische aanpak van voorlichting, gezamenlijke besluitvorming en ondersteuning van zelfmanagement bij persoonsgerichte zorg. De stappenreeks van gedragsverandering (openstaan – begrijpen – willen – kunnen – doen – blijven doen) is daarbij een praktisch handvat.
De kunst van gedragsverandering
Waarschijnlijk ben je steeds vaker betrokken bij veranderingen die noodzakelijk zijn om te kunnen voldoen aan de zorg van de toekomst. Juist omdat JIJ als zorgverlener dicht bij de klant staat en in samenwerking met vele anderen zorgt voor de continuïteit van de zorgverlening.
Het ANGELO-raamwerk (Swinburn e.a., 1999) is een ecologisch model ontwikkeld voor het in kaart brengen van de omgevingsfactoren in relatie tot overgewicht en obesitas. ANGELO staat voor 'Analysis grid for environments linked to obesity'.
Bekende theorieën zijn the Theory of Planned Behavior (Azjen), Social Cognitive Theory (Bandura), Transtheoretical Model (Prochaska), the Health Belief Model (HBM), the Goal Setting theory en the Attitude-Social Influence-Self-efficacy model (ASE).
Het gedragsmodel Balm bestaat uit drie fases: ontdooien, veranderen en bevriezen. Daarbinnen zijn er zes onderdelen die samen het gedragsveranderingsproces vormen: openstaan, begrijpen, willen, kunnen, doen en blijven doen. Bij elk onderdeel kan de gedragsverandering stagneren.
De belangrijkste verklaring voor het ontstaan van gedragsproblemen is een negatieve spiraal tussen kenmerken of gedrag van een kind en de reactie van de omgeving daarop. Probleemgedrag roept een negatieve reactie van de omgeving op, die het probleemgedrag versterkt en zo opnieuw tot negatieve feedback leidt.
“Deze, en vele andere algemeen geobserveerde fenomenen lijken te laten zien dat het minimaal ongeveer 21 dagen duurt voordat een oud mentaal plaatje oplost om plaats te maken voor een nieuw.” Één zinnetje en de hele zelfhulp-wereld stond op zijn kop. “Nieuwe gewoontes aanleren duurt 21 dagen!”.
De drie maanden regel
Dus: een gedragsverandering in je werk, in je team of binnen de organisatie vraagt gemiddeld drie maanden om tot een routine te vormen. Een gewoonte waar jij of jouw teamleden niet meer over na hoeven te denken.
Als je gedrag wilt veranderen kan je beter belonen voor nieuw, gewenst gedrag dan straffen voor oud, ongewenst gedrag. Als mensen zijn we nou eenmaal gevoeliger voor beloningen dan voor straffen. Focus niet teveel op wat niet werkt. Houding is enorm belangrijk als het gaat om gedragsverandering.
We spreken van gedragsproblemen als: een kind zich dwars en opstandig gedraagt, gauw geprikkeld is en driftig wordt, anderen ergert, antisociaal gedrag vertoont (zoals liegen of stelen) of zich agressief gedraagt. het kind, de ouders of de omgeving er nadelige gevolgen van ondervinden.
Bij ontremd gedrag heeft iemand moeite zijn impulsen en gedrag te controleren, alsof de 'natuurlijke rem' eraf is. De ontremming kan zich op verschillende terreinen uiten: motorisch, emotioneel, verbaal of op het gebied van voeding of seksualiteit.
Binnen de psychologie is lange tijd de consensus geweest dat persoonlijkheid weinig ontwikkelbaar is na een bepaalde leeftijd (zeg zeventien jaar). Deze aanname was grotendeels gebaseerd op de constatering in longitudinale onderzoeken dat scores op persoonlijkheidsvragenlijsten over het algemeen vrij stabiel zijn.