Het weigeren of stoppen voor de sprong kan verschillende redenen hebben: Je rijdt je paard niet passend bij de sprong. Je geeft verkeerde hulpen. Een paard heeft weinig ervaring in het parcours.
In 1900 werd springen een Olympische sport Er zijn verschillende moeilijkheidsklasses bij springwedstrijden. In de moeilijkste klasse springen paarden over sprongen van 1,35 meter. Op internationale wedstrijden zoals de Olympische Spelen staan de sprongen zelfs nog hoger, rond de 1.60 meter.
Door hem te leren gesloten aan te springen, ga je al beter van start omdat je paard zich dan vanaf de eerste galopsprong draagt. Zodra hij uit elkaar valt en lang wordt, ga je weer over in draf en spring je opnieuw aan. Ieder paard heeft een voorkeur om na de hindernis in een bepaalde galop te landen.
Bij het springen rijd je in de verlichte zit. Een paard heeft hierdoor meer bewegingsvrijheid in de rug. In de verlichte zit kom je iets uit het zadel en je handen gaan met de teugels verder naar voren, waardoor je de grotere beweging van je paard kunt blijven volgen.
Eigenlijk betekent het woord “barrage” beslissingswedstrijd. In de eerste ronde kreeg je dus punten die meetellen voor een promotiepunt. Bij de barrage gaat het er om wie van degene die voldoende punten hebben gehaald in de eerste ronde, nu in de tweede ronde, de barrage, de beste is.
Vanaf de F3 beoordeelt de jury of je op het goede been lichtrijdt. Voor ieder onderdeel waarin je niet op het goede been lichtrijdt, wordt een punt van het cijfer afgetrokken. Tijdens het van hand veranderen in draf wissel je bij de hoekletter aan het eind van de diagonaal van been.
Het hoogst haalbare niveau binnen de dressuur is 'Grand Prix' met elementen uit de hogeschool als piaffe, passage, pirouette, wissel om de pas en dergelijke. Omdat de kunst van het africhten van een paard tot en met deze hogeschool eeuwenoud is, spreekt men ook wel van 'klassieke rijkunst'.
Zorg dus dat je bewust, rustig en voorzichtig gaat zitten en meebeweegt met je paard. Vang de beweging op in je lendenen. Ga niet ineens harder inwerken, meer drukken met je benen of stugger zitten. Als het misgaat en je paard spant zijn rug te veel, ga dan weer even lichtrijden om de ontspanning terug te krijgen.
Lichtrijden doe je op het buitenvoorbeen van een paard. Dat betekent dat jij moet staan als het buitenvoorbeen naar voren gaat. Dat kun je zien door even naar beneden te kijken, naar het buitenvoorbeen. Rijd je op de linkerhand, dan hoor je te staan als het rechtervoorbeen naar voren gaat.
Verlichte denkers en kernideeën van de Verlichting
Er was een sterke focus op vooruitgang: men geloofde dat de samenleving maakbaar was en verbeterd kon (en moest) worden. Hiervoor moesten traditie en (bij)geloof plaatsmaken voor het gebruik van het verstand, de rede.
Een paard met veel vermogen heeft minder moeite met een hoge hindernis. Een paard dat van nature minder vermogen heeft, zal meer moeite hebben met de hoogte van de sprong. Klinkt logisch, toch? Niet ieder paard zal de beste springer worden, maar gelukkig kun je jouw paard wel trainen om hoger en beter te springen.
Voor springruiters is er nog een specifiek punt van aandacht: het springen. Gedurende het seizoen springt een paard vaak minimaal 1x per week, soms vaker. In die periodes moet je er soms voor waken niet te vaak te springen om het lichaam niet onnodig te belasten. Iedere sprong heeft toch een behoorlijke impact.
Paarden verstaan ons mensen niet, maar begrijpen ons zeer zeker. Dat blijkt uit wetenschappelijk onderzoek. De dieren zijn in staat om subtiele oog- en lichaamsbewegingen op te vangen en te 'vertalen'. Helaas houdt het daar dan ook wel met op: echt communiceren lijkt onmogelijk.
Paarden bijten om zoveel verschillende redenen: om te spelen, om te domineren of te beschermen, bij spanning, pijn of angst, bij het allogroomen of het liefdesspel, omdat ze koekjes willen, omdat ze je niet leuk vinden, ze iets moeilijk vinden of je te dicht staat, enz.
Een goed springpaard kan tijdens de afzet zowel naar voren (breedtesprongen) als omhoog (steilsprong) zijn sprong maken. De schoft van het paard is het hoogste punt waarbij het hoofd en de hals een voorwaarts neerwaartse houding aannemen. De rug is welvend en de achterhand wordt naar boven gebracht.
Het duurt tot ongeveer 3 à 3,5 jaar alvorens de groeiplaten van de humerus (bovenarm) en de femur (bovenbeen) gesloten zijn. Tussen 3 en 4 jaar beginnen het bekken en het schouderblad dan te sluiten, alsook de bovenste halswervels. De rest van de wervelkolom volgt als laatste.
Maar zolang je pony vitaal is en ervan geniet, kun je natuurlijk rustig blijven rijden. Heeft een paard een rustdag nodig, of mag je hem alle dagen belasten? Een dag rust in de week is wel gewenst. Een dagje buiten staan en lekker vrij bewegen is dan natuurlijk wel prettig voor je paard.
' Een fabel rondom mok is dat je niet mag rijden op een paard. Dat mag gerust, het is zelfs belangrijk om goed met het paard te bewegen. Zolang het paard niet kreupel is vanzelfsprekend, want de korsten kunnen pijnlijk zijn. Feit is dat paarden met veel behang gevoeliger zijn voor mok.
Ontspan je bekken en bovenbenen en sluit je onderbenen losjes om de romp van je paard. Voel hoe je linker- en rechterbeen afwisselend naar voor en buiten worden opgetild. Zo liggen je benen stil voor je paard en bewegen je benen en bekken mee zonder spanning.
Oefen de galopbeweging. Het belangrijkste om goed te blijven zitten, niet alleen in galop maar in alle gangen, is met de beweging van het paard mee kunnen gaan. "Ontspanning in je lichaam is van essentieel belang om goed te kunnen blijven zitten," zegt instructrice Nelly Abbenes.
Paardrijden is wel een échte sport. Je wordt er zeker in het begin best moe van en zult misschien ook last krijgen van spierpijn. Ook moet je bij paardrijden veel dingen tegelijk doen. Dat is in het begin best ingewikkeld, maar sommige dingen worden vanzelf wat meer een automatisme.
Gevolg: spierpijn. Een ruiter gebruikt vrijwel al zijn spieren tijdens het rijden: beenspieren, buikspieren, armspieren, ... Het vraagt dat ook heel wat van je lichaam om op het hoogste niveau te kunnen presteren. Tijdens het paardrijden is het niet zo dat je je eenvoudig op één taak kan concentreren.
Paardrijden is minder intensief als andere sporten zoals, voetbal, basketbal of volleybal. Bij deze sporten verbrand je ook veel meer calorieën maar paardrijden is dus zeker wel een sport. Paardrijden is een moeilijke sport die niet door iedereen beoefend kan worden.