Maar lood speelt een grote rol bij het conserveren van het koninklijk lijk. Dankzij de loden bekleding kunnen vocht en zuurstof er niet in. En zonder dat wordt het afbraakproces vertraagd, doordat micro-organismen niet zo snel groeien en de chemische reacties kunnen uitvoeren die dood weefsel afbreken.
De wetgever gaat er van uit dat na een begraving van 10 jaar een lichaam helemaal geskeletteerd is. Dat houdt in dat alleen de belangrijkste grote botten over zijn. Bij sommige mensen zal dit al na 5 of 7 jaar het geval zijn, afhankelijk van de omstandigheden.
Voor een lijk in een kist helemaal verteerd is (verdwenen is), moet u aan tientallen jaren denken. Soms kun je na honderden jaren nog skeletten of delen van skeletten op een oude begraafplaats vinden. Soms is na 20 of 30 jaar alles helemaal weg. Dat verschilt dus van begraafplaats tot begraafplaats.
In het algemeen is bekend dat een doodskist van massief vurenhout of populierenhout ongeveer 10 tot 15 jaar goed blijft. Bij een massief eikenhouten grafkist en een kist van tropisch hout is de houdbaarheid maar liefst zo'n 25 tot 50 jaar.
Putrefactie (decompositie / verrotting / ontbinding)
Het lichaam begint van kleur te veranderen met als opvallendste "het wegschieten van kleuren" langs de slagaders en aders gelegen aan het huidoppervlak (marmer tekening / marmering). Dit komt doordat het bloed begint te ontbinden en bacteriën de overhand krijgen.
Als de wat minder vitale organen steeds slechter werken en het stervensproces vordert, zijn uiteindelijk de vitale organen aan de beurt. Dat betekent bijvoorbeeld de ademhaling, het hart en uiteraard bepaalde hersenfuncties.
Ze ontstaan als aminozuren afbreken en ze ruiken naar stinkdieren, zwavel en menselijke uitwerpselen. Dan is er nog dimethyldisulfide dat ruikt naar rotte kool.
Nee, het is niet zo dat door onweer de overledene groen wordt. Ook andere vormen van het ontbindingsproces worden niet bespoedigd door onweer. Een benauwde en drukkende omgeving betekent veelal dat sprake is van warmte en een hoge vochtigheid.
En dan pas mag er een nieuwe kist bovenop. Boven de bovenste kist moet een laag zand van minstens 65 cm liggen. Daar zijn allemaal wettelijke regels voor. Dat zand zorgt er o.a. voor dat er geen vreemde geuren uit een graf kunnen ontsnappen.
De zuurstofrijke lucht wordt onder in de grafkelder geblazen en de zuurstofarme lucht wordt bovenaan door middel van een koolstoffilter gezuiverd en zorgt ervoor dat alle schadelijke gassen gefilterd worden. Dit zorgt er mede voor dat de slecht ruikende gassen ook afgebroken worden.
Manier van opbaren van een overledene
De meest bekende wijze is het gebruik van koelplaten. Door het lichaam koel te houden kan het lichaam langer goed geconserveerd worden. Een andere manier is thanatopraxie, ofwel een lichte balseming.
Als je voor de hoogte van een kist uit gaat van ongeveer 50 cm, moet de diepst begraven kist in een kuil van minstens 275 cm staan. Vaak wordt een diepte van 275 tot 300 cm aangehouden. Veel begraafplaatshouders geven graven voor 2 personen/kisten uit. De diepste kist wordt dan ongeveer op 2 meter diepte begraven.
De vliegen leggen in de openingen van het lijk hun eieren, daaruit kruipen de maden, die in twee tot drie weken met het dode lichaam als voedselbron tot wasdom komen. Al snel na de eerste vliegen komen kevers, wespen, en mieren.
Naast de genoemde voorwerpen is het ook handig om na te denken over de kleding die de overledene draagt in de kist. Veel kleding bestaat uit moeilijk afbreekbare kunstvezels zoals nylon. Let ook op het materiaal van de schoenen; schoenen van bijvoorbeeld (kunst)leer zijn erg belastend voor de grond.
Na het overlijden begint het lichaam af te koelen; ongeveer 12 uur na het overlijden voelt het lichaam koud aan (het lichaam neemt de temperatuur van de omgeving aan).
Kist is nodig voor veilig vervoer
Een kist is dan een veilig omhulsel om dat vervoer in optimale omstandigheden te laten gebeuren en daarmee kunnen we ook onaangename geuren vermijden of de overdracht van besmettelijke ziekten tegengaan."
Advies is om de overledene zo min mogelijk (met een zeepproduct) te wassen om de aanwezige beschermende talglaag in stand te houden. Mocht toch worden gewassen, dan zijn voldoende washandjes noodzaak om vooral bevuilde delen van het lichaam van de overledene schoon te wassen.
Antwoord: Het bloed van een overledene stolt en klontert. Het klonteren en stollen heeft echter op een andere manier plaats dan bij levenden. Dit komt doordat er geen stollingsfactoren meer door het dode lichaam worden aangemaakt.
Lijklucht vormt geen direct gevaar voor de gezondheid. Echter, als deze geur aanwezig is duidt dat er vaak op dat er gevaarlijke pathogenen aanwezig zijn in vervuiling door bloed, lichaamsvloeistoffen, en andere biologische materie die wordt geassocieerd met het menselijke ontbindingsproces.
Doelstelling is om de overledene te koelen tot een temperatuur tussen de 3 en de 5 graden Celsius boven het vriespunt. Dit is de ideale temperatuur om groei van micro-organismen en daarmee het ontbindingsproces te vertragen. De koeltemperatuur van de koeling is afhankelijk van het soort van koelsysteem.
De overledene kan, zonder kist en zonder koeling, rustig en sereen thuis blijven tot op de dag van de uitvaart. Het lichaam kan tot ruim een week worden opgebaard op kamertemperatuur.
Door het lichaam na het overlijden zo snel mogelijk te koelen worden ontbindingsprocessen vertraagd. De overledene blijft zo enkele dagen toonbaar en kan opgebaard worden. De koeling wordt dan vaak onder het lichaam van de overledene of onder de kist waarin de overledene ligt, aangebracht.
Koud aanvoelende, soms blauw verkleurde handen en voeten, lijkvlekken aan de achterkant van de benen en op de rug. Spitse neus (de huid over neus en jukbeenderen verstrakt). Dit wordt ook wel doodsmasker genoemd.
De huid van een overledene dat uren tot dagen in het water heeft gelegen, wordt wit en zacht en bijzonder onaangenaam voor zowel oog als neus. In lauw water (meer dan 20 °C) gaat de ontbinding snel. De huid komt los, wordt donkerder en bevlekt met bloed. De overledene gaat zwellen en de ogen puilen uit.
Lijkvocht ontstaat door het vloeibaar worden van een lichaam door ontbinding. Het lichaamsvocht vermengt zich met bloed en bacteriën en is onderhevig aan allerlei chemische processen die in het lichaam plaatsvinden. Dat maakt het dat lijkvocht ook wel eens als giftig wordt beschouwd.