Hierbij valt te denken aan een reanimatie, een zeer ernstig ongeval of vanwege tilassistentie. Om de noodzakelijke handelingen zo snel en kundig mogelijk uit te kunnen voeren worden er soms twee ambulances gestuurd. Twee verpleegkundigen en twee chauffeurs voeren dan gezamenlijk de nodige handelingen uit.
Zodra een melding van reanimatie bij de meldkamer binnenkomt, worden de politie en de brandweer gelijktijdig met twee ambulances gealarmeerd. Hulpverleners van de politie zullen direct starten met reanimatie, of assisteren bij de reanimatie.
Bij 99 van 100 reanimaties/ernstige ongevallen komen twee ambulances ter plaatse; de 1e ambulance draagt zorg voor de patiënt en de 2e ambulance biedt extra handen voor de medewerkers van de 1e ambulance. Bovendien staan deze ambulancemedewerkers de familieleden en burgerhulpverleners bij.
Tijdens de rit met de ambulance houdt de verpleegkundige medewerker van de centrale meldkamer contact met het team in de ambulance. De medewerker van de centrale meldkamer kan u aan de telefoon instructies geven terwijl de ambulance onderweg is. Bijvoorbeeld over het geven van reanimatie.
Vaak staan ambulances op andere plekken om zoveel mogelijk mensen ambulancezorg te kunnen bieden. Veel patiënten gaan met de ambulance naar een ziekenhuis voor nader onderzoek.
Een ambulance rijdt alleen met sirene en zwaailicht wanneer de ambulance een spoedmelding heeft. Als je een ambulance zonder sirene en zwaailicht ziet rijden is de melding dus niet spoedeisend. Bijvoorbeeld bij vervoer van het verpleegadres naar het ziekenhuis.
Een ambulancechauffeur zorgt ervoor dat de ambulance snel en veilig ter plaatse komt. Hij assisteert de ambulanceverpleegkundige bij het uitvoeren van medische handelingen, bijvoorbeeld door het aangeven van materialen, het klaarzetten van medicijnen en het opstarten van apparatuur en dergelijke.
Bij een 112-melding van een hartstilstand alarmeert het systeem automatisch burgerhulpverleners in de buurt van het slachtoffer die direct hulp kunnen verlenen: starten met reanimeren en zo snel mogelijk de dichtstbijzijnde AED inzetten. Zo draagt het systeem bij aan een grotere overlevingskans bij een hartstilstand.
Maar reanimatie lukt niet altijd. De kans op een goede uitkomst van de reanimatie hangt af van verschillende dingen, zoals: Hoe goed uw lichaam nog is; De ernst van uw ziekte; Hoe lang het hart al niet meer klopt of de ademhaling is gestopt. Van alle mensen die gereanimeerd worden, blijft maar 10 tot 20% leven.
Wanneer wij ter plaatse zijn heeft de ambulanceverpleegkundige de leiding en worden voorbereidingen getroffen om de reanimatie over te laten nemen door een hartmassageapparaat (de LUCAS).
Een ambulancerit (spoed) komt gemiddeld neer op ongeveer 600 euro. De prijs van spoedvervoer per ambulance wordt mede bepaald door het aantal kilometers dat de ambulance gereden heeft en een toeslag voor de meldkamer die de rit coördineert.
Bij een DIA inzet is het adres bekend en is de centralist nog bezig met het uitvragen van de melder. Aan de hand van de informatie kan de meldkamer beslissen om op te schalen naar A1 of A2 door te laten rijden. Doordat het adres bekend is, rijdt de ambulance al. Aanrijdend wordt het beeld bijgesteld of opgeschaald.
het cijfer 1 staat op een ambulance voor A1-vervoer. het cijfer 3 staat op de speciale voertuigen (zoals de MICU of de rapid responders). het cijfer 4 staat op een ambulance voor B-vervoer. de laatste 2 cijfers zijn van het voertuig zelf.
Als u klachten heeft die passen bij een hartaanval, bel dan direct 112, de huisarts of de huisartsenpost. Als u de huisarts belt, dan belt die meestal met spoed de ambulance. Ook komt de huisarts waarschijnlijk zelf met spoed naar u toe.
Daarom komen er ambulances met verschillende basiskleuren: gele voor dringende hulpverlening en witte voor niet-dringend ziekenvervoer.
Daarnaast wordt de politie op indicatie van de melding mee gestuurd. Dit kan te maken hebben met veiligheid van het personeel (bijvoorbeeld bij steek -of schietpartijen) of omdat de politie veel sneller ter plaatse kan zijn en al handelend kan optreden (bijvoorbeeld door het beginnen met reanimeren).
Zonder een tijdige reanimatie kan een omkeerbare hartstilstand in enkele minuten tot een onomkeerbare hersendood leiden. Tijdige reanimatie kan in veel gevallen de pompfunctie van het hart herstellen zonder ernstige schade aan de hersenen.
De overlevingskans bij een hartstilstand buiten het ziekenhuis is bijna 1 op 4: van de 100 mensen die worden gereanimeerd overleven 20 tot 25 personen. De uitkomsten van reanimatie buiten het ziekenhuis zijn anders dan voor reanimatie in het ziekenhuis.
In de jaren negentig overleefde slechts 9% van de slachtoffers een hartstilstand. De overlevingskans is sindsdien erg verbeterd. Tegenwoordig overleeft 23% van de slachtoffers het, mede door het vroegtijdig starten van reanimeren door omstanders en het aansluiten van een AED.
De organen krijgen geen zuurstof meer. De hersenen reageren hier het eerste op. Dat betekent dat een patiënt met een hartstilstand al na 10 tot 15 seconden bewusteloos raakt. Bij een hartstilstand is het normale hartritme dus ernstig verstoord.
Bij een hartstilstand stopt het hart met kloppen en pompt het geen bloed meer rond door ernstige ritmestoornissen. En bij een hartaanval raakt een kransslagader van het hart verstopt. Een deel van het hart krijgt geen bloed, dus geen zuurstof meer.
Als de doorbloeding van de hersenen langer dan een paar minuten stopt, kan hersenschade ontstaan die niet meer herstelt. Daarom is het belangrijk dat iemand met een hartstilstand zo snel mogelijk gereanimeerd wordt.
Een ambulanceverpleegkundige verdient gemiddeld € 3.740,- bruto per maand . De hoogte van je salaris hangt af van je leeftijd en ervaring en kan oplopen tot € 3.917,-. Als starter begin je doorgaans met een salaris van € 2.665,-, maar afhankelijk van je eerdere werkervaring kan dit ook hoger uitvallen.
De basisverzekering vergoedt zorgkosten die medisch noodzakelijk zijn. Als je met de ambulance opgehaald moet worden en naar de spoedeisende hulp moet worden gebracht, krijg je deze kosten vergoed.
De ambulancechauffeur
Naast de ambulance zorgt de chauffeur ook voor de communicatie met de meldkamer (cpa) en bestuurt hij de ambulance.