In samengepakt hooi en stro kunnen micro-organismen een gistingsproces veroorzaken. Daardoor stijgt de temperatuur en komen er vanaf ongeveer 55°C gassen vrij waardoor het hooi spontaan in brand kan vliegen.
Wanneer de grootste kans op Hooibroei
Dit hooi is meestal droger en staat bovendien in contact met de lucht en dus met zuurstof. Wanneer de temperatuur van de buitenste hooilagen voldoende is opgelopen zal de hooiberg spontaan vlam vatten. Hooibroei komt vooral binnen zes weken na het oogsten voor.
In een hooiberg kan een ventilatiekanaal vrijgehouden worden tijdens het stapelen van het hooi. Door lucht in het kanaal te blazen met een ventilator wordt warmte en vocht uit de hooiberg afgevoerd. Dit voorkomt hooibroei terwijl het hooi iets vochtiger opgeslagen kan worden.
Bewaar hooi dat na augustus is samengeperst altijd in folie. Dit is beter voor de kwaliteit van het hooi en verkleint de kans op hooibroei. Door de temperatuurontwikkeling regelmatig te controleren, kun je schade aan de hooistapel en gebouwen voorkomen.
Zowel hooi als stro is brandbaar materiaal dat moeilijk te blussen is. Beperk daarom de omvang van de klampen tot maximaal 100 m2. En maak ze maximaal 4 meter hoog (dus in totaal maximaal 400 m3).
Na het persen van de baaltjes hooi dient ca. 6 tot 8 weken gewacht te worden, alvorens het hooi gevoerd kan worden. Het hooi moet afsterven, waarbij het laatste vocht uit het hooi gehaald wordt. Dit proces van nabroeien is belangrijk voor het hooi.
Het hooi mag geen zichtbare schimmel bevatten en als je het hooi uit elkaar schudt dan is het niet gewenst dat er grote stofwolken uit komen. Let ook op de structuur van het hooi. Hooi met veel stengels en weinig blad bevat een lage voedingswaarde.
Hooi is zeer kwetsbaar voor weersinvloeden. Regen, hagel en sneeuw zijn fataal voor hooi, doordat het kan gaan schimmelen. De kans is groot dat je paard het hooi niet meer wil eten wanneer het nat is geworden. Daarnaast zal er ook veel zand aan het natte hooi blijven plakken wat de kans op zandkoliek verhoogd.
Hooi bestaat hoofdzakelijk uit gedroogd gras, maar er kunnen ook andere planten inzitten. De kwaliteit van het hooi kan met behulp van de geur, kleur en samenstelling ingeschat worden: Groene kleur en frisse kruidige geur: dit hooi heeft maar kort kunnen drogen, ca. 4 dagen.
Micro-organisme en bacteriën kunnen niet groeien als er onvoldoende vocht is. Doordat er dus geen fermentatie plaatsvindt is het eindproduct, hooi, dus stabiel. Als de DM te laag is (of de opslag te vochtig) kan het hooi gaan schimmelen.
Vele paardeneigenaren zijn ervan overtuigd dat het belangrijk is dat paarden 24/7 beschikking hebben over hooi. Momenteel wordt er veel aandacht besteed aan het spijsverteringssysteem van een paard en dat paarden die te weinig ruwvoer binnen krijgen een grote kans hebben op maag-darm problemen.
Brand die ontstaat doordat (organische) materialen tot zelfontbranding komen, noemen we brand door broei. Dit is een chemische reactie die ervoor zorgt dat er warmte vrijkomt. Hierdoor stijgt de temperatuur van het materiaal.
Bij 40 tot 60 graden is er vaak sprake van geen of matige broei. Daarboven wordt dringend aanbevolen dagelijks de stro- of hooiopslag te controleren en de verzekeraar in te lichten. Bij een temperatuur van 70 graden of meer moet direct de brandweer worden ingeschakeld. Broei verhoogt niet alleen de kans op brand.
Ook al is het slecht weer, toch is het aan te raden het hooi minstens één keer per dag om te keren. Regen heeft meestal een negatieve invloed op het hooi, maar ook dat hangt van verschillende factoren af.
Zelfontbranding door broei komt voor bij allerlei verschillende materialen en zowel bij vaste stoffen als bij vloeistoffen. De temperatuur van een materiaal stijgt, zonder warmte uit de omgeving op te nemen. Dit is het gevolg van een zogeheten 'exotherme reactie'. Dat is een chemische reactie waarbij warmte vrijkomt.
Gras laten drogen tot het hooi wordt, duurt ongeveer 5 dagen, afhankelijk van de weersomstandigheden. Door het lage vochtgehalte is het lang te bewaren (meer dan een jaar), omdat het ongevoeliger is geworden voor schimmels en andere micro-organismen. Hooi moet je wel droog opslaan.
Hooi dompelen heeft weinig invloed op de smakelijkheid en veel paarden eten het net zo goed als droog hooi. Hooi dompelen is (vooral met vorst) arbeidsintensief, maar wel vaak heel effectief. Het dompelwater dient elke dag verschoond te worden.
In de tabel is tevens zichtbaar dat kuilgras over het algemeen meer eiwit en minder ruwe celstof bevat. Dit zijn belangrijke factoren, waardoor in de meeste gevallen hooi beter geschikt is voor paarden. Wel is het suikerpercentage van kuilgras vaak lager dan van hooi, maar de wisselingen hierin kunnen ook groter zijn.
Meestal is half juni het beste tijdstip om hooi te winnen of de weide te begrazen. Als het gras later of niet gemaaid of begraasd wordt, kan het plat vallen waardoor de zoden verstikken. Hoe later na half juni er gemaaid wordt, hoe minder voedingswaarde het gras zal hebben.
Gevoelige luchtwegen
Door een teveel aan schimmel en stofdeeltjes in het hooi, raakt het slijmvlies geïrriteerd en er kunnen ontstekingen ontstaan. Er zal als reactie op deze irritatie meer slijm worden gevormd.
Het advies is om een paard niet langer dan 3 uur zonder ruwvoer te hebben staan, maar het mag niet langer dan 6 uur zonder staan. Anders wordt de kans op maagzweren (zeer) groot. Ongeveer 60% van de sportpaarden hebben hier last van, vaak onopgemerkt door hun eigenaren.
De hoeveelheid ruwvoer die je geeft kan je uitdrukken in hoeveelheid energie of gewicht. Je kan je paard teveel energie geven zonder de maximale hoeveelheid in gewicht te overschrijden. Dit uit zich dan in gewichtstoename van je paard.
Voedingswaardes. De voedingswaarde, vooral kijkende naar eiwitten, is bij voordroog gunstiger dan bij hooi. Suikers zijn vaak vergelijkbaar en in de Zwitserse studie was fructaan duidelijk lager in voordroog dan in hooi. (4) Conclusie is dat voordroog qua voedingswaarden gunstig is voor veel paarden.