Reflecteren betekent spiegelen
Je kan via een reflectieverslag voorbeeld inzicht krijgen in jouw handelen en kunnen. Je komt door een aantal specifieke vragen te stellen er achter hoe je hebt gehandeld in bepaalde situaties en welk effect die beslissingen hebben gehad.
Reflectievragen om terug te blikken
Wat maakte dat het een succes was? Welke eigenschappen en kwaliteiten heb je hiervoor ingezet? Wat heb je over jezelf geleerd? Op welk moment voelde je je het vrolijkst?
In een reflectieverslag laat je zien wat je van je ervaringen hebt geleerd en wat voor invloed dat heeft op je denken en handelen. Je bespreekt je sterke en zwakke eigenschappen en je eigen ontwikkeling. Voor veel opleidingen schrijf je regelmatig een reflectieverslag; meestal na een stage of voor een assessment.
Eenvoudige reflectie
Een reflectie waarmee je net onder de waterspiegel komt. Het is bijna papagaaien, je verwoordt de reflectie net iets anders dan dat de ander het zei. Deze is het gemakkelijkst om te oefenen. Alle andere vormen van reflecties noemen we ook wel 'complexe reflecties'.
Of vragen waarmee je reflecterend kunt terugblikken: Wat wilde ik / de ander? Wat deed ik / de ander? Wat dacht ik / de ander?
Reflectieve vragen hebben de bedoeling iemand te beïnvloeden, bijvoorbeeld door aannames en veronderstellingen aan de orde te stellen, opties te verkennen en der- gelijke. Daarbij is het uitgangspunt dat mensen door hun ervaringen (onbewust) veel meer weten dan ze denken te weten.
Je sluit de reflectie af met een conclusie in het verslag waarin je vertelt wat je hebt geleerd en wat je nieuwe leerdoel is. Je hoeft niet op specifieke momenten in te gaan, maar geeft een algemene reflectie op je ontwikkeling in de afgelopen tijd.
Een reflectieverslag is gemiddeld tussen de 3 en 7 pagina's, afhankelijk van de duur van de periode waarop je reflecteert en de eisen van jouw opleiding.
Bij reflecteren onderzoek je je manier van handelen, maar ook hoe je reageert op een bepaalde situatie en hoe dat voelt. Dat laatste, je gevoel, is een thema waarbij je uitgebreid stil moet staan in je manier van reflecteren. Vaak reageren we uit een eerste impuls op een situatie.
De term kritische zelfreflectie verwijst naar het 'vermogen om zichzelf van anderen te onderscheiden door persoonlijke en professionele reflectie op sterke en zwakke punten, talenten en doelen'. Kennis over sociale identiteiten en de factoren die het leven van individuen en groepen beïnvloeden, is ook relevant.
Bij reflectie kijk je naar jouw rol in een situatie, hoe je daarmee omging en wat dat beïnvloedde. Je kunt jezelf vragen stellen als: 'Wat maakt dat ik dit op deze manier heb aangepakt?' en 'Welke overtuigingen speelden een rol?' Bevraag jezelf of anderen over wat je denkt, voelt en wilt.
Gebruik feedback van anderen om vanuit dat oogpunt te reflecteren. Anderen kunnen vaak beter zien waar het goed ging en waar het fout ging. Neem deze feedback mee in je reflectie. Ga niet over jezelf oordelen, kijk wat er gebeurde en geef daar waarde aan.
Wil je groeien als persoon en zo meer uit het leven halen? Dan is het raadzaam om gericht te (leren) reflecteren op je eigen gedrag. Je staat dan stil en kijkt zo objectief mogelijk naar wat je doet en gedaan hebt. Hierbij kijk je zowel naar wat goed gaat als wat er anders zou kunnen.
Met een eenvoudige reflectie verwoordt u 'wat zichtbaar is van de ijsberg'. Met een complexe reflectie gist u naar het onderwaterdeel. Andere complexe reflecties zijn over- of onderschatten en de dubbelzijdige reflectie (verwoordt twee kanten van de ambivalentie).
Bij reflectief luisteren geef je aan de ander terug wat je vermoedt dat de ander bedoelt te zeggen. Je geeft als het ware dat wat onder de waterspiegel zit terug aan de ander.
In een reflectieverslag reflecteer je op je eigen handelen. Tijdens het reflecteren probeer je objectief naar een bepaalde situatie te kijken. Zo heb je misschien iets meegemaakt dat je in de toekomst anders zou aanpakken. Hier leer je van en zo word je steeds professioneler in je werk.