Van je huisarts kun je een verwijzing krijgen naar een erkende organisatie die gespecialiseerd is in ADHD/ADD. Bij het eerste gesprek krijg je vragenformulieren, in te vullen door jezelf, een ouder of partner en in het geval van kinderen/tieners ook door een leerkracht. Dan volgen er gesprekken met een psycholoog.
Ga dan naar de huisarts of jeugdarts. Hij of zij verwijst je naar een psycholoog. Die kan een test afnemen en bepalen of je een vorm van ADHD hebt.
De resultaten van het onderzoek en de tests kunnen aantonen of er sprake is van ADD of ADHD bij je kind (het diagnosticeren van ADD of ADHD). Het verwerken van alle onderzoeksgegevens van je kind en het schrijven van de rapportage duurt 2 tot 3 weken.
Heb je een vermoeden dat jij ADHD of ADD hebt? Dan kun je via je huisarts vragen om een doorverwijzing voor het stellen van een eventuele diagnose. Ook voor je kind met (een vermoeden van) ADHD begin je bij de huisarts. Die kan vaak zelf al veel doen.
De meeste mensen gaan eerst naar de huisarts wanneer zij problemen met hun kind ervaren. De huisarts stelt vast of er aanwijzingen zijn die kunnen duiden op ADHD en verwijst indien nodig door naar de kinder- en jeugdpsychiater of kinderarts die gespecialiseerd is in ADHD. Ook een psycholoog mag een diagnoses stellen.
Afwisseling, beweging, deadlines en creativiteit zijn vaak belangrijke aspecten die goed werken als je ADHD / ADD hebt. Denk aan een functie als verkoop buitendienst, kapper, schoonheidsspecialist, (eerste) hulpverleners, ambulant begeleider, postbezorger, onderhoudsmonteur of stagemanager.
Emoties worden geïnternaliseerd (slaan naar binnen). Dit zorgt vaak voor onbegrip en onduidelijkheid voor de omgeving. 'Geen idee wat er in hem/of haar omgaat', wordt er dan gezegd. Iemand met ADD wordt vaak omschreven als onhandig, lui, traag, in zichzelf gekeerd, ongemotiveerd en ongrijpbaar.
Het onderzoek en de diagnose
Om ADD vast te stellen kijkt de behandelaar naar gedragskenmerken in verschillende omstandigheden. Hiervoor vraagt de psycholoog naar beschrijvingen van ouders en / of leerkrachten en natuurlijk het verhaal van het kind.
Mensen met ADD hebben bij onderwerpen die geen interesse wekken, juist meer moeite met in actie komen. Wel hebben ze vaak een hoofd vol gedachtes. Daarnaast hebben ze vaker moeite met plannen en organiseren, zijn snel afgeleid door irrelevante dingen en geluiden en hebben moeite met prioriteiten stellen.
Een diagnose bestaat uit een zogeheten 'DSM classificatie' van de symptomen die je ervaart. Bijvoorbeeld of je klachten vallen binnen het autisme spectrum, of juist passen bij ADD of iets anders. Daarnaast is er ook een beschrijvende diagnose. Dit geeft je klachten weer en beschrijft waar deze vandaan komen.
Dit komt vooral voor bij vrouwen tussen de 35 en 55 jaar. De ADD diagnose wordt dus vaak pas later gesteld. Veel vrouwen worden pas voor het eerst gediagnosticeerd in de menopauze.
Bij zowel mannen als vrouwen met ADD is er in de hersenen onder meer een tekort aan dopamine. Informatie filteren en jezelf aan zetten tot actie wordt daardoor moeilijker. Door een continu aanwezige gedachtestroom komen mensen met ADD dromerig over en kunnen ze zich moeilijker concentreren op het moment.
Het meest typerende verschil tussen iemand met ADHD en ADD is het hyperactieve gedrag. Als je ADD hebt, dan kom je vaak rustig en dromerig over, in tegenstelling tot iemand met ADHD. Maar jouw hoofd zit echter wel vol met gedachten en ook jij hebt last van concentratieproblemen.
In ongeveer 75 % van de gevallen heeft ADD een erfelijke oorzaak. ADD wordt veroorzaakt door een afwijking in de werking van neurotransmitters. Neurotransmitters zijn moleculen die in de hersenen signalen doorgeven. Als je aan ADD lijdt, heb je een tekort aan de neurotransmitters dopamine en noradrenaline.
Ben je erg gevoelig voor pijn? Merk je dat je tijdens een drukke dag de behoefte hebt om jezelf terug te trekken naar een plek waar minder prikkels zijn? Ben je gevoelig voor de effecten van cafeïne? Ben je snel overweldigd door dingen als fel licht, sterke geuren of luide sirenes?
ADD is erfelijk en komt voor bij jongens en meisjes. De eerste kenmerken van ADD zijn vaak al zichtbaar en merkbaar voor anderen als je zo'n 6 jaar oud bent. Meestal krijg je zelf last van de symptomen als je in de puberteit komt of op jongvolwassen leeftijd.
ADD-behandeling
Gelukkig zijn er verschillende behandelingen om een aantal symptomen minder lastig te maken. Net zoals bij ADHD, is het mogelijk om ADD-medicatie te gebruiken om de symptomen te verminderen. Daarnaast is psycho-educatie vrijwel altijd een onderdeel van de behandeling.
De eliminatie van “natuurlijke” voedingsstoffen waarop sommige personen allergisch op, of gevoelig voor kunnen zijn, zoals bijvoorbeeld gluten, caseïne, soja, noten, eieren, chocolade en peulvruchten (vaak getest door een streng dieet, few foods dieet).
Mensen met ADD hebben vaak last van veel prikkels die hard binnenkomen. Het verwerken van al die indrukken vraagt veel energie. Een gezond slaappatroon helpt je omgaan met ADD. Zorg er voor dat je elke dag op een vast tijdstip gaat slapen en dat je minimaal 8 uur per nacht slaapt.
Hoewel mensen in de volksmond nog spreken van ADD, staat deze term niet meer in de DSM (handboek met diagnoses van psychische stoornissen).
Bij ADD speelt erfelijkheid een belangrijke rol. Een kind met ADD heeft dus vaak ook een ouder die ADD heeft. Bij mensen met ADD werken de hersenen op een andere manier dan bij mensen zonder ADD. De oorzaken van ADD lijken veel op de oorzaken van ADHD.
ADD is een ontwikkelingsstoornis. Kinderen met ADD ontwikkelen zich op bepaalde gebieden langzamer dan kinderen zonder ADD. Bij sommige kinderen vallen de symptomen snel op en wordt de diagnose in de kindertijd gesteld. Veel mensen denken dat ADD een aandoening is die kinderen hebben en die vanzelf weer overgaat.