Enkele voorbeelden van (vrij) recente nieuwe woorden die de woordenboeken hebben gehaald, zijn: petrichor, nudging, netflixen. Woorden die (nog) niet in de woordenboeken staan, zijn: wantoerist, ontgaderen, vadervleugel, clexit.
In een woordenboek kun je niet zomaar een woord vinden dat in het meervoud staat. Je kind moet het daarom eerst in het enkelvoud zetten. Het woord 'compromissen' is bijvoorbeeld niet te vinden in een woordenboek.
Een woord bestaat uit minimaal één vrij morfeem en nul of meer gebonden morfemen. In de praktijk is het een opeenvolging van aan elkaar geschreven letters, waaraan een door conventie overeengekomen betekenis verbonden is.
Een woordenboek als de grote Van Dale omschrijft rond de 250.000 woorden; in het Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT) staan zo'n 400.000 trefwoorden. Kleinere handwoordenboeken bevatten meestal rond de 60.000 trefwoorden.
Concretiseer weinig zeggende woorden zoals af en toe, betrekkelijk, diverse, doorgaans, echter, meestal, min of meer, soms, vaak, veelal, waarschijnlijk. Gebruik vaktermen alleen voor vakgenoten; vermijd jargon verder zo veel mogelijk.
Schrijven in spreektaal heeft voordelen
Korte zinnen schrijven makkelijk en ze zijn ook snel te begrijpen. Je mag makkelijke woorden gebruiken. Dat maakt je tekst een stuk toegankelijker. Je mag je zinnen beginnen met woorden als of, en, dus, want.
Volgens Onze Taal zijn dit de mooiste woorden in het Nederlands: Desalniettemin (volgens Onze Taal-lezers) Liefde (volgens NIPO-onderzoek) Vrijen (volgens Volkskrant-lezers)
Zo te zien het woordje "in".
Vaak is dit het gevolg van een neurologische aandoening, bijvoorbeeld een beroerte, Multiple Sclerose of de ziekte van Parkinson. Ook overmatige spanning, zoals in een drukke periode met veel zorgen of stress, kan voor problemen zorgen.
Behalve de uitroep 'oh! ', waarover ik eerder publiceerde op Neerlandistiek, vermeldt Van Dale (15e dr.) ook de uitroep 'ah!
Een woordenboek is een doorgaans alfabetisch gerangschikte verzameling woorden in een of meerdere talen die een naslagwerk vormen dat informatie geeft over de betekenis, de uitspraak, de spelling, de taalkundige eigenschappen, de afbreekpunten en de synoniemen van elk opgenomen woord.
[v. acribie] met zeer grote nauwkeurigheid.
Voorbeelden: `Zoiets raars heb ik nog nooit gehoord.
Wat zijn imponderabilia dan? 'Onweegbare zaken', zegt ook Van Dale. Dat klinkt wel erg abstract. 'Bijkomstigheden', meldt een ander woordenboek nog – dat is al wat algemener.
Andere voegwoorden aan het begin van een zin
Hetzelfde geldt trouwens voor de woorden 'maar', 'of', 'dus' en 'want'. Ook met deze voegwoorden kun je een zin beginnen.
Volgens een ongeschreven regel mogen zinnen niet met een voegwoord beginnen. Voegwoorden verbinden gewoonlijk een hoofdzin met een voorafgaande hoofdzin. Deze zinnen dienen dan idealiter een samengestelde zin te vormen, met een komma er tussen.
Je moet het opzoeken, bijvoorbeeld op Woordenlijst.org of op deze website. Als een woord het lidwoord het krijgt, is het onzijdig en dus niet vrouwelijk of mannelijk.
Regenwormen zijn hermafrodieten
Voor sommige soorten regenwormen, platwormen, schelpdieren en slakken is elk individu zowel vrouwtje als mannetje. De dieren hebben dus zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen. Deze hermafrodieten bevruchten meestal niet zichzelf, maar wisselen zaadcellen uit tijdens het paren.
Als bij een woord alleen maar het lidwoord de staat, is het mannelijk én vrouwelijk. Als een de-woord mannelijk is, staat er in woordenboeken en spellinglijsten een m achter. Bijvoorbeeld: boom, de (m.). Bij vrouwelijke woorden staat er een v achter, bijvoorbeeld: begroting, de (v.).