Wanneer de kikkervisjes een dag of drie uit het ei zijn moet je beginnen met voeren. Als voer kun je stukjes je sla, andijvie, paardenbloem, weegbree en visvoer gebruiken. Je hoeft maar heel weinig te geven, anders vervuilt het water. Ververs regelmatig wat water voor vers slootwater.
Wist je dat kikkers beschermde dieren zijn? Je mag ze dus niet vangen en mee naar huis nemen. Je mag wel kikkerdril vangen en de eitjes thuis laten uitkomen. Je kan dan heel mooi de ontwikkeling zien van kikkerdril via kikkervisje naar kikker.
Ververs minimaal tweemaal per week het water (of eerder wanneer het water troebel wordt). Schep eerst de kikkervisjes over in een ander bakje. Giet het 'oude' water eruit en vul de bak weer voor de helft met koud leidingwater. Kieper de kikkervisjes gewoon weer terug, daar kunnen ze best tegen.
Een kikker als huisdier heeft precies de juiste leefomgeving nodig met de juiste warmte, verlichting en luchtvochtigheid. Kikkers hebben verwarming nodig en de temperaturen variëren afhankelijk van de soort.
Als 2 van de 2500 jonge kikkervisjes volwassen, geslachtsrijp worden en op hun beurt weer zo'n overvloed aan eitjes leggen blijft de kikkerstand gelijk. Er mogen dus, gekeken naar voortbestaan, heel veel kikkervisje op weg naar volwassenheid doodgaan. En dat gebeurt ook.
Als ze groter worden hebben ze meer voedsel nodig. Schijfjes komkommer of stukjes tomaat vinden ze lekker. Als ze bijna kikkers zijn, eten ze vliegjes. Je kunt fruitvliegjes kweken.
Wanneer de kikkervisjes een dag of drie uit het ei zijn moet je beginnen met voeren. De kikkervisjes eten vooral algen, die zitten in het (verse) slootwater. Vervang het water daarom regelmatig voor nieuw slootwater uit de zelfde sloot. Als voer kun je ook mini stukjes sla, andijvie of paardenbloem gebruiken.
Kikkerdril ofwel kikkereitjes, doen er een paar dagen over om uit te groeien tot kikkervisjes. Langzamerhand krijgen de kikkervisjes pootjes. Na ongeveer drie maanden zijn het niet langer visjes maar kikkers, ze moeten nu boven water komen om te ademen.
Kikkerdril vind je vanaf ongeveer eind maart t/m juni in slootjes en vijvers.
15-MRT-2023 - Je hoeft niet te wachten tot Pasen met eieren zoeken: RAVON organiseert van 17 tot en met 9 april namelijk de Landelijke Kikkerdriltelling! Je kunt kikkerdril tellen in je eigen tuinvijver, maar het mag natuurlijk ook buiten je tuin, in stadsvijvers, poelen of sloten.
Door de nachtvorst waren ook de eiklompen (kikkerdril) van de bruine kikker en heikikker bedekt met een laagje ijs. Maar de gelatineachtige laag waarin de eitjes zitten, biedt enige bescherming tegen lichte nachtvorst.
Wanneer ze een dag of drie uit het ei zijn moet je beginnen met voeren. De dikkopjes eten vooral algen, die zitten in het (verse) slootwater. Vervang het water daarom regelmatig voor nieuw slootwater uit dezelfde sloot waar je ze weer terug gaat zetten.
5 tot 10 kikkervisjes per liter water is genoeg. Zorg ervoor dat je water en een paar waterplanten meeneemt uit dezelfde sloot of poel. Maak een kikkerdrilbak met kiezels en grote stenen en vul het met het water dat je hebt meegenomen. Zet de bak op een lichte plek, maar niet in de volle zon!
Vul de pot of vaas altijd met vijverwater van waaruit het kikkerdril afkomstig is. Gewoon kraanwater bevat niet de juiste voedingstoffen en mineralen, en kan tevens te veel kalk of zelfs chloor bevatten waar het kikkerdril niet tegen kan.
Neem niet te veel mee naar huis, want het zijn altijd meer eitjes dan je denkt. Thuis kun je de dril in een aquarium of grote weckfles gevuld met leidingwater zetten. Zet de kikkerdril op een lichte plaats, maar nooit in de volle zon.
Kikkers weren: geen vijver
Kikkers zijn relatief makkelijk uit de tuin te weren, ze blijven altijd in de buurt van water. Als er geen water is, zullen er ook geen kikkers zijn. Zolang je zelf of je buren geen vijver hebben, zullen kikkers wegblijven.
De meeste kikkerlarven zwemmen tussen half april en half juni rond, met een piek in mei. Ongeveer 2 maanden later veranderen de kikkervisjes in piepkleine kikkertjes. Ze komen dan vaak in heel korte periode massaal uit het water: de 'kikkerregen'!
De bruine kikker eet voornamelijk ongewervelden als insecten (kevers, sprinkhanen, spinnen, mieren), wormen, duizendpoten en (naakt)slakken. Af en toe eet hij ook kleine gewervelde dieren zoals muizen en kleinere kikkers. Volwassen kikkers hoeven maar twee tot drie keer per week te eten.
In feite zijn alle dieren beschermd en mag je ze niet verplaatsen. Aan het kikkerdril kan je niet goed zien om welk dier het gaat. Er is wel verschil tussen het ene kikkerdril en het andere.
De grootste oorzaken zijn het verlies van de natuurlijke habitat, de klimaatsverandering en ziektes. Maar nieuw onderzoek toont dat pesticiden en andere chemicaliën een belangrijke rol spelen bij de sterfte onder deze dieren.
Ze zijn er in verschillende maten en kleuren. De kleinere pareltjes worden vaker gebruikt in desserts, de grotere vaker in drankjes zoals bubble tea. In India verwerkt men ze ook in bepaalde viscurries. Moderne chefs gebruiken ze steeds vaker in hartige gerechten, zoals Thomas Keller in zijn Oysters and Pearls.