Het advies van de Raad van State is niet bindend. De betrokken minister moet laten weten hoe hij het advies verwerkt in het wetsvoorstel. Dit vermeldt hij in het zogenaamde nader rapport.
De Raad brengt een niet-bindend (maar natuurlijk wel zwaarwegend) advies uit. De regering beantwoordt het advies met een zogenoemd Nader Rapport . De regering kan naar aanleiding van dit advies wijzigingen aanbrengen, of het wetsvoorstel onveranderd bij de Tweede Kamer indienen.
De regering kan een wetsvoorstel vóór of tijdens de behandeling intrekken. Dit gebeurt door middel van een brief van de indiener aan de Kamer waar de wet aanhangig is.
De inhoud van een uitspraak
Verklaart de Afdeling bestuursrechtspraak het beroep ongegrond, dan blijft het besluit van het bestuursorgaan in stand. Is het beroep geheel of gedeeltelijk gegrond, dan blijft het besluit van het bestuursorgaan niet in stand.
Een wetsvoorstel gaat eerst naar een commissie van de Tweede Kamer. Daarna wordt het voorstel besproken in de plenaire vergadering en stemt de Tweede Kamer erover. Tot slot moet de Eerste Kamer een wetsvoorstel goedkeuren voordat het een wet wordt.
Regering controleren en wetten maken
Het parlement (ook wel Staten-Generaal) controleert het beleid van de regering (de Koning en de ministers). Ook heeft het parlement een wetgevende functie. Een wet gaat pas in als de Eerste en de Tweede Kamer het wetsvoorstel hebben aangenomen.
De regering maakt wetten in samenwerking met de Eerste en Tweede Kamer (wetgevende macht).
De Raad van State draagt als adviseur voor wetgever en bestuur en als hoogste algemene bestuursrechter bij aan het behoud en de versterking van de democratische rechtsstaat. Daarbinnen staat de Raad van State voor eenheid, legitimiteit en kwaliteit van het openbaar bestuur en voor rechtsbescherming van de burger.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State is ook de hoogste rechter in vreemdelingenzaken. Niet alle vreemdelingenzaken worden op een rechtszitting behandeld.
De Raad van State is een van de Hoge Colleges van Staat en heeft als voornaamste taak de regering en het parlement te adviseren over wetgeving en bestuur. Daarnaast is deze instantie de hoogste algemene bestuursrechter.
De Grondwet kan alleen gewijzigd worden als eerst een wet is aangenomen die verklaart dat wijziging van de Grondwet overwogen wordt. Die verklaringswet moet in de Tweede en Eerste Kamer met een gewone meerderheid worden aangenomen.
Publicatie van de adviezen
Vanaf 1 mei geldt de Wet open overheid. Deze wet bepaalt dat adviezen binnen twee weken nadat ze zijn vastgesteld, openbaar worden gemaakt.
Grondwet voor het Koninkrijk der Nederlanden, na de wijziging van 2018. De Grondwet is de hoogste nationale wet voor de Nederlandse staat; andere wetten dienen haar bepalingen in acht te nemen. ...
Hoge Raad. De Hoge Raad is de hoogste rechter en kan besluiten dat een rechtszaak over moet. De Hoge Raad kan ook besluiten dat een rechtszaak heropend moet worden (herziening).
De Afdeling bestuursrechtspraak is de hoogste, algemene bestuursrechter in Nederland.
De Raad van State biedt de mogelijkheid aan burgers en rechtspersonen om in beroep te kunnen gaan tegen onwettige administratieve rechtshandelingen die hen mochten hebben geschaad.
De Raad van State vernietigt of schorst niet zomaar een bestuurshandeling: dat kan alleen als de bestreden handeling onwettig is (vernietiging) of lijkt (schorsing, waarna de procedure ten gronde verder zal gevoerd worden).
De Raad van State is een Hoog College van Staat. De Eerste Kamer, Tweede Kamer, de Algemene Rekenkamer en de Nationale ombudsman zijn dat ook. De Raad van State is een instituut dat in de Grondwet is geregeld. Hij heeft een eigen taak in de democratische rechtsstaat, die hij onafhankelijk van de regering uitvoert.
De Raad heeft een dubbele functie: advies uitbrengen over voorstellen en ontwerpen van wetten, decreten, ordonnanties of koninklijke of ministeriële besluiten; hierbij gaat de Raad de kwaliteit van de ontwerpteksten na en controleert of ze niet strijdig zijn met de Belgische grondwet of andere hogere rechtsregels.
Volgens de grondwet delen de Staten-Generaal en de regering (koning en ministerraad) samen de wetgevende macht. Daarnaast moet bij wetgeving advies gevraagd worden aan de Raad van State. De uitvoerende macht ligt bij de regering.
De uitvoerende macht bestaat uit de regering. De regering geeft namelijk leiding aan de ministeries en hun ambtenaren, die zich bezighouden met de uitvoering van wetten. De uitvoerende macht moet rekening houden met de wetgevende macht. De uitvoerende macht mag alleen zaken uitvoeren die in de wet staan.
Ten aanzien van de wetsvoorstellen heeft zij een heroverwegende functie. De Eerste Kamer heeft niet het recht om wetsvoorstellen te wijzigen (het recht van amendement). Zij stemt alleen over het voorliggende wetsvoorstel en kan dit uitsluitend aannemen of verwerpen.
Drie categorieën zijn van dwingende aard: de wet, het gewoonterecht en de algemene rechtsbeginselen. De twee andere categorieën zijn niet dwingend, maar louter "gezaghebbend": het betreft de rechtspraak en de rechtsleer.