Afspraken: Je bent een bestuurder als je fietst. Als je paardrijdt of loopt met een paard aan de teugel, dan ben je ook een bestuurder. Op een skelter, een step, skeelers of een skateboard ben je voetganger.
Geleiders van rij-trekdieren en vee vallen dus ook onder de bestuurders. Dit betekend dat wanneer je een paard aan de hand begeleid je ook een bestuurder bent. Alle andere weggebruikers zullen extra aandacht moeten besteden aan ruiters en geleiders van rij-trekdieren en vee. Dit omdat dieren onvoorspelbaar kunnen zijn.
Een ruiter is de 'bestuurder' van een paard en heeft dus als weggebruiker rechten en plichten. Ruiters zijn onderworpen aan alle voorschriften van het verkeersreglement.
Wie een fiets, een bromfiets, een kinderwagen,... voortduwt, is een voetganger, en geen bestuurder.
Bestuurders zijn alle personen die aan het verkeer deelnemen met uitzondering van voetgangers. Voetgangers vallen hier dus niet onder.
De bestuurder volgens de WOR (artikel 1 lid 1e) is degene die, alleen of met anderen, in een onderneming rechtstreeks de hoogste zeggenschap uitoefent bij de leiding van de arbeid. Bij de dagelijkse leiding van de arbeid heeft de bestuurder niemand meer boven zich.
Was de bestuurder een vennootschap (bijvoorbeeld een holding) en is die vennootschap stuurloos door het overlijden van háár enig bestuurder en enig aandeelhouder, dan kan veelal door de overgebleven aandeelhouder op grond van belet of ontstentenis in de plaats van een bestuurder een Algemene Vergadering van ...
De aandeelhouders zijn de eigenaren van de BV. Zij hebben aandelen in het bedrijf en daarmee een stukje eigendom. Een bestuurder kan ook aandeelhouder zijn, maar dit hoeft niet. Een bestuurder is de persoon die de BV bestuurt en vertegenwoordigd.
Dit zegt de wet: Weggebruikers: voetgangers, fietsers, bromfietsers, bestuurders van een gehandicaptenvoertuig, van een motorvoertuig of van een tram, ruiters, geleiders van rij- of trekdieren of vee, bestuurders van een bespannen of onbespannen wagen. Passagiers zijn geen weggebruikers.
Zit je op je paard of loop je ernaast, dan ben je volgens de wet namelijk een bestuurder. Ken jij de belangrijkste verkeersregels?
Het verlenen van voorrang
Gezien het feit dat je als ruiter of meneer in het verkeer als bestuurder wordt gezien gelden voor jou dezelfde voorrangregels als voor fietsers, bromfietsers en autobestuurders. Rechts heeft altijd voorrang, tenzij anders aangegeven.
Op grond van artikel 10 RVV is de plaats op de weg van paard en geleider de rijbaan. Met een paard mag je niet op voetpaden, stoepen, fietspaden en fietsstroken niet komen, niet als ruiter, maar ook niet als geleider van een rij- of trekdier.
De ruiter of amazone is de persoon die op het paard rijdt. Tijdens de draf kan de ruiter of amazone licht rijden of doorzitten. Licht rijden is een manier van zitten waarbij de ruiter iedere keer even uit het zadel opveert.
Een paard is in iemands eigendom indien het paard door diegene is aangekocht, gefokt of verkregen via een schenking of nalatenschap. Het is echter niet altijd eenvoudig om de eigendom van een paard aan te tonen. Om te beginnen is een paspoort of stamboekpapier geen eigendomsbewijs van een paard.
De regel voor wat een paard aankan
Een paard kan doorgaans zo'n 15 tot 20 procent van zijn eigen gewicht dragen. Een groot paard weegt gemiddeld 600 kilo, dus dat betekent dat hij 105 kilo kan hebben. Een zadel is zo'n 10 kilo, waardoor de ruiter 95 kilo mag zijn.
Als u uw taak als bestuurder niet goed uitvoert, dan kan de rechtspersoon u aansprakelijk stellen voor de schade. Dit heet 'interne bestuurdersaansprakelijkheid'. En kan alleen bij een 'ernstig verwijt'. Bijvoorbeeld als u uw vereniging of bv in de problemen brengt doordat u uw administratie ernstig verwaarloost.
Elke rechtspersoon heeft (verplicht) een bestuur.
Bestuurder wordt je niet zomaar!
De procedure voor je benoeming als bestuurder staat in de statuten van je rechtspersoon. Je bent pas bestuurder als je je benoeming ook aanvaardt. Inschrijving in het handelsregister daarna is cruciaal. Zo kan iedereen zien dat jij bestuurder bent.
U wordt door uw werkgever benoemd en niet door een orgaan van de vennootschap. U krijgt daarbij de titel 'bestuurder' of 'manager'. Als (niet-statutair) directeur, bestuurder of manager bent u daarom in ieder geval een werknemer van de onderneming.
Door de wet en de rechtspraak worden personen die geen bestuurder in een vennootschap zijn soms toch behandeld alsof ze benoemd waren tot bestuurder. Men noemt dit een "feitelijk bestuurder".
Een statutaire bestuurder is in beginsel ook een medewerker, doordat hij een arbeidsovereenkomst aangaat met de rechtspersoon waarvan hij bestuurder is. Een BV in oprichting is geen rechtspersoon en kan daarom geen arbeidsovereenkomst aangaan, ook niet met de bestuurder.
Niet-uitvoerende bestuurders staan niet buiten het bestuur, maar maken deel uit van het bestuur. Dat betekent dat de aansprakelijkheid van een niet-uitvoerende bestuurder in beginsel gegeven is als een ander (uitvoerend) bestuurslid zijn taak onbehoorlijk heeft vervuld.
Aan een bestuurder wordt de eis gesteld dat hij beschikt over het inzicht en de zorgvuldigheid die mogen worden verwacht van een bestuurder die op zijn taak berekend is en deze nauwgezet vervult. Kortom, een bestuurder moet bekwaam zijn en zijn taak zorgvuldig uitoefenen.
Het begrip bestuur staat voor het orgaan dat de eindverantwoordelijkheid draagt voor de belangrijkste organisatorische, inhoudelijke en financiële besluiten van een organisatie. Het begrip toezicht staat voor het orgaan of de organen die toezien op het bestuur.