Dementie is (nog) niet te genezen. Met de juiste behandeling kunnen de achteruitgang en symptomen wel worden geremd. Dit kan soms met medicatie. Daarnaast is er nog veel dat gedaan kan worden om zo goed mogelijk met de ziekte om te gaan.
Dementie is ongeneeslijk. Behandeling is gericht op symptoombestrijding: vermindering van een aantal verschijnselen en vertraging van de achteruitgang. Allereerst zal de arts uitsluiten dat de gesignaleerde verschijnselen veroorzaakt worden door andere, behandelbare ziekten, zoals diabetes.
Een deel van de studies vindt dat mensen die een mediterraan dieet volgen, minder vaak dementie ontwikkelen. Ook lijkt het dat het dieet betere mentale vermogens (cognitie) geeft. Het mediterraan dieet bevat veel groentes, fruit, volkoren producten, peulvruchten en onverzadigde vetten (noten of olijfolie).
Dementie is nog niet te voorkomen. Wel zijn er bepaalde risicofactoren bekend. Als je deze vermijdt, verklein je de kans op dementie. Er wordt veel onderzoek gedaan naar het ontstaan en de oorzaken van dementie.
Helaas is er nog geen medicijn dat dementie kan genezen. Wel bestaan er medicijnen die de ziekte kunnen vertragen of verschijnselen kunnen verminderen. Deze medicijnen werken alleen bij bepaalde vormen van dementie, zoals de ziekte van Alzheimer. Hoe goed de medicijnen werken verschilt per persoon.
Waar je naaste vroeger dagelijks wilde douchen, kan ze nu het idee hebben dat wekelijks ook wel voldoende is. Ook kan het voelen als inbreuk als iemand anders jou komt helpen bij het wassen. Het voelt als doorbreking van de autonomie en daarom weigert je naaste hulp.
Middenfase dementie
Tijdens de middenfase van dementie worden de symptomen erger en breiden zich uit. Dagelijkse handelingen van tandenpoetsen tot aan autorijden gaan moeizamer. De persoon met dementie wordt steeds afhankelijker omdat het niet altijd meer lukt om vanzelfsprekende handelingen zelfstandig uit te voeren.
Supplementen van de meeste B-vitaminen, vitamine D en E verminderen de kans op dementie of de achteruitgang ervan niet. Enkel foliumzuur zou een positief effect kunnen hebben.
Veralgemeende risicofactoren voor dementie zijn: leeftijd, rookgedrag/eetgewoonten, wonen in de nabijheid van een drukke snelweg/luchtvervuiling/toxines, graad van opleiding, sociale interacties, overgewicht, hoge bloeddruk, depressie, suikerziekte en het apolipoproteïne E epsilon 3 of 4 allel.
Onderzoek laat zien dat noten inderdaad gezond zijn, maar kunnen ze echt dementie voorkomen? En hoe zit het met pindakaas? Voor geen enkel voedingsmiddel is aangetoond dat het dementie kan voorkomen.
Dementie is in de meeste gevallen niet erfelijk. De ziekte komt wel vaak voor. Maar liefst een op de vijf mensen krijgt dementie. Hoe ouder iemand wordt, hoe groter de kans is dat hij dementie krijgt.
Er zijn veel verschillende vormen van dementie, met elk een andere levensverwachting. Gemiddeld is de verwachting tussen de één en de twintig jaar na de diagnose. Voor de ziekte van Alzheimer is de gemiddelde levensverwachting 6,5 jaar.
Personen met vasculaire dementie kunnen plotseling achteruitgaan door een beroerte of een reeks kleine beroertes (TIA's). Zolang er zich geen nieuwe beroertes voordoen, kan iemand daarna weer een tijd stabiel blijven. Soms kan het geheugen zelfs iets verbeteren als de lichamelijke conditie verbetert.
Mensen met dementie leven gemiddeld 6,5 jaar met de ziekte. Gedurende het ziekteproces neemt zowel het aantal als de ernst van de klachten toe. Er is geen genezing mogelijk voor dementie. Uiteindelijk overlijdt een patiënt aan de gevolgen van dementie.
Wandelen maakt vrolijk, houdt hart- en bloedvaten gezond én voldoende bewegen zorgt ook nog een voor vermindering van de kans op dementie. Als je met jouw wandeling geld inzamelt voor een goed doel als Alzheimer Nederland, werk je dubbel aan het verminderen van dementie.
Leg contact met aandacht
Maak oogcontact. Let op uw mimiek, en probeer vriendelijk te kijken. Ook al begrijpt iemand met dementie niet helemaal wat er gebeurt, dan ziet hij in ieder geval een vriendelijk gezicht. Pak iemands hand als dat goed voelt.
Beginnende dementie herkennen
Vergeetachtigheid. Problemen met dagelijkse handelingen. Vergissingen met tijd en plaats. Taalproblemen.
Dementie kan het gedrag en het karakter aantasten. Daardoor krijg je te maken met onverwachte stemmingswisselingen, verward, achterdochtig, depressief of angstig gedrag. Je naaste kan ineens boos of verdrietig zijn, of ongeremd dingen doen die ze anders nooit deed.
Mensen met dementie hebben moeite met het verwerken van informatie. Ze weten niet meer wat voor dag het is, halen namen door elkaar en raken spullen kwijt. Ook kan het gedrag veranderen. Iemand wordt bijvoorbeeld snel boos.
Tegenwoordig wonen mensen met dementie steeds langer thuis. Van alle mensen met dementie woont 70% thuis totdat verhuizing naar een zorginstelling in de meeste gevallen niet langer uitgesteld kan worden. Thuis wonen met dementie kun je zelfstandig doen in een huis of appartement dat gekocht is of gehuurd wordt.
Ongeveer 70 procent van de mensen met dementie woont thuis, maar wanneer iemand verder in zijn dementie komt, wordt de persoon steeds afhankelijker van zijn omgeving. Ook gaat het zelf nemen van beslissingen minder goed.