Het wordt over het algemeen niet aanbevolen om een konijn te wassen, omdat ze het stressvol vinden en gemakkelijk gewond kunnen raken. Het kan soms nodig zijn om een bevuild gebied schoon te maken. Een bevuilde en vochtige vacht kan vliegen aantrekken die eieren kunnen leggen, waardoor maden kunnen ontstaan.
Het is verstandig om een teiltje water bijvoorbeeld te vullen en uw konijn hierin te zetten. Wanneer u uw konijn nat spuit doet u dit met een zachte straal. Ook gebruik je speciale shampoo voor konijnen. Wanneer u klaar bent met het wassen maakt u uw konijn goed droog.
Je kunt het dan vergelijken met het spinnen van een kat. Wassen: Konijnen wassen zichzelf en elkaar ontzettend vaak! Dit is natuurlijk alleen maar goed! Bijten in draden of meubels waar ze weten dat ze niet in mogen bijten: Het konijn is boos of verveeld, geef haar iets anders te doen.
Houd het kontje zo schoon mogelijk. Was het kontje van je konijn wanneer het vies is door hem in een bak met lauw water te zetten en de viezigheid los te weken. Geef je konijn de juiste hoeveelheid hardvoer. Op de verpakking staat vaak de dagelijkse hoeveelheid.
Een konijn kan gewassen worden, maar het is beter dit alleen te doen als het echt nodig is, over het algemeen zijn konijnen namelijk gewoon erg schoon van zichzelf.
Konijnen doen hun behoeft graag waar het zacht is. In de natuur zoeken ze ook altijd een zacht hoop grond/zand op. Door extra veel (absorberend) bodembedekker in het toiletje toe doen en heel weinig in het hok dan is de keuze van het konijn om op het toilet te zitten, omdat het daar zacht is.
Een handig hulpmiddel is het konijnentoilet. Dit zorgt ervoor dat uw konijn snel en gemakkelijk zindelijk wordt, zodat het niet zijn/haar behoefte overal in het hok doet en u niet iedere keer het hok in het geheel schoon hoeft te maken. Het advies is om het konijnentoilet twee tot drie keer in de week schoon te maken.
Als je wilt aaien, en je konijn springt weg, stop dan met aaien. Elke keer als je eten neerzet, of drinken, laat je het konijn eerst aan je hand ruiken. Het konijn leert dan dat jouw hand iets fijns doet. Als je konijn aan de lucht van jouw hand gewend is, zal hij graag geaaid willen worden.
Waar zet je het konijnentoilet? Het is handig om de bak in eerste instantie neer te zetten op de plek waar je konijn (het grootste gedeelte van) zijn behoefte doet. Gaat je konijn hiervoor vervolgens een andere plek opzoeken, dan verplaats je de bak mee.
Konijnen zijn over het algemeen crepusculair/schemeractief - wat inhoudt dat ze het actiefst zijn rond zonsondergang en zonsopgang. Als u uw konijnen vaak slapend aantreft terwijl u met ze wilt spelen, dan is het beter om dit vroeger op de dag te doen of juist 's avonds.
Het wordt over het algemeen niet aanbevolen om een konijn te wassen, omdat ze het stressvol vinden en gemakkelijk gewond kunnen raken. Het kan soms nodig zijn om een bevuild gebied schoon te maken. Een bevuilde en vochtige vacht kan vliegen aantrekken die eieren kunnen leggen, waardoor maden kunnen ontstaan.
Een konijn doet dat uitsluitend bij de persoon waar hij veel van houdt. Dus als je konijn je hand likt dan vindt hij je lief en laat dat blijken door likken, net zoals een hond of een poes doet. Sommige konijnen vleien zich in je hals en likken je gezicht. Allemaal konijnenliefde.
Gebruik voor het wassen van je konijn bij voorkeur alleen water. Indien de vacht echt vies is, gebruik je een speciale shampoo. Deze is online verkrijgbaar.
Zorg er bij het schoonmaken van het konijnenhok dat u eerst alle stro en uitwerpselen wegveegt. Daarna maakt u de bak goed schoon met sop en warm water. Urine aanslag is weg te krijgen door middel van schoonmaakazijn. Door het even in te laten trekken en daarna goed schoon te maken verdwijnen de urine vlekken.
Een konijn heeft gevoelige longen en kan daardoor slecht tegen stof, zorg dus voor een stofvrije en schone plek.
Een lege kamer, ren of hok is niet zo uitdagend voor een ondernemend dier als een konijn. Geef je langoren daarom wat te doen door allerlei voorwerpen neer te zetten in hun leefomgeving. Voorzie bijvoorbeeld een rustplek in de hoogte, vanwaar je konijnen een goed uitzicht hebben.
- Een eenzaam konijn wordt soms hyperactief of boos. Let op of hij aan tapijten of meubels gaat knagen, of wanneer hij buiten verblijft aan de tralies of het hout van het hok knaagt. - Wanneer een konijn eenzaam is, kan hij ook zijn eigen vacht kaal gaan plukken of zich uit verveling gaan overeten.
Konijnen kunnen je veel vertellen met hun lichaamstaal, maar laten dat subtieler zien dan bijvoorbeeld een hond. Ze kunnen boos zijn, gespannen, bang, gestresst, vrolijk, verdrietig: net als wij!
Dus, als je overdag's werkt, vindt hij het niet erg om in de kooi te blijven, als dat beslist noodzakelijk is. Maar hij moet er een paar uur per dag uit, zowel om zijn pootjes te strekken als om het sociale contact met jou. Hoe langer de tijd is dat een konijn in de kooi moet doorbrengen, hoe groter de kooi moet zijn.
Luid knarsetanden: Een konijn dat zachtjes 'met de tanden knarst', of beter gezegd het gebit zachtjes enkele keren op elkaar klikt of schuift, is vaak tevreden en op zijn gemak. Wanneer er luid met de tanden geknarst wordt is dit vaak een teken dat het dier pijn heeft. Soms gaat dit gepaard met kwijlen.
De meeste konijnen vinden oppakken en knuffelen niet leuk. Ze kunnen dan krabben en bijten en zelfs hun eigen rug breken als ze spartelen bij het optillen. Door veel tijd aan het konijn te besteden en er rustig mee om te gaan, kan het wel tam worden en leren dat aaien prettig kan zijn.
Een konijn is een gezelschapsdier en is gewend om in groepen te leven. Dit betekent dat het niet graag alleen is. Als u niet veel thuis bent is het dus beter om 2 konijnen te nemen. Een konijn alleen is maar alleen en dit kan leiden tot het ontstaan van gedragsafwijkingen.
Geef je konijn dagelijks 20 gram biksbrokjes per kilo lichaamsgewicht. Vers hooi mag je onbeperkt geven. Bouw het geven van vers gras en groenten van jongs af aan op en geef het met mate. En zie fruit als snoep: je mag ze af en toe wel wat geven, maar niet te vaak, want dan krijgen ze teveel suikers binnen.
Bij het konijn is het normale SG 1.003 – 1.036 volgens de literatuur. Dit is een veel bredere marge dan die bij een hond of een kat. Ook worden veel lagere waardes gemeten.