Zo ligt zijn gezichtje vrij, waardoor hij goed kan ademhalen. Leg je baby dus nooit op zijn buik te slapen, ook niet om te troosten, omdat de kans dan wél bestaat dat de ademhaling van je kindje wordt belemmerd. Omdat je baby al na een aantal weken leert omrollen van zij naar buik, is ook de zijligging niet verstandig.
Leg je baby niet op zijn zij. Met deze houding is het risico op wiegendood groter. Ook ontstaat na enkele weken de kans dat je baby op zijn buik rolt. Bij de ene baby gebeurt dit wat eerder dan bij de andere.
Probeer uw kindje niet met twee handen onder de oksels op te pakken, hierbij kan het kindje gemakkelijk overstrekken. U kunt het kindje beter oppakken door één hand op de buik van de baby te leggen en het kindje op die hand te draaien. Doe dit niet te snel, zodat uw baby niet wordt overvallen.
Op de rug slapen
De veiligste slaaphouding voor een baby is slapen op de rug. De baby kan dan niet met de mond of neus tegen het matras aan liggen, wat de ademhaling zou kunnen belemmeren. Wij raden slapen op de zij of op de buik sterk af, zolang de baby zichzelf nog niet snel en makkelijk om kan draaien.
Als je jouw baby toch graag op de zij wilt laten slapen, dan mag dit tot een leeftijd van 2 weken. Daarna moet jouw baby op de rug slapen. Mede om SIDS (wiegendood) te voorkomen. Na 2 weken is jouw kindje sterk genoeg om vanuit een zijligging door te rollen naar zijn buik, met alle vervelende risico's van dien.
De meest opvallende symptomen van het KISS-syndroom bij baby's zijn duidelijke voorkeurshoudingen en een scheve stand van het hoofd. Andere symptomen zijn: Scheef ruggetje. Asymmetrisch bewegen van armen en benen.
De eerste maanden na de geboorte willen en moeten baby's zich kunnen strekken en draaien zodat ze sterker en stabieler worden. Dat kunnen zij alleen als ze op een vlakke ondergrond liggen. Een bedje, box of kleed op de vloer is hiervoor ideaal.
dossier Een kind slaapt van bij de geboorte het best in een slaapzak. Een dekentje met laken kan ook. Een dekbed of donsdeken wordt afgeraden omdat het veel te warm is. Het gebruik van een slaapzak is zeker voor de piekleeftijd van risico op wiegendood (3 tot 5 maanden) het meest aangewezen.
Babyslaapzak; Gebruik de eerste twee jaar een babyslaapzak. In een babyslaapzak kan het hoofdje van je baby niet onder beddengoed raken en kan hij zich niet bloot woelen. Bovendien rolt een jonge baby in een slaapzak minder gemakkelijk om van de rug naar de buik.
Op het moment dat je kindje met de armen omhoog ligt, creëert je kindje meer ruimte in de longen en wordt het ademenen nog meer vergemakkelijkt. Kinderfysiotherapeut Els Geerdink noemt dit de hoera-houding. In het NRC legt ze uit dat dit een teken is dat je kind heerlijk ontspannen is.
Wanneer moet je stoppen met het ondersteunen van baby's hoofd? Vanaf 4 maanden, wanneer baby in staat is zijn hoofd op te tillen, houdt het omhoog en tilt zijn borst op wanneer hij op zijn buik ligt.
Beweging is goed voor de ontwikkeling van je baby, dus speels zwiepen met armen en benen is niets om je zorgen over te maken. De baby beweegt veel met armen en benen om te ontdekken wat er allemaal mogelijk is met het lichaam. Beweging is niets om je druk over te maken.
Signalen van oververmoeidheid bij baby:
Vreemd genoeg zijn oververmoeide baby's vaak overactief: ze maaien met armpjes en beentjes en ze lijken om steeds meer aandacht en prikkels te vragen: als je met ze rondloopt kijken ze geïnteresseerd rond en stopt het huilen.
Op de buik- of zij slapen zorgt bij baby's voor een vergroot risico op wiegendood. Dat komt omdat jonge baby's niet zelfstandig om kunnen draaien. Het is dus heel gevaarlijk als je baby met het gezichtje naar beneden in het matras komt te liggen, omdat deze dan geen adem meer kan halen.
Als je je baby in bed legt, kan er nog een vuist tussen zijn voetjes en het voeteneinde. Zorg er wel voor dat hij zijn benen nog kan strekken. Dek je baby toe over zijn schouders tot zijn kin. Het laken mag goed strak, let er op dat het matras vlak ligt en niet in een kuiltje.
Om de warmte te bewaren en omdat de baby's nog geen terugtrek reflex hebben moet de kruik tussen de dekens in liggen. Iets waar wij als volwassenen geen last van hebben, want als wij iets te heet vinden trekken wij ons automatisch terug.
Het antwoord is vrij simpel en stemt ook overeen met de algemene richtlijn van de AAP (American Academy of Pediatrics): in het eerste levensjaar vermijden we het gebruik van een deken in een babybed, aangezien dit nog niet veilig is voor de baby.
Gebruik de eerste twee jaar geen dekbed
Een dekbed kan veel te warm zijn voor je baby en het kind kan zich gemakkelijk onder of in het losliggend beddengoed wurmen. Dit kan de ademhaling belemmeren. Een deken in een dekbedhoes kan wel, maar dan moet de deken even groot zijn als de hoes.
Pas de slaapkleding van je kleine aan op de temperatuur en combineer het met zijn slaapzak. Is het erg koud, gebruik dan een wat warmere pyjama en romper onder zijn slaapzak. Valt het mee, dan kan een dunne pyjama of zelfs alleen een romper genoeg zijn.
Waarom zijn er slaapzakken met en zonder mouwen
Of er wel of geen mouwen aan een slaapzak zitten heeft met de temperatuur te maken. Een slaapzak met mouwen is warmer dan eentje zonder. Het is handig als je de mouwen kunt afritsen zodat je deze in meerdere seizoenen van het jaar kunt gebruiken.
Wanneer je de overstap maakt van een slaapzak naar een deken is ons advies om te zorgen dat je je kind goed aankleedt. Veel kinderen die net met een deken gaan slapen, rollen zich halverwege de nacht onder de deken vandaan waardoor ze het koud krijgen. Dit kan het (vroeg) wakker worden bevorderen.
Baby's worden vaak languit liggend op hun rug neer gelegd. Dit wordt meestal geadviseerd, zodat het kind goed kan ademen. Als hij languit op zijn rug ligt, zonder enige kanteling, kan hij namelijk zijn middenrif (de belangrijkste ademhalingsspier bij deze ziekte) zo efficiënt mogelijk gebruiken.
Verreweg de meeste baby's liggen nu in de achterhoofdsligging. Een perfecte houding voor de bevalling want het hoofdje kan zich zo tijdens de bevalling aanpassen aan de vorm van het bekken. Je kind kan ook in een voorhoofdsligging of aangezichtsligging liggen.