Dat belooft! is standaardtaal in België. Dat belooft wat! is standaardtaal in Nederland. Beide formuleringen zijn dus correct, maar geen van beide is standaardtaal in het hele taalgebied.
Om te zeggen dat iets er veelbelovend uitziet of een belofte inhoudt, wordt in de standaardtaal in België de uitdrukking Dat belooft! gebruikt. In de standaardtaal in Nederland is Dat belooft wat! gebruikelijk.
ik beloofde, wij beloofden. ik heb beloofd. de beloofde maatregelen.
verzekeren dat iets gedaan zal worden. zeggen dat je hem iets zult geven of dat je iets voor hem zult doen vb: Ahmed heeft mij een horloge beloofd dat belooft wat!
Er is ook een trucje om te achterhalen of u aan het eind van het voltooid deelwoord -t of -d moet schrijven. U kunt daarvoor vergelijken met de verledentijdsvorm. Als die op -de(n) eindigt, krijgt ook het voltooid deelwoord een -d. Als de verledentijdsvorm op -te(n) eindigt, krijgt ook het voltooid deelwoord een -t.
Beloofd is hier een voltooid deelwoord. Omdat de verleden tijd beloofde is (met -de), is ook het voltooid deelwoord met een d.
Om te bepalen of het voltooid deelwoord of de persoonsvorm verleden tijd een d of t krijgt, neemt je kind eerst de ik-vorm (stam) van het werkwoord. Als deze op een medeklinker uit 't kofschip eindigt, krijgt het woord een -t. Wanneer de laatste letter van de stam er niet in zit, schrijft je kind een -d.
Voltooid deelwoord (participium)
Voorbeelden van voltooide deelwoorden zijn gewerkt, gelopen, onthouden, verkocht en beloofd.
Als je iets belooft, dan moet je dat ook nakomen. “Belofte maakt schuld” luidt het eeuwenoude spreekwoord. Soms is dat een schuld die pas na jaren of zelfs generaties later vereffend moet worden. Tegen die tijd zijn omstandigheden veranderd of is de originele intentie van de belofte vergeten.
Ook wanneer het onderwerp u ná het werkwoord komt, schrijven we een t achter de stam: wat vindt u van de nieuwe minister? Hierin verschilt u van de niet-beleefde vorm je. Als dat na het werkwoord komt, schrijf je geen t: wat vind je van de nieuwe minister?
Hij is in het Nederlands het persoonlijk voornaamwoord voor de mannelijke vorm van de derde persoon enkelvoud in de onderwerpsvorm. De tegenhanger in de voorwerpsvorm is hem.
Waarom geen dt in de verleden tijd? In de verleden tijd zie je de lettercombinatie dt niet aan het eind van een werkwoord, omdat daar nooit een letter t wordt toegevoegd.
De correcte vervoeging is je/jij vindt.
Als het onderwerp je/jij achter de persoonsvorm staat, is de correcte vervoeging vind je/jij. Bij combinaties met je is het niet altijd even duidelijk of je het onderwerp van de zin is.
Het voltooid deelwoord is een vorm van het werkwoord.
De voltooide tijd wordt gevormd door de persoonsvorm van het hulpwerkwoord hebben of zijn en het voltooid deelwoord van het hoofdwerkwoord. We hebben tot vijf uur gewacht. We zijn te laat gekomen.
't Kofschip (met als varianten 't fokschaap en recentelijk in NT2-onderwijs soft ketchup) is een ezelsbruggetje om te bepalen hoe de onvoltooid verleden tijd en het voltooid deelwoord van zwakke werkwoorden volgens de Nederlandse spelling geschreven moeten worden.
Bij 't fokschaap gaat het alleen om de medeklinkers: t f k s ch p. De klinkers zijn alleen toegevoegd om een mooi woord te maken, dat je kunt onthouden. Vandaar dat je ook wel eens 't kofschip ziet staan: daarin zitten dezelfde medeklinkers.
Het "Sexy Fokschaap" is een Nederlandse internetmeme die oorspronkelijk afkomstig is van een spelfout in een onderschrift van een foto van een schaap. In het onderschrift stond "sexy fokschaap" in plaats van "sexy schaap".
Dt-fouten voorkomen met de smurfenregel
Een bekend ezelsbruggetje voor werkwoordspelling in de onvoltooid tegenwoordige tijd is de 'smurfenregel'. Het is eigenlijk heel simpel: vervang een werkwoord in de tegenwoordige tijd door een vorm van 'smurfen' en je hoort meteen of er een -t achter moet.
Vervoeging: ik zeg, jij zegt, wij zeggen. ik zei, jij zei, hij zei, wij zeiden. ik heb gezegd.
Omringd: voltooid deelwoord
Omringd is in omringd door haar dierbaren het voltooid deelwoord van omringen. In het voltooid deelwoord omringd komt de d van de verleden tijd omringde terug. Omringd is hier vergelijkbaar met voltooid deelwoorden als gesteund en bijgestaan.