Ieder jaar vindt er een indexering van de partneralimentatie én de kinderalimentatie plaats. Door deze aanpassing wijzigt het alimentatiebedrag dat jij komend jaar aan partner- en/of kinderalimentatie ontvangt of betaalt. Het percentage wordt vastgesteld door de Minister van Justitie.
De alimentatie moet ieder jaar worden verhoogd. Deze verhoging heet indexering en is wettelijk verplicht. Wil de ex de verhoging niet betalen, dan kun je gaan vorderen.
Wie is verantwoordelijk voor de jaarlijkse indexering van de alimentatie? Jijzelf. Iedereen met een vonnis of overeenkomst waarin een bedrag aan onderhoudsbijdrage staat, moet zelf voor de indexering van de onderhoudsbijdrage zorgen.
Ieder jaar worden zowel de kinder- als de partneralimentatie een stukje hoger. Dit heet de indexering. Het is wettelijk bepaald dat de alimentatiebedragen jaarlijks worden aangepast. De reden hiervan is dat de prijzen en lonen elk jaar stijgen door inflatie.
Kinderalimentatie is bedoeld zodat een kind alles kan blijven doen wat hij of zij voor de scheiding ook deed. Dit betekent dat alle kosten van de kinderalimentatie moeten worden betaald. Het gaat bijvoorbeeld om eten, drinken, kleding, kosten voor kinderopvang, zwemles, sport en muziekles.
Elk jaar verhoging alimentatie
De overheid maakt in november bekend hoeveel procent meer u betaalt in het volgende jaar. Vanaf 1 januari 2023 is dat 3,4%.
De onderhoudsplicht voor kinderen geldt tot het kind 21 jaar is. In bijzondere gevallen is er ook daarna nog een onderhoudsplicht. Bijvoorbeeld als het kind gehandicapt is en niet zelf in zijn levensonderhoud kan voorzien.
Je bent als werkgever verplicht om de lonen van je medewerkers te verhogen in het kader van de indexatie. De toepassing hiervan wordt bepaald in een collectieve arbeidsovereenkomst binnen je paritair comité.
Geen indexatie bij indiensttreding na 1 januari
De datum van indiensttreding bepaalt of je nieuwe werknemer al dan niet meteen opslag krijgt. Tekenden jullie het contract voor de jaarovergang en gaat hij/zij, door zijn opzegperiode, pas na 1 januari 2023 aan de slag dan vindt er geen indexatie plaats.
In alle lokaliteiten worden de lokale indexcijfers van alle getuigen vermenigvuldigd met de gewichten van deze getuigen. Vervolgens worden de gewogen indexen samengeteld en ten slotte wordt dit cijfer gedeeld door de som van de gewichten, dus door 1000. Zo krijgen we voor elk van de 65 lokaliteiten één indexcijfer.
Partneralimentatie en kinderalimentatie indexering
Het percentage wordt vastgesteld door de Minister van Justitie. De minister bepaalt wat het wettelijke indexering percentage, de alimentatie indexatie, volgens de Trema-normen voor het komende jaar wordt.
Ieder jaar dient (in principe) zowel de kinderalimentatie als partneralimentatie geïndexeerd te worden. Dit indexeringspercentage wordt jaarlijks bekendgemaakt door het Ministerie van Justitie & Veiligheid.
In een gemiddeld gezin met twee kinderen en een modaal inkomen kost een kind volgens het NIBUD per maand ongeveer € 400,-. Op basis van het TREMA-rapport komt de alimentatie dan per kind uit op € 140,- per maand. Meestal liggen de bedragen voor kinderalimentatie tussen € 100,- en € 500,- per kind per maand.
Als de huurder de indexatie weigert of vergeet toe te passen, beschikt de verhuurder over een termijn van één jaar om een rechtsvordering op te starten. De termijn van één jaar begint op de dag van de verzending van de aangetekende brief aan de huurder. Na deze termijn is de zaak verjaard.
Hoeveel stijgt loon met indexering? De groeivoet van de gezondheidsindex, die dus gebruikt wordt bij de berekening van de indexering van lonen, zou in 2023 gemiddeld 5,7 procent bedragen. De vooruitzichten doen veronderstellen dat in april 2023 de spilindex nog een keer bereikt wordt.
Gemiddeld genomen verwachten de Nederlandse werkgevers in 2023 een loonsverhoging van ongeveer 6,8 procent. Dit zijn voorlopige cijfers, omdat er nog volop onderhandeld wordt over een groot aantal nieuwe cao's.
Historisch hoge loonindexering voor bedienden uit PC 200 op 1 januari 2023. Het loon van meer dan 500.000 bedienden uit de privésector (PC 200) stijgt op 1 januari 2023 met 11,08%. Het is de hoogste indexatie sinds de invoering van het jaarlijks indexatiemoment in januari in de sector.
Een indexcijfer geeft altijd aan met hoeveel iets is gestegen of gedaald ten opzichte van dit basisjaar. Het basisjaar heeft altijd een index van 100. Als je een indexcijfer van 105 krijgt, wil dat zeggen dat iets met 5% is gestegen ten opzichte van dit basisjaar.
Snel opeenvolgende indexeringen
Zo zullen de lonen van werknemers in de gezondheidssector (onder meer ziekenhuizen en rust- en verzorgingstehuizen) vermoedelijk vier keer met 2 procent indexeren. Ook in de bouw verwacht het HR-bedrijf vanaf oktober nog vier indexeringen voor de arbeiders.
Afhankelijk van de norm die de indexering vastlegt, moet de werkgever het loon van de werknemers al dan niet indexeren. Wanneer de sectorale cao die van toepassing is voorziet in de indexering van alle lonen en geen uitzonderingen vastlegt, kan de werkgever niet van deze verplichting afwijken.
Hoe hoger het loon, hoe meer je ook netto in procenten overhoudt. Wie 7.000 euro bruto verdient, houdt van een indexering met 2 procent 1,54 procent extra nettoloon over. Bij 5.500 euro is dat 1,25 procent.
De indexatie mag maximum één keer per jaar gebeuren en dit ten vroegste op de verjaardag van de startdatum - niet te verwarren met de datum van ondertekening - van de huurovereenkomst. Als de huurovereenkomst bijvoorbeeld inging op 1 maart, dan mag je jaarlijks ten vroegste in maart de indexatie uitvoeren.
Vermogen telt mee
Met uw vermogen wordt bij het vaststellen van alimentatie wel degelijk rekening gehouden. In welke mate is afhankelijk van de feiten en omstandigheden van het geval.
De hoogte van de kinderalimentatie is afhankelijk van jouw inkomen, dat van je ex-partner en van het inkomen toen jullie samen waren. Als er iets verandert in jullie situatie kan dit leiden tot aanpassing van de kinderalimentatie. Ook veranderingen van overheidsregels kunnen gevolgen hebben.