Zorg dat je de pan goed afdroogt. Doe een laagje van 1-2mm plantaardige olie in de pan. Gebruik bij voorkeur olie die goed heet mag worden, zoals zonnebloemolie of arachideolie, liever geen olijfolie omdat die te snel verbrandt. Vet de rand van de binnenkant van de pan ook in.
Gietijzeren pan inbranden met extra vierge olijfolie is dus een no go. Dit komt omdat extra vierge olijfolie niet neutraal is en niet bestand is tegen hoge tempraturen. Smeer de nog warme pan in met vet bijvoorbeeld Crisco Gebruik hiervoor een siliconen kwastje.
Gebruik keukenpapier om een dun laagje olie in te wrijven. Gebruik hiervoor neutrale olies, zoals arachideolie, sojaolie of andere plantaardige olies. Bak in het begin geen tomaten of andere zure ingrediënten in je gietijzeren pan. De gekweekte aanbaklaag is namelijk gevoelig voor zure gerechten.
Vaatwassers, schoonmaakmiddelen en afwasmiddelen zijn een no-go bij een plaatstalen pan, echt niet doen! Een plaatstalen pan heeft een hekel aan zuur en dat is precies wat de meeste schoonmaakmiddelen in overvloed bevat. Je zet niet alleen je seasoning op het spel, maar je riskeert ook een fikse dosis roest.
Stap 1: Maak de pan goed schoon met wat warm water. Stap 2: Droog de pan goed af. Stap 3: Zet de pan op het grootste en hoogste vuur en laat deze warm worden tot deze begint te walmen. Stap 4: Wanneer de pan gloeiend heet is giet je een halve theelepel olie die niet snel verbrand in de pan.
Het enige dat je hoeft te doen is de pan voor en na gebruik dis met een beetje olie inwrijven. De antiaanbaklaag wordt hier dan elke keer weer wat beter en dikker van. Elke keer dat je iets met de pan bereidt zal de pan iets verder worden ingebrand maar daar hoef jij zelf niet veel meer voor te doen.
Druppel wat olie in de pan en wrijf het in met keukenpapier. De olie zorgt voor de beste bakresultaten en laat de pan minder snel roesten, omdat het in de poriën van het gietijzer trekt waardoor de pan niet uitdroogt. Een gietijzeren pan met emaille laag was je af met een klein beetje afwasmiddel.
Gebruik arachideolie, zonnebloemolie of koolzaadolie.
Inbranden noemen ze ook wel seosoning. Dit wordt gedaan om te voorkomen dat jouw gerecht blijft plakken aan het metaal. Je creëert zo eigenlijk een anti aanbak laag. Ook bak je gemakkelijker als bijvoorbeeld jouw wokpan of koekenpan is ingebrand.
Inbranden van de pan
Zet dan de oven uit en laat de pan in de dichte oven helemaal afkoelen. Voor het beste resultaat herhaal je het opwarmen, insmeren, inbranden en afkoelen tenminste 3x. Iedere keer zal de pan steeds mooier egaal goudbruin kleuren en de natuurlijk anti-aanbaklaag steeds sterker en beter worden.
Maar de reden waarom jij boter of olie gebruikt verschilt wel. Olie gebruik je om je vlees of vis op een hoge temperatuur te kunnen bakken. Dit is ontzettend belangrijk wil jij dat perfecte stukje vlees of vis bereiden. Boter gebruik een klein beetje voor de smaak.
Verhit in de koekenpan per persoon één eetlepel olie, vloeibare margarine of een vloeibaar bak- en braadproduct. Leg het vlees of de vis in de pan. Beweeg het tijdens het bakken af en toe heen en weer om aanbakken te voorkomen.
Bij bakken, wokken en braden wordt de temperatuur van de pan en de olie tussen 180 tot 230 °C. Niet alle oliën kunnen die temperatuur verdragen. Als oliën niet helemaal zuiver zijn hebben ze een lager 'rookpunt. ' Dit is de temperatuur waarbij ze gaan roken of walmen.
Bakken in de pan: 120 tot 220°C. Bakken in de oven: 160 tot 220°C. Frituren: maximum 180°C. Wokken: 160-240°C.
Kies voor vet dat goed hoge temperaturen kan verdragen. Neem bijvoorbeeld arachide-olie, druivenpitolie of speciale frituurolie. Doe je dat niet dan verbrandt het vet tijdens het frituren en dat proef je.
Je hebt niet genoeg vet (olie of boter) gebruikt in de pan, hierdoor is je eten aangebakken.
Doe een laagje van 1-2mm plantaardige olie in de pan. Gebruik bij voorkeur olie die goed heet mag worden, zoals zonnebloemolie of arachideolie, dus liever geen olijfolie omdat die te snel verbrandt. Zorg ervoor dat je de rand aan de binnenkant ook met olie invet.
Was voor het eerste gebruik je pan af met warm water en een beetje afwasmiddel. Vergeet niet goed af te spoelen en te drogen voor je de pan gebruikt. De pan heeft geen anti-aanbaklaag, dus je moet de pan voor gebruik goed invetten om aanbakken te voorkomen. Warm je pan altijd goed op.
Het inbranden
Gebruik bij voorkeur olie die goed heet mag worden, zoals zonnebloemolie of arachideolie, liever geen olijfolie omdat die te snel verbrandt. Vet de rand van de binnenkant van de pan ook in. Laat de pan op de warmtebron rustig heet worden tot de olie begint te walmen.
Het gebeurt ook bij zonnebloemolie, maar deze wordt naar verhouding minder gebruikt als olijfolie. Wij adviseren om in pannen met een keramische antiaanbaklaag gewoon boter te gebruiken of een olie die wél hittebestendig is.
Pannen van geanodiseerd aluminium zijn fantastisch in gebruik. Het bewerkte aluminium is krasvast en twee keer zo sterk als roestvrij staal; je mag er gewoon metalen kookgerei in gebruiken. Daarnaast mag geanodiseerd aluminium in de oven en is het een ideaal materiaal om mee te bakken op hoge temperaturen.
Voor deze kooktechniek heb je een frituurpan of een hoge pan nodig. Je kunt een neutrale olie gebruiken, zoals zonnebloemolie of arachideolie, maar ook een daarvoor bestemde frituurolie of frituurvet. Meestal gaat frituren op 170 tot 180 graden Celsius, maar soms ook op lagere temperaturen.
Een aangekoekte pan schoonmaken met soda werkt vaak het best. Doe hiervoor één of twee scheppen schoonmaak soda met kokend water in de aangebrande pan en kook het nog even een paar minuutjes door. Of maak een papje van baking soda met water, smeer dit op aangekoekte resten en laat het een uurtje staan.
Restjes olie of vet kun je met een vel keukenpapier uit de pan vegen. Als je dat met ongekleurd en onbedrukt keukenpapier doet, mag het papier met vet en al in de gft-bak.