En als u overlijdt kort na de schenking? Als u binnen een half jaar overlijdt - binnen 180 dagen om precies te zijn - zien wij de schenking als deel van de erfenis. De waarde van de schenking telt dan mee bij de waarde van de erfenis. Hierop gelden uitzonderingen.
als de schenker binnen de drie jaar (in sommige gevallen binnen de zeven jaar) na de schenking overlijdt, dan worden de geschonken goederen geacht nog in het patrimonium van de overleden schenker aanwezig te zijn. De geschonken goederen moeten dus worden aangegeven in de aangifte van nalatenschap van de schenker.
De hoofdregel (180-dagenregel) houdt in dat als een schenker binnen 180 dagen na de schenking overlijdt, de schenking voor de erfbelasting wordt opgeteld bij dat wat diezelfde ontvanger verkrijgt uit de nalatenschap van de schenker.
Die regel houdt in dat, als je binnen drie jaar na de schenking sterft, er bij de berekening van de erfbelasting wél rekening wordt gehouden met de waarde van de schenking van onroerend goed als er nog een ander onroerend goed aanwezig was in de nalatenschap en als de schenkingen door dezelfde persoon zijn gebeurd.
De schenking kan niet meer worden betwist door derden, want u hebt een bewijs van schenking. Daarmee kunt u, tegenover bijvoorbeeld familieleden die uw eigendomsrecht betwisten, bewijzen dat het geschonken goed van u is.
Doordat u schenkt, wordt uw erfenis kleiner. En daardoor betalen uw erfgenamen na uw overlijden minder erfbelasting. Zorg wel dat de schenking onder de jaarlijkse vrijstelling blijft, anders moet de ontvanger schenkbelasting betalen.
Controle van je banksaldo – De bank geeft elk jaar je banksaldo door aan de belastingdienst. Op basis daarvan controleert de fiscus je aangifte inkomstenbelasting. Maar dezelfde gegevens kunnen ook gebruikt worden voor het opsporen van verzwegen schenkingen.
De wet bepaalt dat al van aanvaarding van een schenking sprake is wanneer de begiftigde kennis heeft genomen van het aanbod en deze niet direct afwijst. De overeenkomst van schenking komt daardoor relatief makkelijk tot stand.
Het verschil tussen een schenking en een handgift ligt hem dus in de vormvoorwaarden. Bij de schenking dient namelijk een notariële akte opgesteld te worden. De handgift daarentegen veronderstelt enkel een materiële overhandiging. Dit maakt de handgift een zakelijk contract.
U bent volledig vrij om de grootte van het over te schrijven bedrag te kiezen, zonder dat u hiervan 'iets op papier moet zetten'. Echter, de gevolgen van het al dan niet melden van de bancaire gift zijn afhankelijk van het feit of u na de datum van overschrijving nog drie jaar blijft leven of niet.
Het geschonken geld verdwijnt uit je vermogen. Dat geldt ook voor ouders die een woning schenken en zich het vruchtgebruik voorbehouden. De ouders kunnen dan wel nog in hun geschonken woning blijven wonen, maar bij een verkoop van de woning zullen de ouders slechts een deeltje van de opbrengst opstrijken.
Vastgoed schenken voor je overlijden is fiscaal heel wat voordeliger dan een erfenis na je overlijden. De erfbelasting bedraagt namelijk 9% en zodra de waarde van de erfenis hoger is dan € 50.000, kan de belasting zelfs oplopen tot 27%. Niet mals dus!
Als de schenker binnen de drie jaar sterft, zal er met de schenking rekening gehouden worden bij het berekenen van de successierechten. Het is dus belangrijk om te kunnen bewijzen dat de schenking wel degelijk meer dan drie jaar geleden plaatsvond.
U hoeft niet naar de notaris om te schenken. U kunt het bedrag gewoon overmaken of geven aan uw kind. De ontvanger moet de schenking wel opgeven aan de belastingdienst. Daarvoor kunt u op de site een formulier van de belastingdienst downloaden.
U bent verplicht om uw schenking aan te geven, ook al krijgt u geen bericht van ons. Aangifte doen kan op elk moment van het jaar. Doe het wel vóór 1 maart van het jaar ná de schenking. U kunt aangifte doen zodra u de schenking daadwerkelijk hebt gekregen.
Een schenking op papier kan ook zonder notaris worden opgemaakt, maar uiterlijk 180 dagen voor uw overlijden moet u zorgen dat de schenking is afgelost of notarieel is vastgelegd. Anders is er sprake van een erfenis waarover alsnog erfbelasting is verschuldigd.
Schenkingen moeten opgegeven worden bij de Belastingdienst. Schenkingen boven de geldende vrijstelling worden belast met schenkbelasting. Echter controle houden op schenkingen is onmogelijk.
Bewijstechnisch is een schriftelijke overeenkomst wel aan te raden. Voor een schenking die de bedoeling heeft om pas bij het overlijden van de schenker te werken, geldt wel het vereiste dat deze door de schenker persoonlijk in een notariële akte moet zijn opgenomen.
Dat hangt voor een stuk af van de grootte van de schenking en de complexiteit. Stel bijvoorbeeld dat een vader 100.000 euro aan zijn dochter schenkt via de notaris. Het ereloon en de bijkomende kosten zullen doorgaans tussen 1100 en 1500 euro liggen.
De kosten voor een schenkingsakte beginnen gemiddeld rond de 400 euro inclusief btw. De uiteindelijke kosten zijn ook afhankelijk van uw wensen en situatie. Ieder notariskantoor heeft zijn eigen prijs en service.
Jaarlijkse vrijstelling
Ouders mogen in 2023 € 6.035 schenken aan hun kind. Onder 'kind' verstaan wij ook een pleegkind of een stiefkind. De jaarlijkse vrijstelling voor alle andere personen in 2023 is € 2.418.
Het vrijgestelde bedrag is: € 2.418 als u de schenking van iemand anders krijgt. € 6.035 als u de schenking van uw ouders krijgt.
U mag kiezen: de ontvanger of de schenker. De ontvanger is verplicht om aangifte te doen en betaalt meestal ook de schenkbelasting. Maar de schenker kan er ook voor kiezen om de schenkbelasting te betalen.