Wist jij dat veel Nederlanders afstammelingen zijn van de Germanen? Ook de Friezen, Bataven en Cananefaten waren afstammelingen van de Germanen. Tweeduizend jaar geleden woonde het volk van de Germanen al in Noord-Europa. Ook in het gebied dat nu Nederland is.
Het Nederlands is een Indo-Europese, Germaanse taal die vooral in Nederland, Vlaanderen en Suriname wordt gesproken. Het is nauw verwant met de andere West-Germaanse talen: Engels, Fries, Duits, Nedersaksisch, Luxemburgs, Jiddisch en de dochtertaal Afrikaans.
Of het Nederlands nu komt uit Turkije, Duitsland, Engeland, Frankrijk, of uit Verweggistan. Het komt er uiteindelijk op neer dat de Nederlandse taal is ontstaan door invloeden van al deze landen en door de eeuwen heen heeft het zich ontwikkeld tot het Hedendaagse Nederlands.
De Nederlanden werden langzamerhand gekerstend en door verschillende Germaanse stammen gekoloniseerd. In het oosten vestigden zich de Saksen, in Midden- en West-Nederland vormden de Friezen een sterke macht, en in het binnenland woonden de Franken. Die verdeling is vandaag nog in de Nederlandse dialecten te vinden.
De Germanen is een verzamelnaam voor de volken en stammen uit de oudheid die een Germaanse taal spraken, zoals de Bataven, de Gothen, de Saksen en de Friezen. Ze ontwikkelden een eigen alfabet in runen. Lange tijd leefden ze in Europa naast de Romeinen en Kelten, van wie ze ook grote gebieden innamen.
Deens en Zweeds zijn onderling het meest verstaanbaar, maar ook Nederlands en Duits zijn over en weer verstaanbaar. Van de onderzochte Germaanse talen wordt het Engels door de meeste sprekers van de andere Germaanse talen verstaan.
Een grote (taal)familie
Het Duits en Nederlands lijken zoveel op elkaar doordat ze tot dezelfde taalfamilie behoren. Het Duits en het Nederlands zijn namelijk Germaanse talen. Dat betekent dat ze allebei uit dezelfde taal zijn ontstaan: het Germaans.
Meer dan 300.000 jaar geleden verscheen de Neanderthaler, Homo neanderthalensis, de eerste mensachtige die we ook uit Nederland kennen. Hij ontwikkelde zich in Eurazië uit de Homo heidelbergenis. Omstreeks dezelfde tijd ontstond in Afrika Homo sapiens (anatomisch moderne mens).
Hoewel het Nederlands grotendeels op het Germaans is terug te voeren zijn er nog wat Keltische woorden in aan te treffen, bijvoorbeeld ambt, ambacht, kar en gijzel-.
Soms werden Germaanse mannen, en ook vrouwen en kinderen vermoord of als slaaf verkocht. Ook moesten de mensen belasting betalen. De Germanen kwamen in verzet en versloegen het Romeinse leger. De Noordelijke limes van het Romeinse Rijk kwam toen langs de Rijn te liggen.
Gelijkwaardige termen zijn Nederlands staatsburger, Nederlands onderdaan (maar zie ook onder), en iemand met de Nederlandse nationaliteit.
'Echte Nederlanders'?
Volgens deze definitie bestaat waarschijnlijk slechts 2% van de Nederlandse bevolking uit 'echte Nederlanders'. Dat zijn ongeveer 348.000 mensen.
Vroege middeleeuwen
Na de Romeinse tijd in Nederland werd het land bevolkt door drie Germaanse stammen: Franken, Friezen en Saksen. De Franken waren het sterkst, versloegen de andere twee volken tussen de 7e eeuw en 804 en veroverden onder leiding van Karel de Grote heel Nederland.
Ja, het Nederlands en het Duits komen voort uit een gemeenschappelijke voorvader, het West-Germaans. Het West-Germaans komt op zijn beurt weer voort uit het Oergermaans. Andere West-Germaanse talen zijn het Engels en het Fries.
Na het ontstaan van het christendom in het Romeinse Rijk, namen de Germanen ook het christendom over. Typische Romeinse zaken zoals openbare badhuizen en gladiatorengevechten werden door de Germanen overgenomen.
Als iemand uit Nederland komt, noem je hem of haar een Nederlander. Een inwoner van Amsterdam is een Amsterdammer, iemand uit de Zaanstreek is een Zaankanter en iemand afkomstig uit Heiloo is een Heilooënaar.
In de tijd van de Romeinen woonden in West- en Noord-Europa Keltische en Germaanse stammen. Visigoten, Ostrogoten, Vandalen en Franken rekenen we tot de Germaanse stammen met een eigen taal, godsdienst en cultuur. De Keltische stammen werden door de Romeinen Galliërs genoemd.
Alle Keltische talen stammen af van een gemeenschappelijke voorouder, het Proto-Keltisch, dat op zijn beurt behoort tot de Indo-Europese taalfamilie, waartoe ook het Nederlands behoort.
Het is niet bekend waar de Kelten oorspronkelijk vandaan komen. Maar vanaf de zevende eeuw v. Chr. verspreidden ze zich vanuit het gebied ten noorden van de Alpen over heel Europa.
De eerste Nederlanders hadden een donkere huidskleur en lichte ogen. Dat ontdekten een groep van wetenschappers over de hele wereld. Een team van 125 wetenschappers over de hele wereld onderzocht het DNA van de eerste mensen, ook wel oermensen, uit West-Europa.
Nijmegen wordt over het algemeen beschouwd als de oudste stad van Nederland. Helemaal vast staat dit niet, en uiteraard zijn er meer Nederlandse steden die voor deze belangrijke historische titel gaan. Bewezen is in elk geval dat al voor de jaartelling de Bataven zich vestigden op de plek die wij nu Nijmegen noemen.
Les 1: Inleiding. Middelnederlands: zo noemen we het Nederlands uit de periode van 1200 tot 1500.
De woordenschat van het Nederlands vertoont gelijkenissen met de Duitse woordenschat. De voornaamste reden van deze gelijkenissen is de taalfamilie. Het Nederlands en Duits zijn beide Germaanse talen. De meeste Nederlandse woorden lijken qua vorm en betekenis veel op de Duitse vertaling.
Nederlands en Engels zijn Germaanse talen
Nederlands en Engels behoren tot dezelfde taalfamilie. Daardoor hebben de talen veel met elkaar gemeen. Zo zijn er veel woorden die op elkaar lijken.
De Romaanse talen zijn een taalfamilie. Ze zijn een onderdeel van de Indo-Europese talen, waar bijvoorbeeld ook het Nederlands, Engels, Russisch en Grieks bij horen. Ze worden vooral in Zuid-Europa, Afrika, Midden-Amerika en Zuid-Amerika gesproken.