A2 wordt gezien als het basisniveau dat je eigenlijk nodig hebt om goed te kunnen functioneren in het dagelijks leven, en niveau A1 is een tussenstapje op weg daar naartoe. Als je niveau A2 hebt bereikt, kun je je met het Nederlands in eenvoudige, alledaagse situaties redden.
Taalniveau A2 (eenvoudig)
Heb je taalniveau A2, dan heb je al wat meer kennis van de taal. Je begrijpt korte, eenvoudige zinnen die gaan over alledaagse zaken, zoals boodschappen, werk of familie. Je snapt gesproken én geschreven teksten. Ook kun je zelf een kort en simpel gesprek voeren.
De term NT2 staat voor Nederlands als Tweede Taal. Binnen NT2 kennen we 4 taalniveaus: A1, A2, B1 en B2.
Verschillen in taalniveaus
Het niveau 1F is niet hetzelfde als het niveau A2. En zo is het niveau 2F ook niet hetzelfde als het niveau B1. Dit komt omdat de taalgebruiker met het niveau 1F of 2F is opgegroeid met de Nederlandse taal.
Een tekst op B1-niveau bestaat uit makkelijke woorden die bijna iedereen gebruikt. En uit korte, eenvoudige en actieve zinnen. Er zijn 6 taalniveaus: niveau A1 is het laagste niveau en taalniveau C2 is het hoogste.
A2 wordt gezien als het basisniveau dat je eigenlijk nodig hebt om goed te kunnen functioneren in het dagelijks leven, en niveau A1 is een tussenstapje op weg daar naartoe. Als je niveau A2 hebt bereikt, kun je je met het Nederlands in eenvoudige, alledaagse situaties redden.
basisonderwijs: niveau 1F; vmbo, mbo-1, mbo-2 en mbo-3: niveau 2F; havo en mbo-4: niveau 3F; vwo: rekenen niveau 3F en taal niveau 4F.
Taalniveau vwo
Op het vwo wordt je kennis van de Nederlandse taal getoetst op niveau 4F.
Taalniveaus. Per beroepsniveau is een taalniveau vastgesteld: Taalniveau B1: MBO-beroepen (zoals verpleegkundigen). Taalniveau B2: HBO-beroepen (zoals fysiotherapeuten, physician assistants, verloskundigen en de geregistreerd-mondhygiënisten).
1 – 10 Je kent ongeveer 100 tot 1000 woorden. U zit ongeveer op niveau A1. 11 – 20 Je kent ongeveer 1100 tot 2000 woorden. U zit ongeveer op niveau A2.
Op zoek naar een papierformaat dat niet te groot is, maar ook zeker niet te klein? Wat dacht je van het A2 formaat? Met papier afmetingen van 420 x 594 mm vier keer zo groot als een A'tje. Dat betekent natuurlijk dat een A2 papier een grootte heeft van 42 x 59,4 cm.
Het niveau B1 is ook het niveau waarover iemand moet beschikken bij het staatsexamen, afgelegd na het volgen van Nt2 programma I. Aan het einde van MBO-4 of HAVO behoort het taalniveau te liggen op 3F. Is Nederlands je tweede taal, dan zit je op dit niveau als je functioneert op CERF niveau B2.
Het niveau is te vergelijken met taalniveau B2 van het Europees Referentiekader (ERK) / Common European Framework of Reference (CEFR). De inhoud en taken van het examen zijn gericht op situaties die voorkomen in opleiding, werk en het dagelijks leven van hoogopgeleiden.
2 (volledig C1-niveau). Kan vrijwel alles wat hij hoort of leest gemakkelijk begrijpen. Kan informatie die afkomstig is van verschillende gesproken en geschreven bronnen samenvatten, argumenteren reconstrueren en hiervan samenhangend verslag doen.
Van laag naar hoog zijn dat: A1, A2, B1, B2, C1, C2. Deze indeling is gemaakt als hulpmiddel om iemands beheersing van een vreemde taal aan te geven. Wat die niveaus precies inhouden staat hieronder. Het niveau dat je in een vreemde taal hebt, kun je aangeven met de indeling van de Raad van Europa.
Die heeft een indeling gemaakt van zes taalniveaus waarop je een vreemde taal kunt beheersen: van A1 (laagste niveau) tot C2 (hoogste niveau). Het gaat dan niet alleen om lezen, maar ook om luisteren, schrijven, spreken en gesprekken voeren.
Een hbo opleiding is een bachelor opleiding. Men noemt afgestudeerden ook wel 'bachelor of profession'. Op het hbo leer je een beroep. Het is een opleiding op hoog niveau.
Om na het mbo naar het hbo te mogen, heb je een diploma op mbo-niveau 4 nodig. Een mbo-studie op niveau 4 is een middenkaderopleiding of een specialistenopleiding. In principe word je dan toegelaten tot elke hbo-opleiding. Maar hogescholen stellen wel vaak specifieke voorwaarden aan je vooropleiding.
Om te kunnen studeren op hbo-niveau moet je in het bezit zijn van een diploma havo, vwo of mbo (niveau 4). Het kan zijn dat je voor een opleiding een bepaald profiel gevolgd moet hebben, of aanvullende vakken moet hebben gevolgd.
Het voortgezet onderwijs kent vier niveaus: vmbo, havo, vwo en praktijkonderwijs. Leerlingen worden in het voortgezet onderwijs voorbereid op het middelbaar beroepsonderwijs (mbo), het hoger beroepsonderwijs (hbo) of het wetenschappelijk onderwijs (wo).
Het zit ook al in de naam, MBO is MIDDELBAAR beroepsonderwijs en VWO is voortgezet WETENSCHAPPELIJK onderwijs. Ander denkniveau dus. Je hebt pas een HBO niveau als je een HBO-opleiding hebt afgerond.
Vwo staat voor voorbereidend wetenschappelijk onderwijs. Dit is het hoogst haalbare onderwijsniveau in Nederland. Als je kind het vwo afrondt met een diploma, stroomt hij door naar het academisch onderwijs, oftewel de universiteit.
Mavo, oftewel vmbo-t of vmbo-tl, is een theoretische leerweg. De afkorting mavo staat voor 'middelbaar algemeen voortgezet onderwijs' en duurt 4 jaar. Onze leerlingen volgen op de mavo voornamelijk algemeen vormende avo-vakken.
Op het mbo krijg je naast de algemene vakken ook praktijkvakken die aansluiten op je toekomstige hbo-opleiding of beroep. Je krijgt afwisselend onderwijs: algemene vakken (zoals Engels en Nederlands), praktijkvakken, stages en projecten. Het eindniveau van mbo-niveau 4 is hetzelfde als van de havo.
Havo is algemeen, mbo is een beroepsopleiding. Omdat zowel mbo4 als havo (met 'juiste' profiel) toegang geven tot hbo-opleidingen, zou je kunnen stellen dat het niveau ongeveer gelijk is, maar dat de diploma's moeilijk vergelijkbaar zijn.