De aardingsonderbreker wordt meestal in de omgeving van het verdeelbord geplaatst. Het is de verbindingsklem tussen het ondergrondse en bovengrondse aardingsgedeelte.
De aardingslus wordt geplaatst op minimum 60 cm onder het maaiveld en moet rond het volledige gebouw geplaatst zijn. De lus wordt in een groef gelegd onder de funderingsplaat (zool) doch zonder contact te hebben met het beton. De beide uiteinden van de lus dienen bereikbaar te blijven.
Het is de bedoeling dat je de aardedraad aansluit wanneer je armatuur een geel-groene draad heeft en wanneer er geel-groene bedrading in de centraal doos zit. Deze is meestal aangesloten in het midden van de kroonsteen. De kroonsteen is een blokje waarin elektriciteitsdraden met elkaar in verbinding worden gebracht.
Plaats de aardingsonderbreker bij voorkeur dicht bij je teller- en zekeringkast. Schroef deze vast in de muur. Ontmantel het uiteinde van de aardingslus (of de hoofdaardgeleider van 16mm² indien aardingspennen) en sluit deze aan op de onderkant van de aardingsonderbreker.
Hoe diep moeten aardingspinnen? Verticale aardingspinnen moeten op een diepte van minstens 60 cm onder het aardoppervlak worden ingedreven. De uiteindelijke diepte is afhankelijk van de grondsamenstelling en waterspiegel.
Een aardpen kunt u niet eenvoudig zelf aanbrengen. Geadviseerd wordt deze installatie uit te laten voeren door een erkend bedrijf. Een aardpen laten slaan neemt in de meeste gevallen ongeveer een uur in beslag.
Een aardingsonderbreker is verplicht in elke woning. Hierop van de technische elektrische keurder je spreidingsweerstand meten. De weerstand moet lager liggen dan 30 Ohm.
In de meeste gevallen wordt een aardpen geplaatst op 2 meter, 3 meter of 4 meter diep. In enkele gevallen gaat de aardpen tot wel 12 meter diep de grond in. De diepte is afhankelijk van de grond waarin de aardpen geplaatst dient te worden.
Een geaarde elektrische installatie voorkomt dat het apparaat onder spanning komt te staan, door de elektriciteit naar de aarde af te voeren via de aardedraad in de installatie. Vanaf 1996 is het verplicht om alle wandcontactdozen/ stopcontacten bij renovatie of nieuwbouw te voorzien van randaarde.
Aarding plaatsen in nieuwbouw
Elke nieuwbouw krijgt een aardingslus. Tenminste als de onderkant van de fundering minstens op 60 cm onder de grond ligt. De geleider komt dan op de bodem van de fundering in een sleuf te liggen, overdekt met aarde, zodat die niet in contact kan komen met het beton van de fundering.
De HAR is een vertind koperen blokje dat ongeveer 80 cm vanaf de vloer tegen de achterwand van de meterkast wordt geplaatst (ongeveer ter hoogte van de kabelinvoer van het energiebedrijf). Hierop worden alle voorkomende aardingen aangesloten.
Een elektricien kost ongeveer €35 per uur, een aardpen slaan kost in de meeste gevallen niet meer dan 2 uur. De aardpen zelf heb je al vanaf €20. Meestal zal de elektricien een totaalprijs geven voor het aardpen slaan. Dit kost meestal rond de €150.
Die kosten bedragen gemiddeld € 160. Bij deze prijs is ervan uitgegaan dat de aardpen in een normale grondsoort kan worden geslagen. In totaal bedragen de kosten dus ongeveer € 300.
De aardingslus mag onder geen beding in contact komen met het beton! De cement in de beton zal op termijn uw kabel kapotvreten met als resultaat dat er helemaal geen aarding meer aanwezig is in de woning.
Zonnepanelen aarden is toch niet nodig? De zonnepanelen zelf zijn dubbel geïsoleerd en daarom is het aarden hiervan niet nodig. De metalen constructie waarop de zonnepanelen liggen dienen wél geaard te worden. Eén van de redenen is dat de DC-kabels via kabelbinders aan de metalen constructie worden gelust.
Er zijn vier manieren van aarding van de elektrische installatie. Dit kan via metalen aardelektrode, waterleiding, netwerkbedrijf of collectief aardnet. Vocht en metaal zijn goede geleiders van elektriciteit. Geaarde stopcontacten zijn daarom verplicht in vochtige ruimtes zoals badkamers en keukens.
Houd er echter wel rekening mee dat geaarde stekkers niet werken op een ongeaard stopcontact, dat past niet. Het vervangen van niet geaarde stopcontacten is voor een elektricien een routineklus. Niet zelden is de aarding al aanwezig, maar moet deze enkel nog worden aangesloten.
Een koelkast sluit je aan op een geaard stopcontact. Zorg ervoor dat deze dichtbij is, zodat je geen verlengkabels of stekkerdozen gebruikt. Deze hulpstukken kunnen de constante hoge stroom vaak niet aan, waardoor ze verhitten en in brand vliegen.
Zo'n stroomverliezen kunnen zich bijvoorbeeld voordoen wanneer een beschadigde kabel bloot komt te liggen en de elektrische draden in contact komen met de behuizing van het toestel. Zonder aarding zou die stroom doorheen het lichaam van de eerste persoon gaan die het toestel zou aanraken: dat is elektrocutie.
Een erkend installateur kan zien of een huis goed geaard is. U laat dit doormeten door een erkend installateur. Als u huurt, neemt u eerst contact op met de verhuurder. U kunt wel zelf testen of uw aardlekschakelaar goed functioneert.
Nieuwbouw voorzien van een aardingslus
De geleider komt op de bodem van de fundering in een sleuf te liggen, overdekt met aarde. Op deze manier kan de geleider niet in contact komen met het beton.
Hoe weet ik of mijn huis goed is geaard? Een erkend installateur kan zien of een huis goed geaard is, hij/zij kan dit doormeten. U kunt wel zelf testen of de aardlekschakelaar goed functioneert door de testknop in te drukken, waarmee de electrische installatie moet worden uitgeschakeld.
De huiseigenaar is verantwoordelijk voor een deugdelijke installatie. Als u huurder bent, kunt u bij uw verhuurder aangeven dat de controle uitgevoerd moet worden. Laat eens in de vijftien jaar de aarding controleren. Bij twijfel is het altijd verstandig de aarding van uw woning te laten controleren.
Antwoord. Het aarden van hoofdleidingen van water, gas, CV,… (de zogenoemde equipotentiale verbindingen) dient te gebeuren met een ononderbroken geel-groene geleider met een minimumdoorsnede van 6mm².
Visueel controleren van de elektrische installatie en de globale conformiteit met de reglementering. Nakijken van bedradingsbord, aansluitingen, verbindingen, kleurcode van de geleiders. Visueel controleren van de geplaatste leidingen. Controleren van de bescherming tegen rechtstreekse en onrechtstreekse aanraking.