Enkele voorbeelden van geschikte borderplanten voor vogels zijn asters, korenbloem, lievevrouwebedstro, lavendel, judaspenning en marjolein.
Bloeiende planten zijn aantrekkelijk voor insecten, waar de insect-etende vogels weer erg blij mee zijn. Denk hierbij aan bijvoorbeeld vaste planten als lavendel en marjolein, maar ook zonnebloem. Naast dat deze insecten aantrekt, geeft ze ook zaden waar de vogels erg blij van worden.
Deze plant geeft je tuin een mediterraan sfeertje. Maar deze bladhoudende heester heeft nog meer pluspunten. Zo zijn hommels en andere insecten dol op lavendel en is deze tuinplant mooi wintergroen. Als je lavendel goed snoeit, kun je er bollen of haagjes van maken: rustpunten in de tuin.
De meest voorkomende soorten zijn: de gewone vlier, peterselievlier, trosvlier en de kruidvlier. De Vlier komt veel voor in Europa, in bossen, heggen en duinen. Vogels die op de vlier zouden kunnen afkomen zijn spreeuwen, lijsters, merels, zwartkopmees en de roodborst.
Vogels houden van een gevarieerde tuin met inheemse planten en struiken, bessen, insecten, een lapje gras en liefst niet al te netjes. Daar vinden ze volop voedsel. U kunt daarnaast het gehele jaar bijvoeren. Vogels vinden steeds minder geschikte voedselplekken omdat onze bebouwde kom steeds dichter wordt bebouwd.
De meeste vogels slapen met hun kop naar achter gedraaid en onder de veren gestoken. Ze slapen vaak waar ze overdag ook zijn. Dat is op een tak verscholen tussen de bladeren, of zoals spechten, hangend aan een boomstam. Watervogels slapen meestal op het water, waar ze veilig zijn voor landroofdieren.
's Morgens vroeg zijn vogels het meest actief en valt er dus het meest te tellen.
HILLEGOM – Lavendel behoort tot die groep van planten die gek is op bijen, hommels en vlinders. Ze bieden deze onmisbare insecten een feestmaal, de hele zomer door. En als klap op de vuurpijl verspreidt lavendel ook nog eens een heerlijke geur.
Lavendel
Mensen houden dus ontzettend van lavendel. Vliegen, muggen, wespen, mieren, motten en slakken blijven liever weg van de plant. Lavendel is een heerlijk geurende én groenblijvende heester.
Plant lavendel nooit in bemeste tuinaarde. Bemeste tuinaarde is namelijk dodelijk voor de plant. Lavendel bemesten is sterk af te raden, de plant kan hiervan doodgaan. De plant bloeit het beste in kalkrijke grond.
Vogels verjagen met geluiden en geuren
Muziekinstallaties met harde muziek jagen vogels weg, maar ook geïmiteerde geluiden van roofvogels stellen de andere vogels niet op prijs. Vogels hebben bovendien een hekel aan sterke geuren, zoals: peper. kanaal.
Vogels hebben een hekel aan harde, vreemde geluiden. Harde muziek jaagt vogels weg! Strooi peper, kaneel of andere specerijen. Vogels hebben een hekel aan sterke geuren!
De kleur blauw schrikt namelijk vogels af en hierdoor wordt vogelsterfte door verstikking voorkomen. Er wordt gedacht dat vogels de blauwe netten zien als water, waardoor ze er niet in de buurt komen.
Verrassingsaanval Mezen hebben heel wat vijanden: roofvogels zoals valken en uilen en roofdieren zoals marters en katten en zelfs slan- gen.
Schuilen voor de storm
Laag, in de luwte van groenblijvende naaldbomen en in dichte hagen en riet. Daar zijn ze beschermd tegen regen en wind. Daarbij geldt: hoe lager hoe warmer. Holenbroeders, zoals mezen, schuilen ook in holtes.
Het lijken misschien steeds dezelfde individuen, maar gedurende de winter zoeken koolmezen voedsel in groepen die van samenstelling kunnen wisselen. 's Nachts slapen de koolmezen individueel in nestkasten, indien die beschikbaar zijn. Zolang een koolmees niet verstoord wordt zal hij deze nestkast blijven gebruiken.
Geen enkele vogel geniet zoveel daglicht als de Noordse stern, maar de noordelijkste vertegenwoordigers van de soort moeten daarvoor ook jaarlijks een reis maken van tweemaal 17.000 kilometer. Het duurrecord voor trekvogels staat op naam van de Rosse grutto.
De meeste vogels schuilen voor de storm, omdat het niet veilig is in de lucht. Watervogels schuilen vaak in rietkragen, zeevogels blijven op zee. Bij windkracht tien (zware storm) blijven alle vogels aan de grond.
Al heel vroeg, vaak al twee uur vóór zonsopkomst beginnen zanglijsters en merels te zingen, niet toevallig vogelsoorten met grote ogen. Die vangen veel licht. Daarna haken steeds meer vogels aan, waarna rond zonsopgang de zangpiek is met de meeste soorten en de hoogste activiteit.
Havermout: havermout kan je zowel als strooivoer op de grond gebruiken als op de voedertafel. Zaadeters zoals mussen, mezen, vinken, groenlingen en roodborstjes houden hiervan. Meelwormen en insecten: bevatten veel proteïnen en zijn bijzonder voedzaam voor vogels.
Leg daar klokhuizen op of ander fruit dat je over hebt. Een overrijpe banaan bijvoorbeeld. Daar komen allerlei vogels op af zoals merels. Wel regelmatig de tafel schoonmaken.
Geen (oud) brood!
In brood zit zout en dat zout is niet goed voor vogels. Soms zit op het brood boter/margarine. Daar krijgen watervogels diarree van en de olie die in het brood zit komt in het verenkleed te zitten. Brood dat blijft liggen gaat bovendien schimmelen en trekt dieren zoals ratten aan.