Op een 1-fase aansluiting mag je een maximaal vermogen van 5000 Watt (5 KW) aansluiten. Dit komt overeen met ongeveer 12 zonnepanelen.
Een 1 fase omvormer is meestal goedkoper en efficiënter en wordt daarom meestal aanbevolen bij onze zonnepaneel installaties. Een 1 fase omvormer kan zonder problemen op een driefasige aansluiting worden aangesloten. De netbeheerder adviseert daarin op welke fase uw zonnepanelen dan aangesloten dienen te worden.
Afhankelijk van het aantal panelen dat er geplaatst wordt is er een andere zekering nodig. Tot ca. 18 panelen wordt gebruik gemaakt van een 16 Ampere zekering.
In 1 string passen zo'n 20 tot 25 panelen. Bij grotere zonnestroominstallaties, zoals je die graag op jouw dak wilt hebben, zijn er dus meerdere strings nodig. Dit kan al snel een behoorlijke puzzel worden, dus is het belangrijk dat je een stringplan maakt.
Bij 17 tot 24 zonnepanelen is het een beetje een grijs gebied of je een 1 fase omvormer of 3 fasen omvormer nodig hebt en kan er het beste gekeken worden naar de aansluiting die je hebt. Vanaf 24 zonnepanelen heb je hoe dan ook een 3 fasen omvormer nodig.
Heb je minder dan 13 zonnepanelen? Dan heb je een 1 fase omvormer nodig. Liggen er 13 of meer zonnepanelen op je dak? Dan kun je kiezen voor een 3 fase omvormer.
1-fase versus 3-fase
Bij een 1-fase aansluiting komt het vermogen op één draad binnen en bij een 3-fase aansluiting op 3 verschillende draden. Daarnaast kun je omvormers ook indelen in 1-fase of 3-fase. Driefasige omvormers werken alleen op een driefasig elektriciteitsnet.
Op een gewoon stopcontact mag je wettelijk maximaal 600 Wp aansluiten. Dat komt neer op 1 set van 2 zonnepanelen. Als je dus meerdere zonnepanelen rechtstreeks op een stopcontact wil plaatsen, heb je een aparte groep nodig in je meterkast.
Normaliter is dit kabel van 2,5 mm², maar voor grotere installaties wordt vaak 4 mm², 6 mm² of groter gebruikt. De dikte van de kabel zorgt ervoor dat er geen verliezen optreden tussen de omvormer en de groepenkast.
Houd altijd als vuistregel aan dat er maximaal 3500 Watt aan stroom door een groep mag lopen. Als je 3500 Watt als standaard aanhoudt zit je altijd goed. Wanneer je de officiële berekening erop los laat zijn verschillende uitkomsten mogelijk. De uitkomst is afhankelijk of 220 Volt of 230 Volt wordt aangehouden.
Verdeeld over minimaal 2 groepen van 3x16A om de selectiviteit te behouden. Je hebt dus altijd minimaal 2 omvormers nodig. Een omvormer mag tegenwoordig belast worden tot soms wel 200%. Op het midden van de dag zal het vermogen dan worden afgetopt, maar op dat moment piept en kraakt het net toch al.
Wanneer één paneel dus 352 kWh per jaar zonne-energie omzet naar stroom (88% van 400 wattpiek), heb je voor 6000 kWh nodig: 6000/352 = 17.04 zonnepanelen. Let op, om er zeker van te zijn dat je 6000 kilowattuur opwekt, heb je dus wel 18 zonnepanelen nodig.
Heb je nu een 1-fase aansluiting in huis? Als je al je apparaten kunt gebruiken zonder dat je stoppen springen, heb je daar voldoende aan. Maar als je wilt investeren in zware apparaten kun je beter verzwaren naar 3-fasen.
Er mogen op een 1 fase groepenkast maximaal 12 groepen aangesloten worden. Per aardlekschakelaar is er een maximum van vier groepen toegestaan, zowel 2- als 4-polig. Elke installatie moet minimaal voorzien zijn van twee aardlekschakelaars én een hoofdschakelaar.
Hoeveel zonnepanelen heb je nodig voor 3500 kWh? Dit is afhankelijk van het vermogen een zonnepaneel met een vermogen van 390 Wattpiek heeft een jaaropbrengst van circa 332 kWh per jaar. Voor 3.500 kWh aan energie zou je dus 11 zonnepanelen nodig hebben.
De juiste plaats van de PV-aansluiting in de groepenkast
Allereerst is het verplicht om PV-panelen altijd op een aparte groep in de groepenkast aan te sluiten.
Omvormers tot 10A mag u op een vrije groep van 16A aansluiten. Omvormers tot 12A mag u op een vrije groep van 20A aansluiten. Omvormers tot 16A mag u op een vrije groep van 25A aansluiten.
Hoeveel zonnepanelen kun je op een stopcontact aansluiten? Je kunt maar 1 kleine set zonnepanelen, bestaande uit 2 stuks van maximaal 600 Wp, per geaard stopcontact aansluiten. Als je stopcontacten hebt op meerdere groepen in de meterkast, kun je op elke groep 1 set of 2 stuks zonnepanelen aansluiten.
Een omvormer heeft een stekker en een groep heeft meerdere stopcontacten dus je kan af fabriek meerdere omvormers achter één groep zetten. Als er zowel opwekkers als verbruikers op de groep zitten kan hierdoor bij normaal gebruik een hogere stroom lopen dan dat de kabel op gedimensioneerd is.
Beide omvormers geven nagenoeg dezelfde opbrengst in kWh, maar de kleinere zal iets goedkoper zijn en werkt efficiënter. Als u een dak heeft dat niet op het zuiden ligt mag de omvormer soms nog kleiner zijn dan 90% van de zonnepanelen, want panelen op het oosten of westen brengen minder op.
Het aantal panelen van je eigen zonnestroomsysteem bepaalt in grote mate de capaciteit van de omvormer. De 3-fase omvormers zijn beschikbaar vanaf 4.000 watt (minimaal 16 zonnepanelen). Dit houdt in dat er onder de 16 panelen altijd een 1-fase omvormer wordt gebruikt.
Bij een 1-fase hoofdaansluiting komt er via één kabel (L1), 230V binnen. Veel woningen beschikken dus over een 1-fase hoofdaansluiting van tenminste 1x35A. Hoe hoger het aantal ampère (A), hoe meer stroom je tegelijkertijd kunt gebruiken en terug kunt leveren.
De omvormer is van belang
Er kunnen niet zo maar extra zonnepanelen geplaatst worden. Het belangrijkste onderdeel hierin is of de huidige omvormer geschikt is. Vanzelfsprekend moet er ruimte over zijn op het dak en moet de meterkast in orde zijn, maar de omvormer vormt in veel situaties het grootste probleem.
Zoals we hierboven beschrijven, leveren gemiddelde nieuwe zonnepanelen per stuk dus rond de 300 kWh elektriciteit per jaar. Een gemiddeld huishouden gebruikt per jaar zo'n 3000 kWh aan stroom. Voor dit stroomverbruik heb je 10 gemiddelde zonnepanelen nodig. Maar dit is een gemiddelde van grote en kleine huishoudens.