Om erachter te komen of je daadwerkelijk ovuleert kun je in eerste instantie een ovulatietest of vruchtbaarheidstest doen. Bij de drogist kun je een ovulatietest halen waarmee je kunt testen of je op dat moment daadwerkelijk vruchtbaar bent. Deze test is meestal ongeveer 2 dagen voor de ovulatie positief.
Pas wanneer een bevruchte eicel de baarmoeder bereikt en zich innestelt in de baarmoederwand, kan de vrouw zwangerschapssymptomen beginnen te ervaren. De innesteling gebeurt 6-12 dagen na de bevruchting. De symptomen die u zou kunnen ervaren zijn: Opgeblazen gevoel.
Sommige vrouwen voelen een kramp op het moment wanneer het vruchtje innestelt in de baarmoeder. Daarnaast kan je pijn in je onderbuik voelen doordat je baarmoeder groter wordt en de banden waarmee je baarmoeder vasthangt aan je bekken opgerekt worden. Dit gebeurt al vrij snel na de innesteling van de bevruchte eicel.
Tijdens de innesteling van de bevruchte eicel kun je innestelingspijn ervaren. Dit is een de eerste symptomen van een zwangerschap. Deze pijn kan ook verward worden voor menstruatiekrampen of pijn.
De eerste zwangerschapssymptomen zul je pas na een aantal weken kunnen merken. Een paar weken na de bevruchting kun je bijvoorbeeld merken dat je gevoelige borsten hebt. Niet iedereen heeft meteen last van de eerste zwangerschapssymptomen. Bij sommige vrouwen kan het wel even duren voordat zij symptomen krijgen.
Het ei daalt af naar de baarmoeder
Het begint zijn afdaling via de eileider, waar het wordt gevoed. Dat duurt 3 à 4 dagen. Tijdens die tocht zet de celdeling zich voort en het ei lijkt nu op een moerbei (het wordt “morula” genoemd (4)). 5 dagen na de bevruchting komt het ei in de baarmoeder aan.
De innesteling vindt gemiddeld zo'n 9 dagen na de bevruchting plaats. Op dat moment is er vaak nog niet genoeg hCG aanwezig voor een positieve zwangerschapstest. Het duurt over het algemeen ca. een week na innesteling voordat je voldoende hCG hebt aangemaakt om te testen.
Je kan de test al twee tot drie weken nadat je onbeschermde seks had uitvoeren. Met deze test kun je zien of het HCG hormoon aanwezig is in je urine. Dit hormoon maak je aan als je zwanger bent. Als dit hormoon aanwezig is in je urine zal je zwangerschapstest positief zijn.
Het transport van de eicel vanuit de eierstok naar het middelste, bredere deel van de eileider (ampulla) gebeurt in minder dan zeven uur. Nadien blijft de eicel ongeveer 72 uur in de ampulla en is gedurende 24 uur na de eisprong bevruchtbaar.
Wat is een onregelmatige cyclus? Vrouwen met een regelmatige cyclus hebben ongeveer twaalf tot dertien keer per jaar een eisprong. Als de cyclus langer dan vijf tot zes weken duurt, doen wij hormoononderzoek om te achterhalen wat de oorzaak is van de onregelmatige cyclus.
Het is belangrijk om te weten dat zaadcellen na 5 dagen in kwaliteit afnemen en als er minder dan 1½ dag tussen het vrijen zit, dit ook niet ten goede komt aan de kwaliteit. Dus het hebben van gemeenschap om de bevruchting zo optimaal mogelijk te maken ligt tussen de 1½ à 2 dagen, of 36 uur.
Vanaf wanneer kan je een zwangerschapstest doen? Een zwangerschap is in principe opspoorbaar vanaf zes dagen na je ovulatie (eisprong). Dat is zo'n twee weken na je vorige menstruatie. Een echt betrouwbare zwangerschapstest kan je pas doen vanaf de eerste dag waarop je normaal gesproken zou menstrueren.
Met een zwangerschapstest zal je het hCG hormoon meten en daarmee kunnen uitvinden of je zwanger bent! Als je in verwachting bent kun je 11 dagen na de bevruchting dit waarnemen met een bloedtest, en 12 tot 14 dagen erna met een urinetest.
Symptomen zwangerschap en jouw lichaam
De eerste signalen van je zwangerschap zijn: gevoelige en opgezette borsten, tepels die groter en donkerder zijn, misselijkheid, vaak moeten plassen, trek in eten op vreemde momenten en sneller moe zijn. Het komt allemaal door nieuwe hormonen!
Maar kun je de innesteling echt voelen? Sommige mensen geven aan lichte innestelingspijn (innestelingskrampen) te hebben of een temperatuurdaling te merken. Een ander kenmerk van de innesteling is bloedverlies. Dat noemen we de innestelingsbloeding.
De eicel nestelt zich in de baarmoederwand, tussen de zes en twaalf dagen na je ovulatie. Wanneer je in deze periode een bloeding krijgt, is de kans groot dat het om een innestelingsbloeding gaat.
Je kan ongeveer 5 dagen voor en 1 dag na de eisprong zwanger worden. Regelmatige cyclus van 23 dagen: de eisprong komt rond dag 9 van je cyclus. Je kan ongeveer 5 dagen voor en 1 dag na de eisprong zwanger worden.
Meestal is de eisprong twee weken voor de menstruatie. In de periode vóór de ovulatie tot en met de dag van de ovulatie kun je het best om de dag vrijen. Bij een cyclus van 28 dagen gaat het om de dagen 10 tot en met 15 na het begin van de laatste menstruatie. De drie dagen rond de eisprong ben je het vruchtbaarst.
In de 6 dagen vóór de eisprong is de kans om zwanger te worden het grootst. Je hebt de meeste kans om zwanger te worden als je een paar keer vrijt in deze 6 dagen. Schrijf elke keer als je ongesteld wordt, die datum in je agenda. Zo weet je hoeveel dagen er elke keer tussen je ongesteldheid zitten.
Je hebt een opgeblazen gevoel of harde buik
Een opgeblazen gevoel of harde buik is een symptoom waar veel vrouwen last van hebben aan het begin van een zwangerschap. Je buik voelt dan een beetje opgezet aan en je broek zit minder lekker. Dit symptoom merk je meestal op rondde 4e of 5e week van je zwangerschap.
Vrouwen zijn het meest vruchtbaar tussen de leeftijd van 20 en 30 jaar. Nadien neemt hun vruchtbaarheid stelselmatig af terwijl tegelijk het aantal miskramen toeneemt. Op 38 jaar bedraagt de kans op spontane zwangerschap per cyclus nog ongeveer 10 %.
Van alle vrouwen die proberen zwanger te worden, is 30 procent binnen 3 maanden in verwachting, 70 procent binnen een half jaar en ruim 80 procent na een jaar. Na 2 jaar is 90 procent zwanger. Mocht je na een jaar nog niet zwanger zijn dan kan de huisarts je, als je dat wilt, doorverwijzen naar een gynaecoloog.
Soms kun je ook vaginaal bloedverlies hebben zonder dat er een eisprong aan vooraf gaat. Zo'n 'eisprongloze menstruatie' kan zich op allerlei momenten van de cyclus voordoen en kan ook behoorlijk hevig zijn. Vooral in het begin van je menstruele loopbaan en in de premenopauze kun je er mee te maken krijgen.