Zo vind je hem terug! Zit je konijn niet meer in zijn hok of ren en heb je geen flauw idee waar hij rondhangt? Dan kan je op zoek gaan naar sporen. Denk aan keuteltjes die hij heeft achtergelaten, plekjes in de tuin waar duidelijk aan de planten is geknaagd of waar graafsporen zichtbaar zijn, zoals bij een tuinhek.
Verstoppen/in een hoekje zitten: Het konijn verstopt zich op beschutte plekjes in het hok en komt er niet graag vandaan, terwijl dit normaal wel het geval is. Soms probeert het konijn te vluchten wanneer hij benaderd wordt door mensen.
Verdediging. en denkt daarom van nature dat de wereld gevaarlijk kan zijn. Een konijn probeert bij gevaar eerst weg te rennen. Wanneer dit niet mogelijk is, kan hij gaan bijten.
Gebruik als lokaas: stukjes witlof, groenten, mais maar ook wortel of brood. Het beste is om deze kooi in of recht voor de pijp te plaatsen om de konijnen er in te lokken. De kooi heeft twee klepjes die naar beneden hangen en wanneer het konijn erdoor loopt valt dit klepje ook gelijk weer naar beneden.
Wat moet u doen als uw dier wegloopt? Probeer te vermijden dat je dier kan uitbreken. Zorg voor een stevige omheining of stal die u geregeld controleert zeker na slecht weer met stevige wind. Als uw dier toch uitbreekt, contacteer de asielen in de gemeente waar het dier is verloren gelopen.
Een konijn kan zo'n 70 kilometer per uur rennen, maar daar heeft hij natuurlijk wel de ruimte voor nodig. Het is daarom van belang om hen minimaal één keer per dag een flinke ruimte aan te bieden om te kunnen rennen.
Heel zeker! Je konijn houdt ervan vrij en ongehinderd rond te huppelen. In de tuin kan hij de pootjes losgooien en zijn nieuwsgierigheid de vrije loop laten. Toch mag je niets aan het toeval overlaten.
Konijnen ontsnappen via de grond door een tunnel te graven. Zorg voor een omheining die onder de grond gaat en controleer de leefruimte regelmatig op tunnels. Daarnaast kunnen ze hun weg naar buiten wurmen door te kruipen door de allerkleinste doorgangen.
Konijnen proberen (bijna) altijd te ontsnappen en zijn daar bovendien ook ontzettend goed in. Zo kunnen ze een weg naar buiten tunnelen of knagen. Ze passen door de kleinste doorgangen, waardoor een goede omheining essentieel is.
Schuif uw ene hand onder zijn borst met uw duim langs zijn zij. Leg uw andere hand om zijn achterwerk heen, uw pink net boven de staart. Leg eventueel uw onderarm van die hand langs het konijn zodat u de voorkant van het konijn iets tegen uw arm aan kunt drukken om extra steun te geven.
Ze kunnen hun verzorger herkennen aan bijvoorbeeld de stem en de geur. Sommige konijnen hechten zich echt aan hun baasje. Konijnen zijn echter geen knuffeldieren. Het liefst blijven zij met alle vier de pootjes op de grond.
Konijnen kunnen wel veel beter in schemer zien dan mensen kunnen. Ze zien als het schemert minder helder dan bij vol daglicht, maar nog steeds redelijk goed. Nu vraag je je misschien af of jouw konijn je helder kan zien, of alleen maar een grote, wazige vlek ziet? Een konijn ziet je niet zo scherp als je zelf ziet.
Konijnen hebben een heel goed geheugen. Ze onthouden waar ze zijn geweest, wat er is gebeurd en je kunt ze daarom ook makkelijk kunstjes leren. Konijnen onthouden waar ze al eerder zijn geweest en nare ervaringen of emoties vergeten ze niet snel.
Sinds 1950 is het aantal konijnen met vijftig procent afgenomen. Ze staan zelfs op de Rode Lijst Zoogdieren. “Inmiddels is het een zeldzaamheid als je een konijn ziet terwijl je door de duinen loopt”, vertelt Myrthe Fonck, ecoloog bij Puur Water Natuur (PWN). Dit komt onder andere door virussen.
Je neus gebruiken
Laat je konijn dus zijn best doen om bij de snack te komen. Stop bijvoorbeeld wat plukjes gras in een lege keukenrol en laat er wat stukjes uitsteken. Als ze er dan aan trekken, komt het een beetje mee. Dit is fase één.
Wanneer konijnen ontspannen zijn, zie je dit vaak aan de houding waarin ze liggen. De meest herkenbare houdingen van een ontspannen konijn zijn: Liggen als een bolletje met de voor- en achterpootjes onder het lichaam verstopt. Liggen met de zowel de voor- als achterpoten gestrekt.
Vooral konijnen kunnen, net zoals wij mensen, rouwen – en ze kunnen in die tijd vaak stiller zijn dan normaal. Zij moeten – net als wij – het verlies van hun maatje verwerken.
Het kan apathisch gedrag vertonen, slaapt veel en heeft vaak een verminderde eetlust - symptomen die we ook bij rouwende mensen terugzien. Sommige konijnen zoeken net meer contact met hun eigenaar om hun gebrek aan affectie op te vullen, maar die eigenaar kan nooit 24 uur per dag als plaatsvervangend konijn optreden.
Wat mag een konijn niet eten? Niet alle groenten zijn geschikt voor konijnen. Geef je konijnen geen bieslook, prei, ui, courgette, knoflook, bonen of erwten, rabarber, aardappelen, mais, vaste koolsoorten zoals rode kool, spruitjes en pas gemaaid gras.
Wilde konijnen kennen immers vele vijanden. Ze zijn een ideale prooi voor wilde vogels zoals uilen, haviken, adelaars en valken, wilde honden, katten en zelfs grondeekhoorns. Voedsel zoeken ze om die reden voornamelijk 's avonds en 's nachts.
Ze kunnen geen voedsel vinden, worden ziek, drogen uit en sterven een nare dood, als ze al niet voor die tijd worden doodgereden in het verkeer of gevangen door een vos, kat of hond. De Dierenbescherming noemt het loslaten van konijnen een 'regelrecht doodvonnis'.
Dat is bij elk konijn verschillend hangt heel erg van zijn temperament en zijn karakter af. Ondernemend, lui, druk, atletisch en ga zo maar door. 60 cm ren is vrij makkelijk om overheen te gaan, 90 cm zeldzaam en 100 cm bijna nooit. Een dunne gaas ren is prima voor kleinere rassen.
Een vangkooi is het perfecte hulpmiddel voor het vangen van een konijn. Hierbij moet eerst een verschil worden gemaakt tussen het vangen van een tam konijn/konijn als huisdier of het vangen van verwilderde konijnen. Tamme konijnen hebben doorgaans hangoren en zijn meestal kleiner dan wilde konijnen.
Konijnen kunnen buiten in de tuin of op een balkon in een hok zitten. Of ze nou binnen of buiten zitten, ze mogen nooit op de tocht staan! Binnen kan een hok volstaan met zaagsel en stro (en altijd vers hooi!), buiten moet een konijn een slaapplek hebben (zeker 's nachts en in de winter).
Behalve de mens zijn de voornaamste vijanden van het konijn, de buizerd, de hermelijn, de wezel, de bunzing en de vos.