Bij bedragen waarin achter de komma 50 cent of meer staat wordt het bedrag naar boven afgerond. Bijvoorbeeld €5,50 of meer wordt dan €6. Alles minder dan 50 cent, oftewel 49 cent en minder, wordt naar beneden afgerond. Bijvoorbeeld €5,49 en minder wordt €5.
Ga na waarop je moet afronden. Kijk naar het eerstvolgende getal/decimaal. Bij een getal van 4 of lager rond je af naar beneden. Bij een getal van 5 of hoger rond je af naar boven.
Producten en personen worden altijd afgerond op gehele getallen.
Indien de uitkomst van de berekening niet een geheel getal is, wordt dat getal indien het eerste cijfer achter de komma een 4 of lager is, naar beneden afgerond en indien dat cijfer een 5 of hoger is, naar boven afgerond. Voorbeeld: 5,3 SE en 5,6 CE. Gemiddeld 5,45.
Je mag twee keer een 5 hebben of één 5 en één 4, maar dan moeten al je andere eindcijfers 6 of hoger zijn en het gemiddelde van al je eindcijfers ten minste 6,0 zijn. Let op dat geen enkel eindcijfer (afgerond) lager mag zijn dan een 4.
Per kandidaat is er een lijst van CE-cijfers (zie de veelgestelde vraag ”welke cijfers tellen mee?”). Van die lijst wordt het rekenkundig gemiddelde bepaald. Dat rekenkundig gemiddelde moet voldoende zijn; 5,5 of hoger. Je bent geslaagd bij een gemiddelde van 5,50 of hoger, maar niet met een gemiddelde van 5,49.
Bij bedragen waarin achter de komma 50 cent of meer staat wordt het bedrag naar boven afgerond. Bijvoorbeeld €5,50 of meer wordt dan €6. Alles minder dan 50 cent, oftewel 49 cent en minder, wordt naar beneden afgerond. Bijvoorbeeld €5,49 en minder wordt €5.
Het afronden van getallen gaat als volgt: Je kijkt altijd naar het eerstvolgende decimaal, dus het decimaal na het decimaal waarop je afrondt. Is dat 0, 1, 2, 3 of 4 dan blijft het decimaal waarop je afrondt onveranderd. Je rondt in dat geval naar beneden af omdat je het getal kleiner maakt doordat je wat weglaat.
Je kijkt altijd naar het volgende getal dan waar je op moet afronden. Indien dit een 5 of hoger is gaat het getal omhoog, is het lager dan 5 dan blijft het getal hetzelfde.
Bijna 2 jaar geleden kwam de doodsteek voor de kleine centjes. Sinds eind 2019 mogen winkeliers het eindbedrag afronden tot op 5 cent. Daardoor verloren de muntjes van 1 en 2 cent in de praktijk hun nut. Ze zijn echter nog altijd een wettig betaalmiddel en worden ook effectief nog altijd gebruikt.
Als je een getal moet afronden, let dan alleen op het eerstvolgende cijfer dat je weglaat. Als dat cijfer lager is dan 5, rond je omlaag af. Is dat cijfer 5 of hoger, rond je omhoog af. Alle volgende cijfers zijn niet van belang.
Nee. Ondernemingen zijn wettelijk verplicht om de bedragen die u cash betaalt, af te ronden. U hebt niet het recht om te weigeren dat ze het cash totaalbedrag op uw kassabon of factuur afronden. Hetzelfde geldt als een onderneming heeft gekozen voor de uitbreiding van de afronding naar niet-cashbetaalmiddelen.
Hoe moet u afronden? Het te betalen totaalbedrag dat eindigt op €0,01 of €0,02 wordt afgerond naar beneden. Voorbeeld: 12,92 € wordt 12,90 €. Het te betalen totaalbedrag dat eindigt op €0,03 of €0,04 wordt afgerond naar boven.
Het meest gebruikelijk is om met drie cijfers achter de komma te werken. mits die mate van nauwkeurigheid gerechtvaardigd is gegeven je meetprocedure. Zet een 0 voor de punt of komma als het ook een andere getal zou kunnen zijn. Kan het alleen een 0 zijn (zoals bij p-waarden) dan kan die worden weg gelaten.
Het afronden van een getal is het verminderen van het aantal significante cijfers. Men rondt bijvoorbeeld een getal af om het aantal significante cijfers in overeenstemming te brengen met de nauwkeurigheid van het getal of met het doel waarvoor het getal dient.
De cijfers achter de komma noem je decimalen. 7,21 is een getal met 2 cijfers achter de komma, dit is dus een getal met 2 decimalen. De getallen achter de komma hebben ook een waarde. Het getal 2,1 is hetzelfde als 2,10 en 2,100 enz.
Dan krijgen we andere reeksen van ronde getallen: 5, 10, 15, 20, 25, 30, 35, … 100, 200, 300, 400, … Wat als rond getal geldt, hangt af van de schaal die je kiest om met aantallen en hoeveelheden te werken.
Als u euro voluit schrijft, zet u het woord achter het bedrag: 200 euro. Het euroteken wordt in het Nederlandse taalgebied voor het bedrag gezet, gevolgd door een spatie: Die cd kost € 15,50. In Nederland staat er na hele bedragen meestal een komma en een streepje: Hij is me nog € 24,- schuldig.
Als we afronden naar het dichtsbijzijnde 100 tal, kijken we naar het getal aan de rechter kant. We kijken naar de plaats van de tientallen Als het een 5 of hoger is, ronden we af naar boven. Is het lager dan een 5, dan ronden we af naar beneden.
Je slaagt voor het eindexamen vwo wanneer je gemiddeld een voldoende haalt voor alle vakken van het centraal examen. Ook mag je maximaal één 5 als eindcijfer halen voor één van de kernvakken. Daarnaast mag je voor hooguit 2 vakken een onvoldoende als eindcijfer hebben.
De kernvakkenregel houdt in dat je om te slagen hooguit één 5 als eindcijfer mag hebben voor de kernvakken Nederlands, Engels en Wiskunde. Deze regel geldt zowel voor de havo als het vwo.
Deze DeelResultaten zijn alle cijfers in volgorde van de tijd, die voor een bepaald vak zijn behaald. Deze resultaten lopen het hele jaar door. Samenvattend is T3 dus het eindresultaat van het gehele schooljaar, terwijl T1 en T2 deelresultaten zijn.