De huisarts of wijkverpleegkundige kan deze indicatie aanvragen bij het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ). Een medewerker van het CIZ komt met uw vader of moeder praten, u mag daar als mantelzorger bij zijn. Daarna wordt vastgesteld of uw vader of moeder wel of geen indicatie krijgt en hoe zwaar die indicatie is.
U kunt alleen in een verzorgingshuis gaan wonen met een zogeheten 'indicatie voor verblijf' van het CIZ (Centraal Indicatieorgaan Zorg). De toekomstige bewoner kan zo'n indicatie zelf bij het CIZ aanvragen, eventueel samen met een familielid of mantelzorger.
Checklist verhuizen naar verzorgingshuis
Controleer of alle verzekeringen nog kloppen, denk aan: zorgverzekering, autoverzekering en woonverzekeringen. Huurcontract oude woning opzeggen of uw woning verkopen. Wlz-indicatie aanvragen bij het CIZ. Internet, telefonie en tv regelen.
Als u de juiste zorgindicatie heeft op basis van de Wet langdurige zorg (Wlz) worden de zorgkosten over het algemeen vergoed uit uw Persoonsgebonden Budget (PGB) of een Volledig Pakket Thuis (VPT) als u in een particulier verpleeghuis gaat wonen. De overheid betaalt dus voor de gemaakte zorgkosten.
Overleg met de huisarts en eventueel de wijkverpleging
Heeft uw moeder niet alleen hulp nodig, maar ook zorg? Praat eens met haar huisarts. Hij of zij kan misschien een rol spelen. De huisarts is op de hoogte van de medische situatie en kan een keer bij uw moeder op bezoek gaan.
Vermogen telt mee
De eigen bijdrage voor 2023 is dus gebaseerd op het verzamelinkomen van 2021. Het CAK trekt van dat verzamelinkomen een paar posten af, zoals de betaalde belasting en een bedrag voor zak- en kleedgeld. Maar er is ook een bijtelling voor het spaargeld. Daarvan telt 4 procent mee als inkomen.
Als u alleenstaand bent, weinig inkomen heeft (zoals een AOW-uitkering van €1353,11/maand) en niet meer dan €31.340 spaargeld heeft dan betaalt u de minimale lage eigen bijdrage van €184 per maand in de eerste 4 maanden van uw verblijf in het verpleeghuis.
De lage eigen bijdrage voor een verzorgingshuis is in 2023 minimaal €184,- en maximaal € 966,60 per maand. Maakt u gebruik van een modulair pakket thuis (MPT) of Persoonsgebonden Budget (PGB) dan bedraagt de lage eigen bijdrage minimaal € 26,- en maximaal € 808,60 per maand.
Een rusthuisbewoner die zijn factuur zelf niet kan betalen, kan tussenkomst vragen aan het OCMW van de gemeente waar hij of zij was ingeschreven voor opname in het rusthuis.
In 2023 werken we met een toetsbedrag van € 31.340 (alleenstaand) of € 62.680 (met partner):
De huisarts of wijkverpleegkundige kan deze indicatie aanvragen bij het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ). Een medewerker van het CIZ komt met uw vader of moeder praten, u mag daar als mantelzorger bij zijn. Daarna wordt vastgesteld of uw vader of moeder wel of geen indicatie krijgt en hoe zwaar die indicatie is.
In een verpleeghuis wonen mensen die zwaardere zorg en ook behandeling en begeleiding nodig hebben. Verzorgingshuizen bestaan vrijwel niet meer. Voorheen woonden daar ouderen die niet meer zelfstandig thuis konden wonen maar (nog) geen behandeling of zware zorg nodig hadden.
Verpleeghuis en AOW
Wanneer uw partner langdurig in een verpleeghuis of een andere Wlz-instelling woont, kunt u kiezen voor AOW als alleenstaande. U blijft gewoon getrouwd, maar krijgt dan beiden AOW ter hoogte van 70% van het netto minimumloon.
U kunt een indicatie aanvragen bij het CIZ. Uw vertegenwoordiger kan dit ook voor u doen. Het CIZ toetst of u blijvend 24 uur per dag zorg in de nabijheid of permanent toezicht nodig heeft.
De eigen woning telt tot 2 jaar na uw opname in de zorginstelling niet mee voor het bepalen van uw eigen bijdrage voor de zorg. Als u de woning niet verkoopt voor 1-1-2021, telt uw woning op 1-1-2021 mee als box 3 vermogen.
Wilt u wonen in een woonzorgcentrum (ook wel serviceflat)? Vraag het woonzorgcentrum van uw keuze hoe u zich aanmeldt. Meestal moet u zich inschrijven bij de gemeente of de woningbouwvereniging. Het kan zijn dat er een wachtlijst is.
Nee, u kunt niet zelf afstand doen van het gezag over uw kind. Het is wel mogelijk om het ouderlijk gezag aan te passen naar eenhoofdig gezag van de andere ouder. De andere ouder heeft dan alleen het gezag. U kunt dit samen met de andere ouder vragen bij de rechter.
Als ouder heb je een onderhoudsplicht ten opzichte van je kinderen. Dit betekent dat je financieel verantwoordelijk bent voor de kosten van levensonderhoud en opvoeding van je kinderen, ook als je gescheiden bent van de andere ouder.
Er is geen onderhoudsplicht wanneer het jaarlijks netto belastbaar (gezins)inkomen lager is dan 25.284,89 euro, nog te verhogen met 3.539,89 euro per persoon fiscaal ten laste (cijfers maart 2022). Ook het Kadastraal Inkomen van onroerende goederen (woning of appartement) kan in aanmerking komen.
Overleg ruim op tijd met een notaris
Hoe eerder hoe beter. Als u veel spaargeld heeft en jaarlijks een notariële schenking op papier wilt doen heeft u al 15-20 jaar nodig om 1 ton per kind veilig te stellen. Daarnaast kijkt het CAK voor het vaststellen van uw eigen bijdrage naar uw vermogen op de peildatum.
U betaalt een vast bedrag voor uw verblijf. De tarieven beginnen vanaf ongeveer € 3.000 per maand en kunnen oplopen tot meer dan € 5.000 per maand. Dit zijn de kosten voor uw verblijf, eten, activiteiten en extra zorg.
Uit het rapport van het ZIN blijkt dat ongeveer 50% van de cliënten langer dan 18 maanden verblijf. Maar een derde verblijft korter dan 9 maanden. Er is geen ontwikkeling te zien waaruit blijkt dat cliënten korter verblijven, de trend is eerder omgekeerd.
De lage bijdrage is in 2023 minimaal €184 (2022: €174) en maximaal €966,60 (2022: €913,20) per maand. Hoeveel je betaalt hangt af van je verzamelinkomen. Je kunt de lage eigen bijdrage berekenen met de rekenhulp van het CAK.
Ik krijg zorgtoeslag - ik of mijn toeslagpartner wordt opgenomen. U houdt gewoon zorgtoeslag als u of uw partner wordt opgenomen. Ook als u of uw partner op het adres van de zorginstelling wordt ingeschreven. U hoeft de opname niet aan ons door te geven.
Hoe werkt het in 2023
Vanaf 2023 kijken we niet meer naar het heffingsvrij vermogen. We werken met een toetsbedrag van € 31.340 (alleenstaand) of € 62.680 (met partner). Het vermogen tot het toetsbedrag telt niet mee voor de eigen bijdrage. Het vermogen boven het toetsbedrag telt wel mee voor de eigen bijdrage.