Een traumatisch hersenletsel wordt veroorzaakt door een trauma van het hoofd, gevolgd door minstens een van de volgende symptomen: een periode van bewustzijnsverlies, geheugenverlies met betrekking tot de gebeurtenissen vlak voor of na het ongeval (posttraumatische amnesie of PTA), een verandering in de mentale ...
Bij traumatisch hersenletsel is er altijd sprake van een harde klap tegen het hoofd, het trauma. Dat kan bijvoorbeeld gebeuren bij een verkeersongeluk, een nare val of een vechtpartij. Ook tijdens het sporten kun je traumatisch hersenletsel oplopen. Bijvoorbeeld wanneer je hard met iemand anders in botsing komt.
Er zijn twee soorten hersenletsel: traumatisch en niet-traumatisch. Traumatisch hersenletsel ontstaat door een oorzaak buiten het lichaam, zoals een val of een verkeersongeluk. Niet-traumatisch hersenletsel ontstaat door een proces in het lichaam, zoals een beroerte, infectie of tumor.
Wat stel je vast bij hoofdletsel? Hoofdpijn, verwardheid, misselijkheid, evenwichtsproblemen of duizeligheid, dubbel of slecht zicht. Het slachtoffer is verward, laat ongewoon gedrag zien of reageert niet helder. Extra gevoeligheid voor licht of geluiden.
De aanwezigheid van hersenletsel kan mogelijk worden aangetoond met een scan: bijvoorbeeld een CT-scan, een PET-CT-scan of een MRI-scan. Daarom wordt in deze blog de vraag gesteld: hoe wordt NAH aangetoond, en wat als er het onderzoek een 'schone scan' oplevert?
Elke vorm van trauma of letsel van het hoofd, zowel direct als indirect, zoals met grote kracht stoten van het hoofd, een val op het hoofd, een acceleratie-deceleratietrauma of een hard voorwerp (met grote kracht) tegen het hoofd krijgen (bijvoorbeeld tijdens sporten).
Veel voorkomende kenmerken van hersenletsel
De veel voorkomende klachten of signalen zijn: stemmingswisselingen, snel boos worden, geheugenproblemen, moeite met communiceren of begrijpen van taal, vaak somer of moe.
Het belangrijkste kenmerk van hersenletsel is de zogenaamde 'breuk in de levenslijn'. Mensen ervaren hun leven vaak als in tweeën gedeeld: een leven vóór en een leven na het hersenletsel.
Posttraumatische stressstoornis (PTSS) komt veel voor na niet-aangeboren hersenletsel (NAH), zoals een cerebrovasculair accident (CVA) of een traumatisch hersenletsel. De prevalentie van PTSS na traumatisch hersenletsel wordt in een meta-analyse geschat op 15,6% en in het eerste jaar na een CVA op 23%.
Bij een trauma reageert het zenuwstelsel op triggers die in het onbewuste geheugen zijn gekoppeld aan eerdere stressvolle situaties, het zogenoemde trauma-netwerk en komt het meteen in actie. Dit zijn vaak onbewuste automatische reacties zonder aanwezigheid van feitelijke gedachten.
De beschadigde hersencellen herstellen niet, maar andere delen van de hersenen nemen functies over. Er worden nieuwe netwerken in de hersenen gemaakt, waardoor functies die uitgevallen zijn herstellen. Bij een groot deel van patiënten met hersenletsel gaan niet alle klachten over.
Belangrijk is om na twee dagen na licht traumatisch hersenletsel weer een vaste dagstructuur aan te gaan houden. Dus op tijd opstaan op schooldagen, vaste eetmomenten aanhouden en tussendoor rust en activiteiten afwisselen.
Traumatisch hersenletsel ontstaat door een oorzaak buiten het lichaam. In de meeste gevallen vindt er een botsing plaats met een hard oppervlak, bijvoorbeeld bij een val van de trap of een ongeluk met de fiets, brommer of motor. Ook een harde klap tegen het hoofd kan hersenletsel tot gevolg hebben.
Wat precies, verschilt van persoon tot persoon en is afhankelijk van de plaats van de schade in de hersenen en de ernst ervan. Sommige van die gevolgen blijven altijd zichtbaar. Maar een groot deel van de patiënten die leven met hersenletsel heeft uiteindelijk veel meer last van de onzichtbare gevolgen.
NAH door te weinig zuurstof
In bepaalde situaties kunnen je hersenen niet genoeg zuurstof krijgen en daardoor schade oplopen. Dit proces kan plots gebeuren, bijvoorbeeld na een hartstilstand of als je bijna verdrinkt. Maar het kan zich ook langzamer ontwikkelen. Bijvoorbeeld nadat je giftige stoffen hebt ingeademd.
Mensen met hersenletsel hebben over het algemeen behoefte aan structuur, overzicht en rust. Hoe overzichtelijker het leven, de dag en week zijn ingericht hoe beter iemand kan functioneren. Lijstjes, lijstjes, lijstjes... (en de moderne variant apps die alarmeren om iets niet te vergeten).
Bij ontremd gedrag heeft iemand moeite zijn impulsen en gedrag te controleren, alsof de 'natuurlijke rem' eraf is. De ontremming kan zich op verschillende terreinen uiten: motorisch, emotioneel, verbaal of op het gebied van voeding of seksualiteit.
Bij een TIA is een bloedvat in de hersenen even dicht. Je hebt hierdoor korte tijd klachten gehad. Bijvoorbeeld een verlamde arm, een verlamd been, een scheve mond, problemen met praten, niet goed zien of minder gevoel in je gezicht.
Bij een beroerte kunnen heel wat symptomen opduiken, waarvan ook de hevigheid kan variëren van licht tot zeer ernstig. Welke klachten optreden, is afhankelijk van het deel van de hersenen dat zonder zuurstof valt. Wat ze allemaal gemeen hebben, is dat ze plots opduiken.
Direct merkbare symptomen na hersenletsel
Bewusteloosheid. Verwardheid. Geheugenverlies (posttraumatische amnesie: PTA) Hoofdpijn.
Meestal zijn (hoofd)pijn en bloeden de enige verschijnselen van de breuk. In ernstige gevallen verlies je het bewustzijn. Bij een schedelbasisfractuur treden vaak symptomen op van uitval van zenuwfuncties, zoals gedeeltelijk uitval van het gezichtsvermogen, van de reuk of van gehoor en evenwicht.
Late gevolgen van een traumatisch hersenletsel, de zogenaamde restverschijnselen, uiten zich vooral op cognitief en psychisch vlak en veroorzaken vaak problemen bij wonen, dagbesteding en sociaal-emotioneel functioneren. Vereenzaming, verminderd zelfvertrouwen en depressieve gevoelens komen frequent voor.
Beschadigde hersencellen herstellen niet
Misselijkheid en verwardheid verdwijnen soms al na enkele uren. Klachten als vermoeidheid, verminderde concentratie en een geheugenproblemen houden meestel langer aan en kunnen blijvend van aard zijn.