Er zijn open, gesloten en suggestieve vragen, controlevragen en tegenvragen.
Een controlerende of gesloten vraag kan alleen met 'ja' of 'nee' beantwoord worden. Dat betekent dat een gesloten vraag vooral dient om dingen uit te sluiten of te controleren. Het is een vraag die past bij het vormen van een oordeel of besluitvorming.
Contextgerichte vragen zijn vragen die u in een bepaalde context kunt stellen, om te peilen of er wellicht sprake is van laaggeletterdheid. Het is dus een manier om het gesprek aan te knopen en te screenen of iemand moeite heeft met een van de basisvaardigheden.
2 Open vraag
Het wordt gebruikt om onpartijdige antwoorden te krijgen, omdat respondenten niet gebonden zijn aan vooraf ingestelde antwoorden. Tip: Schakel tussen beoordeling - en open vragen om de open reacties te kwantificeren en om de beste weergave te krijgen van de feedback van jouw respondenten.
Open vragen stellen
Een open vraag in een verkoopgesprek begint meestal met een van de volgende woorden: wie, wat, waar, wanneer, waarom, waarmee, waarvoor, hoe, en welke. Het vraagwoord waarom vereist in verkoopgesprekken enige voorzichtigheid, omdat het als te indringend of te confronterend kan worden ervaren.
Topische vragen, ook wel W-vragen of de vijf W's genoemd, zijn vragen omtrent het onderwerp van een tekst, zoals wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe? Ze kunnen worden gebruikt in de tekstanalyse en het tekstontwerp om de opbouw van een tekst te karakteriseren.
Een voorbeeld van een retorische vraag is: 'Laat jij de hond even uit? '. Degene die de vraag stelt wil graag dat de ontvanger van de vraag de hond gaat uitlaten. Het is daarom meer een mededeling dan een vraag.
Een keuzevraag is in Nederland een vraag waarbij door de vraagsteller aan de bevraagde wordt gevraagd uit twee of meerdere mogelijkheden te kiezen. De keuzevraag staat tussen de open vraag en de gesloten vraag en neigt door de beperking van de keuzes naar een gesloten vraag.
De suggestieve vraag
Suggestieve vragen worden dus in coaching zelden of niet gebruikt, tenzij je de gecoachte er echt mee helpt. Voorbeelden zijn: “Je bent er morgen natuurlijk wel bij, hè?”, “Jij doet gewoon mee, hè?”, “Je stelt me toch niet teleur?”, etc.
Deze 3 vragen zijn: Wat zijn mijn mogelijkheden? Wat zijn de voor- en nadelen van die mogelijkheden? Wat betekent dat in mijn situatie?
5W2H bestaat uit vijf vragen beginnend met de letter W en twee met de letter H. De vragen zijn: Wie, Wat, Waar, Wanneer, Waarom, Hoe en Hoeveel. Deze vragen worden gebruikt om de achterliggende oorzaken van een probleem te achterhalen.
Dit zijn vragen waarbij je misschien niet direct het antwoord weet. Denk aan alle dingen die je al weet over dit onderwerp. Als je allebei het antwoord niet weet op een vraag, stel je de vraag aan de leerkracht of aan iemand die veel over dit onderwerp weet.
– Gewone vragen zijn vragen waarop je duidelijk antwoord kunt geven. – Gewone vragen kunnen makkelijk of moeilijk zijn. – Bij gewone vragen gaat het om feiten: de antwoorden zijn te checken.
Een journalist probeert altijd een zo volledig mogelijk verhaal te vertellen. Daarvoor wordt in de journalistiek een ezelsbruggetje gebruikt: de 5W1H-methode. Ze geven antwoord op de vragen: wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe.
Topische vragen, ook wel W-vragen of de vijf W's genoemd in het Nederlands, zijn vragen omtrent het onderwerp van een tekst, een film, enz. zoals wie, wat, waar, waarom, wanneer?
Open vragen beginnen met: wie, wat, wanneer, waar, en ook hoe, hoe vaak, etc. Open vragen nodigen uit om je verhaal te vertellen en leveren veel informatie op. Gesloten vragen zijn 'ja'-/ 'nee'-vragen of meerkeuze vragen.
De SPIN-methode is, naast framing, een veelgebruikte gesprekstechniek voor een succesvol verkoopgesprek. Hiermee stel je vragen in een bepaalde volgorde. Met deze techniek zorg je ervoor dat de klant zelf zijn eigen behoeftes inziet en daarbij zelf met de oplossing komt.