Ten slotte zijn er bepaalde tegemoetkomingen specifiek voor raadsleden en burgemeesters. Op deze manier verdienen raadsleden van € 12.000 tot € 33.000 per jaar, wethouders van € 75.000 tot € 155.000 per jaar en burgemeesters van € 98.000 tot € 180.000 per jaar.
Hoeveel verdient een wethouder? – Een wethouder verdient bij benadering tussen de € 1561 (laag) en € 9098 (hoog) aan salaris (bruto). Dit komt erop neer dat je als wethouder een netto salaris verdient van tussen de €1464.08 (laag) en € 5302.56 (hoog) per maand gerekend met gemiddelde uren van een werkweek van 40 uur.
Raadsleden verdienen dit jaar minimaal 1081 euro per maand. In de grootste gemeenten loopt dit bedrag op tot zo'n 2650 euro per maand. Dat blijkt uit een analyse van LocalFocus/ANP op basis van gegevens van het statistiekbureau CBS en de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden.
Een raadslid houdt zich bezig met vaststellen van beleid op hoofdlijnen en ziet toe op een goede uitvoering van het beleid. De wethouders worden vervolgens door de gemeenteraad benoemd. De raad is geheel vrij in haar keuze voor een wethouder.
Om wethouder te worden, moet je verkozen worden bij de gemeenteraad door de gemeenteraadsleden. Zij zullen jou vervolgens benoemen als wethouder voor vier jaar. Je hoeft op zich geen lid van de gemeenteraad te zijn om verkozen te worden als wethouder.
De gemeente betaalt de salarissen en de hoogte daarvan wordt vastgesteld a.d.h. van het aantal inwoners van de gemeente. Dit is wettelijk vastgesteld.
De partijen dragen kandidaat-wethouders voor aan de gemeenteraad. De gemeenteraad benoemt de kandidaat vervolgens tot wethouder. De gemeenteraad controleert het werk van de wethouder.
Op basis van artikel 49 van de Gemeentewet kan de raad het vertrouwen opzeggen in een wethouder en desgewenst besluiten tot ontslag. Als die procedure wordt gevolgd, dan gaat het ontslag per direct in. De raad dient daaraan een ontslagbesluit ten grondslag te leggen.
De burgemeester is voorzitter van B&W. Iedere wethouder heeft een eigen beleidsterrein (portefeuille), bijvoorbeeld financiën, verkeer, milieu, welzijn of volkshuisvesting. Het bepalen van het beleid gebeurt echter in het college van B&W. Het college doet voorstellen aan de gemeenteraad en verdedigt die daar.
Wethouders en burgemeesters oefenen hun functie wel fulltime uit. Soms is echter afgesproken dat een bepaald wethouderschap een deeltijdbaan is of worden twee 'duo-wethouders' op één portefeuille gezet.
Een wethouder mag 14 procent van het salaris 'gratis' bijverdienen. Van het geld dat de bestuurder boven dat bedrag verdient, wordt een deel ingehouden op het loon. De gedachte hierachter is dat het wethouderschap de hoofdbaan moet zijn en geen bijbaan.
Het salaris van de minister-president is € 186.414 per jaar (2023). Dat is inclusief 8% vakantiegeld en 8,3% eindejaarsuitkering. Ook heeft de minister-president recht op een vaste onkostenvergoeding en een aantal andere tegemoetkomingen en voorzieningen. Dat is geregeld in het Voorzieningenbesluit.
Het gemiddelde salaris voor a vuilnisman (m/v) is € 13,69 per uur in Nederland. 548 salarissen doorgegeven, bijgewerkt om 25 mei 2023.
Een wethouder verdient bij benadering tussen de € 1561 (laag) en € 9098 (hoog) aan salaris (bruto). Dit komt erop neer dat je als wethouder een netto salaris verdient van tussen de €1464.08 (laag) en € 5302.56 (hoog) per maand gerekend met gemiddelde uren van een werkweek van 40 uur.
Per maand is dit een netto vergoeding van €416,55! De burgemeesters die in deze grote gemeentes werken hebben daarnaast vaak een auto met chauffeur. Als we dit loon berekenen per uur, ervan uitgaande dat de burgemeester ongeveer 65 uur per week werkt, 48 weken in het jaar.
Voor het uitvoeren van het raadswerk hebben raadsleden gemiddeld 16 uur per week nodig. In de kleinste gemeenten is het vaak enkele uren per week minder. In de grote gemeenten met meer dan honderdduizend inwoners besteedt een raadslid gemiddeld 20 tot 25 uur per week aan het raadswerk.
De gemeenteraad is ook het politieke orgaan dat na de gemeenteraadsverkiezingen de wethouders kiest. In regel geldt hun verkiezing/benoeming voor een periode van vier jaar, gelijk aan de zittingstermijn van de gemeenteraad. De functie van wethouder bestaat sinds 1813.
Het ambt van burgemeester is onverenigbaar met onder meer het ambt van minister, staatssecretaris, lid Raad van State, lid Algemene Rekenkamer, Nationale Ombudsman, Commissaris van de Koning(in), gedeputeerde, lid gemeenteraad en wethouder.
Maximum: Het maximum aantal wethouders in een gemeente is afhankelijk van het aantal raadsleden dat de betreffende gemeente kent (art. 8). Het maximum aantal wethouders dat de raad kan benoemen, bedraagt ten hoogste 20% van het aantal raadsleden. De raad van de grootste gemeenten kan maximaal negen wethouders benoemen.
Dient een wethouder verplicht te wonen in de gemeente waarin hij of zij is benoemd? In beginsel dient de wethouder in de gemeente te wonen waar hij of zij wethouder is. De gemeenteraad kan echter voor de duur van een jaar ontheffing verlenen van het vereiste van ingezetenschap.
Op landelijk niveau kunnen ministers geen deel uitmaken van de volksvertegenwoordiging. De Nederlandse gemeenteraden worden om de vier jaar gekozen. Ze worden bijgestaan door een raadsgriffier. Ook de functie van raadsgriffier is ingevoerd door de Wet dualisering gemeentebestuur.
De burgemeester zorgt voor een goed verloop van de vergaderingen van de gemeenteraad. De burgemeester is zelf geen lid van de gemeenteraad en mag dus niet stemmen of onderwerpen inbrengen. Wel mag de burgemeester tijdens de vergadering deelnemen aan de overleggen (ook wel beraadslagingen genoemd).
De raad stelt het beleid van de gemeente vast en controleert het dagelijks bestuur: het college van burgemeester en wethouders . De omvang van de raad hangt af van het aantal inwoners in een gemeente.
De burgemeester wordt op grond van de Gemeentewet na de aanbeveling door de gemeenteraad benoemd door de Kroon (bij Koninklijk besluit) en kan ook worden ontslagen bij koninklijk besluit.
De wethouder is onderdeel van het college van burgemeester en wethouders. Wethouders in de gemeente zijn vergelijkbaar met de met ministers in het kabinet: ze gaan over een specifiek onderwerp en zijn verbonden aan een politieke partij. Het minst aantal wethouders in een college is twee, het meeste is zeven.