Tussen AOW en pensioen zijn er geen wezenlijke verschillen. Het is eigenlijk dat de AOW deel uit maakt van uw pensioen. Vanaf uw 67 gaat u met pensioen, dan krijgt u in plaats van loon, pensioen. AOW is zoals u eerder al heeft kunnen lezen een uitkering als u 67 jaar geworden bent.
De gemiddelde levensverwachting neemt nog steeds toe. Hierdoor verschuift de AOW-leeftijd in stappen omhoog. Als gevolg hiervan is per 1 januari 2018 ook de pensioenrichtleeftijd naar 68 jaar gegaan. De pensioenrichtleeftijd is een van de uitgangspunten voor het bepalen van de fiscaal maximale pensioenregeling.
Uw AOW en woonsituatie
Bent u alleenstaand? Dan krijgt u 70% van het minimumloon. Woont u samen of bent u getrouwd? Dan krijgt u 50% van het minimumloon.
U ontvangt de AOW-uitkering op uw AOW-leeftijd. Die is niet voor iedereen gelijk. De AOW-leeftijd gaat in stappen omhoog naar 67 jaar in 2024. Vanaf 2025 hangt de AOW-leeftijd af van de levensverwachting.
De pensioenleeftijd is de leeftijd waarop men al of niet vrijwillig stopt met werken wegens ouderdom, en/of waarop een ouderdomspensioen ingaat.
Wij zetten diverse scenario's op een rij met de hoogte van de AOW per 1 januari 2023. Alvast goed nieuws: in 2023 gaat de AOW flink omhoog. Netto krijg je er tussen de € 57 en € 126 per maand bij.
Is er al veel pensioen opgebouwd? Dan is pensionering op bijvoorbeeld 65 jaar nog steeds een haalbare optie. In veel andere gevallen is ook voor het al opgebouwde pensioen de pensioenleeftijd verhoogd naar het 68 jaar. Vaak is dat het geval als er sprake is van een pensioenfonds.
Als u met pensioen gaat, krijgt u een basisinkomen volgens de Algemene ouderdomswet (AOW).
U bouwt een volledige AOW-uitkering op als u in de 50 jaar voordat uw AOW-uitkering ingaat, in Nederland heeft gewoond. Voor ieder jaar dat u mist, wordt de AOW met 2% gekort. Als uw AOW-leeftijd bijvoorbeeld 66 jaar is, dan start de opbouw van uw AOW bij 16 jaar. Woonde u al die tijd in Nederland?
AOW 2022 getrouwd of samenwonend – Bent u getrouwd of woont u samen dan is het nieuwe AOW bedrag per 1 januari € 901,07 bruto per persoon. Netto houdt u daar € 851,52 aan over. Hierbij is rekening gehouden met €172,50 loonheffingskorting en € 49,55 Zvw premie. De AOW uitkering in 2022 is netto €12,97 hoger dan 2021.
Wij willen dat iedereen die 40 jaar gewerkt heeft (gelijkgestelde periodes inbegrepen) een pensioen van minimum 1500 euro netto geniet.
Rekening houdend met de AOW, aanvullend pensioen, inkomen uit vermogen en overig aanvullend inkomen komt het gemiddeld netto pensioen in 2021/2022 uit op €2200,- – €2500,- per maand. Voor alleenstaanden ligt dit bedrag iets lager; gemiddeld tussen de €1400,- en €1700,-.
Eerder stoppen met werken kost tussen de 6 en 8 procent van je pensioen voor ieder jaar dat je eerder met pensioen gaat.
Over je spaargeld en beleggingen betaal je elk jaar belasting in box 3. Deze belasting betaal je als je vermogen boven een bepaalde drempel uitkomt. De drempel voor alleenstaanden is €50.650 (bedrag 2022), voor partners € 101.300 (bedrag 2022).
Werknemers die geen pensioen opbouwen zijn vaker personen jonger dan 40 jaar, vrouwen en personen met een migratieachtergrond. Werknemers met een flexibel dienstverband en werknemers bij kleine bedrijven bouwen ook minder vaak een oudedagsvoorziening op.
AOW-bedragen 2023 – Per 1 januari zijn de AOW-bedragen als volgt: De bruto AOW-uitkering voor mensen met een partner bedraagt € 973,86 per maand. Het vakantiegeld bedraagt € 51,25. De netto AOW-uitkering voor mensen met een partner bedraagt per maand € 920,98. Zonder heffingskorting is dat € 736,06 netto per maand.
Dan kunt u bij een aantal situaties weer een AOW-toeslag krijgen: Het inkomen van uw partner is maximaal 3 maanden te hoog. Het inkomen van uw partner is langer dan 3 maanden te hoog, maar heeft steeds een andere reden. Het inkomen van uw partner wisselt iedere maand.
Ben je getrouwd en pas je de heffingskorting toe op je AOW, dan krijg je vanaf juli 2023 een bedrag van € 939,24 (netto) per maand per persoon. Zonder deze heffingskorting ontvang je € 750,91 per maand per persoon.”
Rekening houdend met de AOW, aanvullend pensioen, inkomen uit vermogen en overig aanvullend inkomen komt het gemiddeld netto pensioen in 2021/2022 uit op €2200,- – €2500,- per maand.
Ook hier bepaalt je streefkapitaal hoeveel per maand je moet leggen. Zo moet je bij een rendement van 5 procent 65 euro elke maand inleggen om 100.000 euro te bereiken, maandelijks 131 euro inleggen om 200.000 euro te halen en 196 euro per maand beleggen voor een pensioenkapitaal van 300.000 euro.
Voorkeur werkenden gaat uit naar uittreden rond 61 jaar
Hun voorkeur gaat uit naar ophouden met gemiddeld 61,2 jaar, terwijl ze 66,1 jaar verwachten. Hun wensen op dit vlak zijn vrijwel hetzelfde als in 2010 (zie figuur 3), toen deze vraag voor het eerst gesteld is en de AOW-leeftijd nog 65 jaar was.
Als je pensioen en AOW samen hoger zijn dan eerste belastingschijf van € 35.472,- kun je dus eerder met pensioen zonder dat het je extra belasting kost. Is je pensioen en AOW lager, dan levert eerder met pensioen je wel een belastingnadeel op van ongeveer 12%.
Omdat je op latere leeftijd (vaak) meer verdient én de eindloonregeling alleen rekening houdt met je laatstverdiende loon bouw je bij deze regeling vaak meer pensioen op op latere leeftijd.