Deze
Je kan met behulp van iemands motieven zijn standpunt in een kwaad daglicht stellen. Of je kan iemands standpunt schade toebrengen door iets wat hij of zij gedaan heeft 'tegen' zijn standpunt te noemen.
Autoriteitsargument of verkeerde autoriteit
Hierbij wordt een autoriteit gebruikt die het met het standpunt eens is, dus dan moet het ook wel waar zijn. Dit hoeft geen deskundige autoriteit te zijn. Er wordt dan ten onrechte beroep gedaan op deze autoriteit.
Een drogreden waarbij de spreker een mening of conclusie formuleert die logisch gezien niet uit de argumenten of premisse volgt.
Wanneer je argumenteert, probeer je een ander te overtuigen van jouw gelijk. Je hoopt hiermee te bereiken dat de ander zijn mening over het onderwerp verandert. Voorbeeld: “Faalangst is iets waar je invloed op hebt (standpunt), want je kunt je gedachten om leren zetten met cognitieve gedragstherapie (argument),”.
Een schrijver maakt een redeneerfout als hij/zij een redenering presenteert zonder valide rechtvaardiging, en dan vervolgens stelt dat iemand anders maar eens moet bewijzen dat het niet zo is.
Bij een verkeerde vergelijking worden twee of meerdere dingen met elkaar vergeleken die niets met elkaar te maken hebben of niet met elkaar vergeleken kunnen worden. Voorbeeld: Verkeerde vergelijking Ik vind dat je je dochter gewoon in haar eentje naar IJsland moet laten gaan.
Een ervaring kan gebruikt worden als een feit. We spreken dan van een empirisch argument. Iemand kan aan het woord gelaten worden die veel van het onderwerp afweet. Er wordt dus een beroep op gezag gedaan.
Argumentatieschema opstellen
Kijk goed naar de signaalwoorden die horen bij het standpunt. Ga vervolgens op zoek naar de argumenten. Kijk goed naar de signaalwoorden die horen bij het argument. Kijk daarna of de argumenten die je hebt gevonden met elkaar in verband staan en probeer zo het juiste schema te maken.
Stroman is een drogreden waarbij niet het werkelijke standpunt van de tegenstander weerlegt word maar een (karikaturale) variant hiervan. Reageert iemand met 'Wat je eigenlijk zegt is…' let dan goed op of het vervolg klopt en jouw punt niet verdraaid wordt.
De cirkelredenering is een discussiefout waarbij iemand een argument opvoert dat gelijk is aan het standpunt. Bijvoorbeeld: Ik vind Kees geen aardige man, want ik mag hem niet zo.” of met iets meer uitgebreider. Je hebt geen goede literaire smaak, want je leest Kluun en niet Grunberg.
Een overhaaste generalisatie, ook bekend als de "wet van de kleine aantallen" (de tegenhanger van de "wet van de grote aantallen"), "secundum quid" of "overgeneralisatie", is een drogreden waarbij een standpunt wordt beargumenteerd op basis van te weinig en niet-representatieve gegevens.
een valse tegenstelling / dilemma: wanneer je als verdediging stelt dat er maar 1 extreem alternatief is; bv. Als we abortus legaliseren, dan staat de deur open voor kindermoord.
Een vals dilemma, valse tweedeling of valse dichotomie (ook wel zwart-witdenken genoemd) is een drogreden of denkfout waarbij twee alternatieven voorgesteld worden als de enige mogelijkheden, terwijl er in werkelijkheid nog andere zijn. Als zodanig is het een foute toepassing van het principe van de uitgesloten derde.
Als het gaat om standpunten en argumenten die impliciet aanwezig zijn door wat er wel staat of gezegd wordt, is er sprake van 'verzwegen' argumenten. Dit hoeft niet altijd te zijn om anderen te misleiden, vaak wordt er iets verzwegen omdat het vanzelfsprekend lijkt.
In een betoog wil je, net als tijdens een debat, anderen overtuigen om jouw standpunt in te nemen. Dit doe je door argumenten te brengen die jouw (opgelegde) mening ondersteunen. Je gaat er in een betoog vanuit dat de lezer het oneens is met jouw standpunt óf nog geen mening heeft over het onderwerp.
Compositie-drogreden: onjuist aannemen dat alle onderdelen van toepassing zijn op het geheel.
Een betoog is een tekst waarin je duidelijk jouw mening geeft. Je schrijfdoel is om de lezer te overtuigen van die mening. Om dit te doen, geef je argumenten die jouw mening ondersteunen. Deze argumenten kunnen weer worden ondersteund door voorbeelden.
Er zijn objectieve en subjectieve argumenten. Objectieve argumenten zijn gebaseerd op controleerbare feiten. Subjectieve argumenten zijn bijvoorbeeld gebaseerd op een mening, gevoel, ervaring of vermoedens. Je kunt argumenten ontkrachten door te laten zien dat ze zwak of onjuist zijn.