Nu is het btw-tarief voor vlees 9%. Een verhoging van 12% dus. Een aantal politieke partijen wil deze extra belasting op vlees al heel lang invoeren, er was alleen nooit een meerderheid voor in de Tweede Kamer.
9% btw-tarief
Bekijk hieronder de meest voorkomende goederen en diensten waarbij het verlaagde btw-tarief wordt toegepast. Voorbeelden van producten met een 9% btw-tarief: Voedsel (groente, fruit, brood, vlees, vis, zuivel en eieren)*
Leveringen en diensten die belast zijn met een laag tarief, vallen onder het btw-tarief in Nederland van 9%. Onder dit tarief vallen de volgende goederen: voedingsmiddelen, water, agrarische goederen, geneesmiddelen, hulpmiddelen, kunst, verzamelvoorwerpen, antiek, boeken en periodieken.
21% btw. Het algemene btw-tarief van 21% geldt voor alle producten en diensten die niet zijn vrijgesteld, en die niet onder het 9%-tarief of het 0%-tarief vallen.
6% voor basisproducten
Voor basisproducten geldt een verlaagd btw-tarief van 6%. Bedoeling is om die producten betaalbaar en toegankelijk te houden. Het gaat bijvoorbeeld om levensnoodzakelijke middelen (vlees, vis, zuivel, groenten, …) en landbouwdiensten.
In de voedingssector geldt dit voor de basisingrediënten: vlees en vis, zuivel, groenten en fruit, vetten en olie … Ook voor tijdschriften, geneesmiddelen, vervoer, hotels, cultuur, bloemen of fietsherstellingen reken je 6%.
De volgende diensten vallen onder het 0%-tarief: diensten bij invoer en uitvoer van goederen naar landen buiten de EU. internationaal personenvervoer. werk aan goederen die worden uitgevoerd naar niet-EU-landen.
Eten en drinken (niet-alcoholhoudend) in horecabedrijven valt onder het 9%-tarief. Dit tarief geldt ook voor afhaalmaaltijden.
12% voor specifieke goederen en diensten
Het gaat om goederen en diensten die vanuit economisch of sociaal oogpunt belangrijk zijn. Steenkool, margarine, banden voor landbouwmachines en tractoren en sociale woningen zijn enkele voorbeelden, maar ook op bereide maaltijden in de horeca is dit btw-tarief van toepassing.
Het standaard btw-tarief is dus 21%. Dit btw-tarief reken je voor alle goederen en diensten die niet vrijgesteld zijn van btw en ook niet onder het lage tarief van 9% of 0% vallen. Het lage tarief van 9% komt minder vaak voor en geldt vooral voor voedingsmiddelen, geneesmiddelen, boeken en kappersdiensten.
Voorbeelden zijn groente & fruit, vlees & vleeswaren, zuivel, brood, soepen & sauzen, pasta & rijst, snoepgoed, chips & noten, chocola- sap & siroop, frisdrank, bakproducten en voedingspreparaten & supplementen. Voor deze voedingsmiddelen geldt het standaard btw-tarief van 21%.
De verkoop van huisvuilzakken voor rekening van de stad of de gemeente valt buiten de btw. De verkoop is dus niet aan btw onderworpen en de 'omzet' die daarmee behaald wordt, moet niet opgenomen worden in de btw-aangifte.
Diensten die rechtstreeks verband houden met de levering van water, vallen onder het 9%-tarief.
Prijzen van goederen en diensten
Elke slagerij valt onder het verlaagde btw-tarief van 6%.
Als voorbeeld nemen we een inkoopfactuur van de Sligro. Hiervan is een deel 21% en een deel 9% btw. De btw-bedragen staan altijd apart vermeld op de factuur. In het voorbeeld is dit € 9,54 btw hoog (21%) en 41,34 btw laag (9%).
Alcoholhoudende dranken vallen onder het 21%-tarief. Niet-alcoholhoudende dranken en alcoholarme dranken vallen onder het 9%-tarief.
De btw op groente en fruit is nu nog 9 procent, maar in het regeerakkoord kondigde het kabinet aan dat dit tarief moet worden teruggebracht naar nul per 2024. Wel zou er eerst nog een onderzoek plaatsvinden. Vorige maand kwamen de onderzoeksresultaten naar buiten en die legden een klein bommetje onder het plan.
Voor bijna alle voedingsmiddelen geldt een btw-tarief van 9%, ook wel het lage btw-tarief genoemd. Eerder was dit altijd 6%, maar vanaf 2019 is het verhoogd naar 9%.
Over de brandstofprijs, inclusief accijns, heft de overheid btw. Die is voor brandstof 21%. Omdat het een percentage is, beweegt het btw-bedrag mee met de brandstofprijs.
Ook hier is sprake van een combinatie van producten, namelijk: snoep (9% btw) en speelgoed (21% btw).
Goederen met 0% btw zijn bijvoorbeeld goederen die u levert aan een ondernemer in een ander EU land. In sommige branches en bij een aantal activiteiten hoeft u geen btw in rekening te brengen. Bijvoorbeeld in het onderwijs of als u excursies en rondleidingen verzorgt. U maakt dan gebruik van een btw-vrijstelling .
Deze bedrijven kunnen een fiscale eenheid vormen. Zij voegen zich dan voor de btw samen tot 1 financiële, organisatorische en economische organisatie. Zij betalen geen btw als zij elkaar goederen of diensten leveren.
U kunt Nederlandse btw terugvragen over de afgelopen 5 jaar. Doe uw digitale verzoek om teruggaaf van Nederlandse btw over vorig jaar vóór 1 oktober van dit jaar. Daarna kan dit mogelijk niet meer digitaal. U kunt dan een schriftelijk verzoek doen bij de Nederlandse belastingdienst.
In het regeerakkoord heeft de huidige coalitie afgesproken de btw op groente en fruit te verlagen van 9% naar 0%.