De meeste paarden en pony's hebben aan gras en hooi meer dan voldoende. Alleen als je erg veel arbeid van de dieren vraagt, hebben ze soms bijvoeding in de vorm van krachtvoer nodig. Paarden zijn echte dooreters. Ze zijn van nature ingesteld op een geleidelijke en langdurige opname van vrij laagwaardig gras.
Groenten voor paarden: Naast fruit is groente (met mate) ook een optie. De volgende groenten kan je veilig aan je paard voeren: broccoli, boerenkool, spruitjes, spinazie, radijsjes en wortelen. Vooral wortelen zijn een gezonde aanvulling, ze bevatten erg weinig suiker, veel vocht en daarnaast ook nog bèta-caroteen.
Verschillende type paardenvoer
Naast ruwvoer als hooi en gras (1,5 tot 2% van het lichaamsgewicht per dag) kun je - op basis van de behoefte van je paard - het rantsoen aanvullen met verschillende typen paardenvoer. Ruwvoermix (ook wel chaff of blend genoemd); mix van verschillende soorten ruwvoer.
Wortels zijn goed, sla, selderij en sperziebonen of peultjes mag ook, maar geef je paard geen uien, broccoli, kool/bloemkool of spruitjes. De tomatenplant behoort tot de nachtschadefamilie, die niet goed is voor paarden.
Brood bestaat voornamelijk uit tarwe, een product dat je ook terug ziet in paardenvoer. Maar omdat brood voor de mens wordt gemaakt, is het niet ideaal voor paarden. Bij het voeren van vers brood kan er een grote deegbal gevormd worden die slecht verteerbaar is en voor verstoppingen kan zorgen.
Er zijn verschillende soorten groenten en fruit die aan paarden kunnen worden gevoerd. Groentes zoals boerenkool, broccoli, spruitjes, radijsjes, spinazie, komkommer en wortelen kunt u aan uw paard voeren.
Bananen voor paarden kunnen een lekker tussendoortje voor het paard zijn. De meeste vitamines zitten in bananen. Vitamine B6 bijvoorbeeld helpt je paard bij het opbouwen van een goede weerstand. Bananen bevatten Kalium.
Na zes weken kun je beginnen met het voeren van het nieuwe hooi, maar laat deze overgang geleidelijk verlopen. Het nieuw geoogste hooi kan namelijk heel anders zijn dan het "oude" hooi. Als hooi wordt opgeslagen verliest het langzaam zijn voedingswaarde. Voer hooi bij voorkeur binnen een jaar op.
Laat een paard niet langer dan zes uur zonder voer staan.
Met vers, smakelijk stro in de stal mag dit wel langer zijn (acht uur), maar veel stro eten kan bij gevoelige paarden leiden tot verstoppingskoliek.
De meeste paarden en pony's hebben aan gras en hooi meer dan voldoende. Alleen als je erg veel arbeid van de dieren vraagt, hebben ze soms bijvoeding in de vorm van krachtvoer nodig. Paarden zijn echte dooreters. Ze zijn van nature ingesteld op een geleidelijke en langdurige opname van vrij laagwaardig gras.
Paarden vinden het niet leuk als ze regelmatig over hun grenzen moeten gaan. Zijn de trainingen vaak erg moeilijk of net vervelend, dan zal je al snel merken dat je paard zijn halster niet zo graag meer laat omdoen.
Ze bevatten meer fructose. Daarom moet je met het geven ervan terughoudend zijn bij paarden die gevoelig zijn voor hoefbevangenheid of maagzweren. Het suikergehalte zorgt er namelijk voor dat de zuurgraad van de maag verandert. Voedingsdeskundigen houden een maximum van 5 kilo appels per dag aan.
Paarden verstaan ons mensen niet, maar begrijpen ons zeer zeker. Dat blijkt uit wetenschappelijk onderzoek. De dieren zijn in staat om subtiele oog- en lichaamsbewegingen op te vangen en te 'vertalen'. Helaas houdt het daar dan ook wel met op: echt communiceren lijkt onmogelijk.
Als de temperatuur boven de 25 graden komt, is het eigenlijk te warm voor een paard. Normaliter past het dier zich aan de hitte aan, maar door een combinatie van factoren zoals arbeid, weinig wind en hoge luchtvochtigheid kan de lichaamstemperatuur hoog oplopen.
Het paard likt en bijt zachtjes in je handen
Misschien wil het paard gewoon een snoepje van je. Maar het kan soms ook duiden op iets wat speelt bij jou, bijvoorbeeld als je vingers gevouwen zijn en het paard iets harder gaat bijten in je vingers.
Hooi dompelen heeft weinig invloed op de smakelijkheid en veel paarden eten het net zo goed als droog hooi. Hooi dompelen is (vooral met vorst) arbeidsintensief, maar wel vaak heel effectief. Het dompelwater dient elke dag verschoond te worden.
Door het hooi onder te dompelen en daarna direct eruit te halen verliest het hooi stof- en fijne deeltjes. Deze methode is geschikt voor ieder paard, maar wordt vaak gebruikt voor paarden die hooi gevoerd krijgen in de trailer of paarden die irritatie aan de luchtwegen hebben.
Paarden mogen maximaal ca. 1,2 – 2 kg wortelen per 100 kg lichaamsgewicht per dag krijgen. Dit betekent voor een volwassen paard van 600 kg ca. 7,2 – 12 kg wortels per dag.
Sommige soorten fruit bevatten pitten en die zijn niet goed voor je dier. Dus als je ze kersen, nectarines, abrikozen, Cantaloupe of (water)meloen wilt geven. Zorg er dan voor dat je de pit(ten) eruit gehaald hebt. Voor meloen, Cantaloupe en watermeloen is het daarnaast goed om de schil ook niet te geven.
Als je paard gedurende de dag lekker kan knabbelen of lekker de wei in kan, kun je het natuurlijke eetpatroon nabootsen. Zorg er daarom voor dat je paard nooit langer dan zes uur met een lege maag staat en geef minimaal drie of vier keer per dag ruwvoer.
Sommige groentes zijn specifiek interessant vanwege de bitterstoffen, dat zijn: broccoli, rode bietjes, komkommer, artisjok, pompoen, sla en witlof. En dan zijn er nog meer, maar die mag je alleen in zeer kleine hoeveelheden (1×1 cm) voeren, geef deze ook alleen aan gezonde paarden: bloemkool, boerenkool en spruitjes.
De hoeveelheid ruwvoer die je geeft kan je uitdrukken in hoeveelheid energie of gewicht. Je kan je paard teveel energie geven zonder de maximale hoeveelheid in gewicht te overschrijden. Dit uit zich dan in gewichtstoename van je paard.
Veilig keuzes voor paarden oftewel DO's zijn bijvoorbeeld, Appel, wortel, peer, banaan, watermeloen, aardbei, pepermunt en mandarijn. Dit zijn vruchten die veilig zijn om te eten, uiteraard wel met maten.