Wanneer blijkt dat een huurder te veel verdient voor de (sociale) huurwoning waarin hij woont, kan een verhuurder de huurder niet zomaar uitzetten. Met inkomensafhankelijke huurverhoging kunnen verhuurder huurders met een midden- of hoog inkomen er wel toe bewegen een vrije sector huurwoning of koopwoning te betrekken.
Vanaf 2022 mogen woningcorporaties elk jaar 7,5% van hun vrijgekomen huurwoningen toewijzen aan huishoudens met een inkomen boven de inkomensgrens; dus bij een inkomen van meer dan € 40.024 voor eenpersoonshuishoudens en meer dan € 44.196 voor huishoudens van 2 of meer personen (prijspeil 2021).
Heeft u een eenpersoonshuishouden en is uw inkomen hoger dan € 44.035 (in 2023)? Of heeft u een meerpersoonshuishouden en is uw inkomen hoger dan € 48.625 (in 2023)? Ook dan mag een woningcorporatie een sociale huurwoning aan u toewijzen.
De inkomensgrenzen voor 2021 zijn: € 28 105,00 voor een alleenstaande persoon zonder personen ten laste. € 30 460,00 voor een alleenstaande persoon met een handicap. € 42 156,00 verhoogd met € 2 356,00 per persoon ten laste, voor anderen.
Dan kan de Huurcommissie voor u controleren of de (begin)huur redelijk is van een sociale huurwoning of van een vrijesectorwoning. Blijkt de beginhuur te hoog? Dan verlaagt de Huurcommissie die.
Om te weten of je in aanmerking komt voor een nieuwe sociale huurwoning, moeten we inderdaad je inkomen weten. In 2021 moet een woningcorporatie minimaal 80% van haar vrijkomende sociale huurwoningen toewijzen aan huishoudens met een inkomen tot maximaal € 40.024.
Vermogen is de waarde van uw bezittingen min uw schulden. Wat u wel en niet als vermogen moet meetellen, is hetzelfde als bij uw belastingaangifte. Spaargeld, aandelen en een vakantiehuis in Nederland of het buitenland tellen bijvoorbeeld mee. Het huis waarin u woont en uw auto tellen níét mee.
Gewoonlijk wordt er aangeraden dat je ongeveer een derde van je maandloon mag uitgeven aan je huishuur. Met een nettoloon van 1400 euro kan je dus ongeveer huur betalen van 470 euro.
Hebt u een bescheiden inkomen, bestaat uw gezin uit minstens 5 gezinsleden en zoekt u een sociale huurwoningen in één van de stedelijke centra van Vlaanderen, dan kunt u in aanmerking komen voor een sociale huurwoning van het Vlaams Woningfonds.
Tot 1 juli 2022 mag uw verhuurder de (kale) huur met 2,3% verhogen. Vanaf 1 juli 2023 mag uw verhuurder de huur voor uw kamer, woonwagen of standplaats verhogen met maximaal 3,1%. De hoogte van uw inkomen is hier niet belangrijk.
In principe moeten corporaties vanaf 1 januari 2022 92,5% van de woningen toewijzen aan de doelgroep. Dat zijn dus eenpersoonshuishoudens met een inkomen tot en met € 44.035 (prijspeil 2023) en meerpersoonshuishoudens met een inkomen tot en met € 48.625 (prijspeil 2023). Corporaties mogen 7,5% vrij toewijzen.
Op 1 juli 2023 wordt de huur voor mensen met een laag inkomen verlaagd naar € 575 per maand. De huurverlaging geldt alleen voor sociale huurwoningen van een woningbouwvereniging.
Scheefwonen is niet strafbaar. Je kunt niet uit je huurwoning worden gezet en er dus in principe gewoon blijven wonen. Toch wordt er strenger opgetreden tegen scheefwoners, om mensen te ontmoedigen om in de huurwoning te blijven. Zo wordt er ieder jaar een inkomensafhankelijke huurverhoging vastgesteld.
Corporaties weten dan ook niet hoe vaak goedkoop scheefwonen voorkomt. Onderzoeken wijzen uit dat deze vorm van scheefwonen de laatste jaren in het algemeen is afgenomen. Zo blijkt uit het WoON2021-onderzoek dat er in 2018 nog 161.000 scheefwoners waren; in 2021 zijn dat er 150.000. . Dat is 6 á 7% van alle huurders.
Voor een sociale huurwoning moet je in minstens negentig gemeenten gemiddeld meer dan zeven jaar ingeschreven staan, blijkt uit onderzoek van de NOS. In de vijf gemeenten met de langste inschrijfduur (Landsmeer, Wormerland, Haarlemmermeer, Diemen en Amstelveen) wacht je gemiddeld zelfs langer dan zeventien jaar.
Voordat een huis een thuis is ben je een stuk verder. Het Nibud berekent zelfs dat je een bedrag tussen de 7000 en 12.000 euro opzij moet zetten.
In Oss vinden huurders in Brabant het snelst een huis in de sociale sector, dus met een huurprijs tot 752,33 euro per maand. Dat blijkt uit een onderzoek dat de NOS gedaan heeft. In Zundert wachten huurders het langst op een geschikt huis.
Een alleenstaande zonder kinderen heeft recht op een sociale woning als hij/zij jaarlijks minder dan 25.850 euro aan inkomsten heeft. Voor een koppel of alleenstaande met één kind is dat 40.940 euro per jaar en dat bedrag stijgt telkens met ongeveer 2.000 euro naargelang het gezin meer kinderen telt.
U mag in 2023 maximaal € 33.748 aan vermogen hebben om huurtoeslag te krijgen. Hebt u een toeslagpartner? Samen met uw toeslagpartner mag u € 67.496 aan vermogen hebben.
Afhankelijk van gezinssamenstelling, inkomen en smaak. Een globale richtlijn is rond de € 6.500 voor een alleenstaande en voor een gezin met twee kinderen ca. € 10.000. Deze bedragen zijn uiteraard niet voor iedereen op korte termijn haalbaar.
Over een deel van je vermogen betaal je geen belasting. Dat is de vrijstelling. In 2023 is de vrijstelling € 57.000. In 2022 was dit nog € 50.650.
De meeste verhuurders vragen (uiteindelijk) om een loonstrook, werkgeversverklaring of een ander bewijs van jouw inkomen. Voor ondernemers is dat meestal de IB-aangifte en/ of jaarcijfers. Daarnaast vraagt een verhuurder om een identiteitsbewijs. Vraag deze alvast op, zodat je later snel kunt handelen als dat nodig is.
Huurverlaging krijgen als u in 2021 een laag inkomen had
Huurt u een woning van een woningcorporatie en verdiende u in 2021 gezamenlijk maximaal 120% van het sociaal minimum (zie tabel hieronder)? Dan stelt uw woningcorporatie als het goed zelf vóór 1 juni 2023 een huurverlaging voor naar € 575,03 per maand.
Neem dan contact op met de gemeente over schuldhulpverlening. De gemeente kan u helpen met het oplossen van uw schulden. Mogelijk kan zij afspraken maken met uw verhuurder waardoor u in uw woning kunt blijven wonen.