Een ingeleide bevalling is niet zoals een spontane bevalling. Ingeleide weeën zijn heel anders dan weeën die spontaan beginnen. Je krijgt kunstmatige hormonen toegediend die sneller pijn kunnen veroorzaken dan bij een spontane bevalling.
Het opwekken van de bevalling is niet pijnlijker dan een normale bevalling, wel kan het soms langer duren en is het mogelijk spannender omdat het gepland is. Indien nodig kijkt een kinderarts na de bevalling uw kind na. Zo nodig blijft u samen met uw kind ter observatie in het ziekenhuis.
Het slangetje wordt vastgemaakt op uw bovenbeen. Het inbrengen van de ballon is niet pijnlijk. Het speculum onderzoek wordt door vrouwen vaak wel als onaangenaam maar niet heel pijnlijk ervaren.
Het personeel heeft doorgaans in de avonduren meer tijd en wacht wat rustiger af hoe de bevalling verloopt. Dit komt het kind ten goede: het krijgt de tijd om tussen de weeën door bij te komen. Dan is het logisch dat de baby in een betere conditie ter wereld komt.
Bij een inleiding met prostaglandinen zijn er vaak eerst veel harde pijnlijke buiken zonder dat dit nog echte ontsluitingsweeën zijn. Zijn de ontsluitingsweeën te pijnlijk, dan kunt u om pijnstillers vragen. U kunt dan een injectie krijgen met een sterk pijnstillend middel (pethidine).
De gynaecoloog adviseert meestal een inleiding tussen 24 uur en drie dagen na het breken van de vliezen.
Het verloop van een inleiding kan erg verschillen qua duur. Als je baarmoedermond bij het inwendig onderzoek onrijp is, kan de inleiding enkele dagen duren. Als de inleiding start met het breken van de vliezen, dan wordt je baby vaak binnen 24 uur geboren.
Voor het inleiden is er 2 cm ontsluiting nodig. Dit betekent dat de baarmoedermond een stukje open moet staan. Door dit kleine gaatje kan de verloskundige of arts-assistent de vliezen breken. Dit gebeurt tijdens het inwendig onderzoek met behulp van een soort haakje.
Soms lukt het rijp maken van de baarmoedermond niet binnen een dag en kan dit meerdere dagen duren. De gynaecoloog of verloskundige bespreekt met u wat er dan gedaan wordt. Er kan bijvoorbeeld opnieuw een ballonkatheter worden ingebracht of er kunnen opnieuw medicijnen worden gegeven.
De verloskundige regelt deze afspraak voor je. Wanneer de ballonkatheter er niet vanzelf uitvalt en je hebt tussentijds geen spontane weeën of gebroken vliezen gekregen dan zal ongeveer 24-36 uur na het plaatsen van de ballonkatheter de verloskundige bij je thuis langskomen.
Afhankelijk van de reden van de inleiding kan dit langer duren, soms tot de volgende ochtend. Afhankelijk van het verloop van de bevalling kun je onder de douche of word je op bed gewassen. Als jij of de baby geen intensieve controles nodig hebben, kun je ongeveer 3 à 4 uur na de bevalling weer naar huis.
Vóór 3 cm ontsluiting kan de ontsluiting dagen of weken duren. Dit is niet bijzonder verontrustend. Het is heel goed mogelijk dat de baarmoederhals bij 35 weken amenorroe iets tot 1 vinger opengaat en dan besluit helemaal niet meer te bewegen tot 37 weken amenorroe.
Bij een inleiding wordt de bevalling kunstmatig op gang gebracht (ingeleid). Dit gebeurt met medicijnen die de weeën opwekken.
Vóór het inleiden van een bevalling doen we eerst een inwendig onderzoek. Een inleiding kan namelijk alleen als de baarmoedermond al een beetje open en verweekt is. Dat noemen we ook wel 'rijp'. Dit onderzoek doen we meestal op de polikliniek.
Bij grotere groei van uw kindje, zal u met de gynaecoloog in gesprek gaan over inleiding van de bevalling bij 38 weken of het afwachten van het natuurlijke beloop. Beide situaties hebben voor- en nadelen. Wanneer de bevalling ingeleid wordt is er een kleiner risico op een schouderdystocie en breuken.
Het helpt om de wee rustig weg te zuchten. Door op je ademhaling te concentreren ontspan je je bekkenbodem waardoor de ontsluiting makkelijker toeneemt. Doordat je je focust op de ademhaling kan je de wee ook beter opvangen. Probeer tijdens de ontsluitingsperiode regelmatig van houding te veranderen.
Het electief inleiden van de baring bij 39 weken zwangerschap lijkt bij laagrisicozwangeren een efficiënte manier om met een beperkte interventie het verdere natuurlijke beloop en de uitkomsten van de zwangerschap substantieel te verbeteren, evenals de tevredenheid van de zwangeren.
Wanneer u tussen de 37 en 42 weken zwanger bent, wordt de bevalling op gang gebracht. Vóór de zwangerschapsduur van 37 weken is een inleiding meestal niet nodig. U krijgt dan medicatie om uw bloeddruk te verlagen.
Als de ballonkatheter uitvalt, betekent dit dat er 2 - 3 cm ontsluiting is. Het is de bedoeling dat de arts dan de volgende morgen uw vliezen breekt en de bevalling gaat inleiden. *Veel praktische handelen worden overgenomen door de verloskundige die in het ziekenhuis werkt.
10% van de bevallingen begint met het breken van de vliezen, nog voordat er weeën zijn. De vliezen breken meestal 's nachts. Je merkt dit doordat je opeens vocht verliest.
In Nederland wordt maar liefst 33% van de bevallingen van een eerste kind ingeleid, 46% krijgt een knip! Dit blijkt uit een internationaal studie in 13 landen van de afdeling Midwifery Science van Amsterdam UMC.
In je inleiding introduceer je je onderwerp, stelt de probleemstelling op en vertelt je doelstelling en je onderzoeksvragen. Verder maak je een korte beschrijving van de onderzoeksopzet en maak je een leeswijzer.
Ontsluiting bij tweede kind
Maar verkijk je hier niet op. Bij een tweede kindje kun je al een paar centimeter ontsluiting hebben voordat de bevalling überhaupt begonnen is. Het is vrij normaal dat je bij een tweede, door de voorweeën, al een week of wat rondloopt met bijvoorbeeld 2-3 centimeter ontsluiting.
Ontsluiten bij tweede kind
Als je al een keer bevallen bent, ontsluit je vaak gemakkelijker dan de eerste keer. Je kunt al weken van tevoren 2-3 cm ontsluiting hebben zonder dat je echt weeën hebt, vaak heb je wel last gehad van voorweeën.