Autisme en ADHD komen vaak gezamenlijk voor, hoe vaak precies is nog onbekend. Wat betreft gedrag kennen de twee diagnoses opvallend veel overlap. Dit maakt het stellen van de juiste diagnose vaak lastig. De oorzaken van het gedrag kunnen totaal verschillend zijn.
Mensen met autisme houden in het algemeen van routine, kunnen heel lang diep gefocust zijn (het zogeheten hyperfixatie) en hebben moeite met het herkennen van social cues. ADHD'ers daarentegen hebben af en toe een hyperfocus, maar zijn impulsief en switchen vaak van het een naar het ander.
Autisme en ADHD zijn twee verschillende ontwikkelingsproblemen, maar ze kunnen overlap in symptomen hebben. Welke zijn dat? 'Allereerst zijn autisme en ADHD beide ontwikkelingsstoornissen. Dit betekent dat er al vanaf de vroege ontwikkeling symptomen zijn, al is dit voor autisme sinds de DSM-5 geen harde eis meer.
Meisjes die vaak afgeleid zijn, veel kletsen, hun werk niet af hebben en rustig zitten te dagdromen, geven minder aanleiding tot ongerustheid. In tegenstelling tot jongens, bij wie ADHD zich vaak uit in agressief, druk en storend gedrag zodat zij sneller worden doorverwezen en behandeld.
Bij de meeste mensen ligt de oorzaak waarschijnlijk in een (unieke) combinatie van genen en omgevingsfactoren, die elkaar wederzijds beïnvloeden. Omgevingsfactoren kunnen daarbij zorgen voor de trigger(s), waardoor autisme al dan niet tot uiting komt.
Kenmerken die vaak in verband worden gebracht met autisme zijn: Problemen op sociaal gebied/minder goed ontwikkelde sociale intuïtie. Moeite met (onverwachte) verandering. Dingen heel letterlijk nemen.
Je hoort veel geluiden om je heen en ziet veel kleuren. Je hersenen kunnen al die informatie tegelijk moeilijk verwerken. Heftige beelden, veel geluiden, kleuren. Dit is een beetje hoe iemand die autistisch is, de wereld ervaart.
Er zijn vaak uitgebreide testen nodig om deze diagnose te kunnen stellen. Autisme uit zich namelijk bij iedereen anders. Je kunt bijvoorbeeld een lichte variant van autisme hebben met minder symptomen, maar ook een zware variant.
Lange tijd is er twijfel geweest over het kunnen aangaan van een partnerrelatie door mensen met een Autismespectrumstoornis (ASS). Inmiddels weten we dat ook mensen met autisme behoefte hebben aan een intieme of partnerrelatie, op zoek gaan naar een dergelijke relatie en deze ook daadwerkelijk (kunnen) aangaan.
Maar ook kunnen andere aandoeningen of stoornissen lijken op de ADHD kenmerken. Zoals bij autisme vaak voorkomt. Deze aandoeningen lijken ontzettend veel op elkaar. Maar ze kunnen ook naast elkaar bestaan, alleen komt de oorzaak van de symptomen ergens anders vandaan.
Onderzoekers gaan ervan uit dat erfelijkheid de grootste rol speelt bij ADHD. Er is nog geen specifiek gen voor ADHD ontdekt. Het lijkt erop dat meerdere genen er samen voor zorgen dat je aanleg hebt voor ADHD. Dit houdt in dat ADHD kan ontstaan wanneer verschillende genen en omgevingsfactoren op elkaar reageren.
Er wordt van hen meer verwacht. Vrouwen proberen het vaak juist heel erg goed te doen, waardoor ze zichzelf uitputten en overspannen of burn-out raken. Nog andere symptomen zijn: overprikkeling en overgevoeligheid voor licht en geluid, hypermobiliteit, overgevoeligheid voor afwijzing en woedebuien.
Veel mensen met autisme geven de voorkeur aan een computer en kantoor gerelateerde baan zoals administratie en dan komt nauwkeurigheid goed van pas. Ook vind je werknemers met autisme in wetenschappelijke beroepen, of als tekenaar, schrijver, onderzoeker of een baan gerelateerd aan muziek.
Asperger. Asperger lijkt wat betreft sociale problemen en communicatieproblemen op klassiek autisme. Het verschil is dat mensen met Asperger wel goed kunnen praten en leren. Het is echter wel moeilijker voor deze groep om taal te begrijpen en te begrijpen wat andere mensen denken en voelen.
De Zwitserse psychiater Eugen Bleuler, die de term autisme introduceerde, zag "autistisch denken" als een pathalogische manier van denken, gericht op het vervullen van affectieve behoeften (wensgedachten), zonder zich te bekommeren om de werkelijkheid.
Bij ADHD kunt u uw aandacht minder goed ergens bijhouden. Ook heeft u last van onrust en dingen doen zonder na te denken. U heeft daardoor problemen, bijvoorbeeld thuis en op uw werk. Gedragstherapie en een coach kunnen helpen om minder last van ADHD te hebben.
Bedenk dat iemand met autisme niet onbeleefd wil zijn als hij of zij je niet aankijkt. Verwacht niet een reactie op jouw non-verbale communicatie zoals een boze gezichtsuitdrukking of gebaren. Als je wilt dat iemand reageert op wat je zegt, vraag er dan specifiek om ('luister naar wat ik vertel').
Problemen in de sociale interactie (contactstoornis)
Moeite met sociaal of persoonlijk contact. Bijvoorbeeld moeilijk vriendschappen kunnen sluiten en onderhouden. De manier van contact maken met anderen is opvallend anders. Moeite om te begrijpen wat een ander van jou verwacht.
Mensen met autisme hebben dus wel veel belang bij een liefdesrelatie, maar geven aan dat het in de praktijk moeizaam verloopt. Uiteindelijk kan er geconcludeerd worden dat geen een relatie hetzelfde is. Elke relatie valt in een andere context te plaatsen, en autisme zelf komt in allerlei vormen voor.
Daarnaast levert een wetenschappelijke studie uit 2009 belangrijke aanwijzingen dat, hoewel mensen met autisme een tekort kunnen hebben aan cognitieve empathie, zij over een overdaad aan emotionele empathie (het voelen van emoties van de ander) beschikken.
Autismespectrumstoornissen komen ook onder ouderen voor. Oudere patiënten melden zich meestal met cognitieve klachten, gedragsproblemen of somatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten. Overweeg dan ook een autismespectrumstoornis. Verwijs de patiënt bij een dergelijk vermoeden door naar de ouderenpsychiatrie.
'Die versnelde veroudering hebben we niet gevonden', vertelt Geurts. 'Autisme heeft in die zin dus geen impact op ouder worden, en andersom. Mensen blijken op oudere leeftijd soms zelfs beter in staat met hun autisme om te gaan.
11 januari 2019 – Een nieuw onderzoek van psychologen aan de universiteit van Kent toont voor het eerst aan dat volwassenen met autisme complexe emoties zoals spijt en opluchting bij anderen net zo makkelijk kunnen herkennen als mensen zonder de aandoening.
Niets is minder waar: adolescenten met autisme willen ook vriendschappen, maar ondervinden vaak meer moeite om deze aan te gaan en te behouden. Bovendien kunnen ze minder steun en verbondenheid ervaren in hun vriendschappen in vergelijking met leeftijdsgenoten zonder autisme.
Duidelijk en concreet communiceren
Ze nemen je woorden soms heel letterlijk. Het kan voor mensen met autisme ook moeilijk zijn om hoofd- en bijzaken van elkaar te onderscheiden. Maak daarom duidelijk wat jouw punt is. Communiceer rustig, duidelijk, direct en precies.