Toucheren kan als onprettig worden ervaren, daarom zal de verloskundige het toucheren alleen doen wanneer de kans groot is dat de ontsluiting is gevorderd. Zijn je vliezen al gebroken en ervaar je nog geen weeën? Dan wacht de verloskundige vaak nog met toucheren in verband met het risico op infecties.
Vooral in de midden- en laatste fase is de pijn goed te voelen. In de uitdrijvingsfase (tijdens het persen) is de pijn vaak het hevigst. Meestal is de pijn het meest in de buik te voelen, maar ook in de rug en de benen kan pijn gevoeld worden. Na de geboorte van de baby neemt de pijn zeer sterk af.
Toucheren hoort geen routine handeling te zijn, maar moet (als het al wordt gedaan) extreem mindful gebeuren. Immers je gaat met je hand het meest intieme, tere gebied van de vrouw binnen op een van de meest kwetsbare momenten in haar leven. Dus in de eerste plaats: do not touch.
Ook de uitdrijvingsweeën (persweeën) zijn meestal pijnlijk. Dit soort weeën zorgt ervoor dat het kind geboren wordt. Hoe lang de pijn aanhoudt en hoe pijnlijk het is, verschilt per bevalling. Meestal wordt de pijn erger als de ontsluiting toeneemt.
Sommige vrouwen die een kind hebben gehad vergelijken de weeën met de krampen die bij een flinke diarree horen, maar dan nog een graadje erger. Deze ontsluitingsweeën volgen elkaar in een steeds hoger tempo op en als je baby bijna wordt geboren krijg je uitdrijvingsweeën of persweeën.
“Over het algemeen is pijn erger bij vrouwen,” zegt dokter Darnall. “Mannen ervaren pijn minder intens. Sommige vrouwen geven overigens aan dat nierstenen pijnlijker zijn dan bevallen.” Dokter Paul Christo, pijnspecialist in het Johns Hopkins Hospital noemt dit “waarschijnlijk de ergste pijn die je je kunt voorstellen.
De weeën worden dan krachtiger en doen meer pijn. Tot slot krijg je persweeën, die vooral vlak voor de geboorte pijn kunnen doen. Als je baby geboren is, houden de weeën op. Je voelt nog een paar krampen om de placenta los te maken.
Naweeën kunnen als een erg stekende, nare, intense pijn worden ervaren, vooral bij een tweede of volgende bevalling. Sommige vrouwen vinden het erger dan de bevalling zelf! De intensiteit neemt meestal na 3 tot 4 dagen af.
De weeën worden krachtiger en pijnlijker naarmate de ontsluiting vordert. Tijdens de laatste centimeters ontsluiting zijn ze meestal het heftigst. Soms worden de pauzes tussen de weeën weer wat langer als je bijna kunt gaan persen.
Pas wanneer je 10 centimeter ontsluiting hebt is de baarmoedermond volledig open en klaar voor de geboorte van je baby.
Toucheren kan als onprettig worden ervaren, daarom zal de verloskundige het toucheren alleen doen wanneer de kans groot is dat de ontsluiting is gevorderd. Zijn je vliezen al gebroken en ervaar je nog geen weeën? Dan wacht de verloskundige vaak nog met toucheren in verband met het risico op infecties.
Het onderzoek heet ook wel een vaginale echoscopie. Het duurt ongeveer 5 tot 10 minuten. Dit kan vervelend aanvoelen, maar doet meestal geen pijn.
De meeste inleidingen verlopen zonder complicaties en de risico's van een ingeleide bevalling zijn meestal niet groter dan die van een normale bevalling. Wel is het noodzakelijk dat een inleiding onder goede controle en begeleiding plaatsvindt.
Tijdens de bevalling is pijn nuttig. De pijnprikkel gaat in de hersenen naar de hypofyse ( het orgaan dat oxytocine = bevallingshormoon produceert). De pijnprikkel zorgt ervoor dat er meer oxytocine wordt aangemaakt. De endorfine die je lichaam aanmaakt is een natuurlijk pijnstiller.
Sterke persweeën zorgen ervoor dat de baby in de regel snel geboren wordt. Bij een eerste kindje duurt dit persen gemiddeld 1-2 uur. Ben je al eerder bevallen kan het persen heel vlot gaan en kan een baby al binnen 5 – 30 minuten geboren zijn. Tijdens de bevalling controleren we of het met jou en de baby goed gaat.
Er is niet een eenduidig antwoord te geven op de vraag of je baby pijn ervaart tijdens de bevalling. Onderzoek uit Zwitserland heeft wel uitgewezen dat tijdens een vaginale bevalling een baby meer stress ervaart dan bij een keizersnede. Maar of dit komt door fysieke pijn, en of dit er überhaupt is, is nog niet bewezen.
Gemiddeld duurt het bij een eerste kindje 12 uur tot je volledige ontsluiting hebt. Daarna ga je nog ongeveer een uur persen. Bij een volgende bevalling gaat het in de regel allemaal wat sneller: 5-6 uur voor de ontsluiting en 10-15 minuten persen.
Vlak voor je bevalling voelen deze vroege weeën of voorweeën aan als menstruatiekramp die komt en gaat met tussenpozen van 20 tot 30 minuten.
De persdrang wordt steeds heviger tot het niet meer tegen te houden is. Dit is het moment dat je (meestal) volledige ontsluiting (10 cm) hebt bereikt en ook echt mag gaan persen.
Ongeveer de helft (53 procent) van de vrouwen die hun bevalling als (heel) zwaar hebben ervaren, hebben gebruik gemaakt van een vorm van pijnbestrijding. Bij vrouwen die de bevalling niet of niet zo zwaar vonden, is dat ongeveer een kwart (24 procent).
Na ongeveer zes weken is de pijn voor iedereen wel weg, en zijn de wonden goed genezen. Heb je geen scheurtjes overgehouden aan de bevalling? Dan kan je na een week al van het beurse gevoel af zijn.
Heel precies is het niet te omschrijven, omdat ze voor iedereen anders voelen. Maar een wee kun je misschien nog wel het beste vergelijken met heftige menstruatiepijn. Je voelt die pijn in je onderbuik of vagina, maar er zijn ook weeën die uitstralen naar je rug of benen.
Als je nu het advies krijgt om tijdens de bevalling niet te eten, is dat vanwege het ongemak dat het kan veroorzaken. Je kunt namelijk wat misselijk worden door de hevigheid van weeën of pijnstillers. Is je maag dan vol, dan moet je misschien overgeven. Niet gevaarlijk, maar wel vervelend.
Verdoofde zenuwen
Dat komt omdat de pijnstilling via een prik in de rug meteen terecht komt in de epidurale ruimte waar de onderbuikzenuwen liggen. De prik verdooft deze zenuwen. Zo voel je de bevallingspijn bijna tot niet meer.
Volgens sommige internetberichten bezorgt het ter wereld brengen van een kind de vrouw 57 'del'. Del zou hierbij een maat zijn om pijn te meten, met 45 del als de hoeveelheid die een menselijk lichaam redelijkerwijs kan verdragen en 57 del vergelijkbaar met het breken van twintig botten.