Spanning is de druk die de voedingsbron van een stroomkring uitoefent om geladen elektronen (stroom) door een geleidende lus te duwen, waardoor deze bijvoorbeeld een lamp kunnen laten branden. In het kort, spanning = druk en deze wordt gemeten in volt (V).
Stroom is de hoeveelheid elektrische lading die ergens doorheen stroomt (bijvoorbeeld door een draad). Symbool van stroom is I, eenheid de Ampère (A). Spanning kan het makkelijkst begrepen worden door het te zien als de 'kracht' waarmee de stroom door de draad 'geduwd' wordt.
Ampère ( A ) is de eenheid van stroomsterkte ( I ) en geeft aan hoeveel elektriciteit (lees: hoeveel elektronen) er door een apparaat loopt. Volt ( V ) is de eenheid voor spanning ( U ) en geeft aan hoeveel energie de elektriciteit met zich mee brengt.
Uitgeschreven betekent dit spanning = stroom x weerstand, of volt = amp x ohm of V = A x Ω.
Het voltage, afgekort als volt, geeft aan hoeveel spanning er op een aansluiting staat. In Nederland staat er 230 volt op de stopcontacten. De hoeveelheid stroom die uit het stopcontact komt, hangt af van het apparaat dat is aangesloten.
De volt is gedefinieerd als het potentiaalverschil over een geleider als een stroom van 1 ampère daarin een vermogen van 1 watt in warmte omzet.
Spanning kan zonder stroom, stroom kan niet zonder spanning. Dat is logisch. Als de kraan dicht zit verplaatst het water in de leiding zich niet terwijl er wel druk op staat. Andersom kan stroming niet zonder druk.
Als je de stroomsterkte in ampère vermenigvuldigt met de spanning in volt, krijg je jouw vermogen in watt. Een voorbeeld. Een toestel doet 2 ampère aan stroom doet lopen en heeft 220 volt. Maak de volgende berekening: 2 A x 220 V = 440 watt en ziezo, je weet hoeveel je apparaat verbruikt!
Stel je hebt een 24V motor met een vermogen van 1kW (=1000W). Hoeveel ampère trekt deze motor als je op vol vermogen vaart? Antwoord: W = V x A, dus 1000 = 24 x A. In dit geval deel je dus 1000/24 = 41,7.
Het is vooral de stroomsterkte die de mate van gevaar bepaald voor het menselijk lichaam. De spanning geeft aan hoeveel energie het voor de elektronen kost om van een bepaald punt in een stroomkring naar een ander bepaald punt te bewegen.
Spanning is er altijd en wil de stroom voortduwen en dat lukt alleen maar als het circuit gesloten is. Stroom is het dodelijke aspect bij elektriciteit. Een grote stroom is gevaarlijk, hier moet je dus zeer voorzichtig mee zijn.
Wet van Ohm
Het is logisch dat stroom, spanning en weerstand in nauw verband met elkaar staan. Hoe hoger de weerstand van een voorwerp; laten we zeggen een stroomdraad, des te meer energie kost het voor de elektronen om er doorheen te bewegen, en dus wordt de spanning die over de draad staat vanzelf hoger.
Elektrische spanning is de energie die elektronen meekrijgen als ze een door een stroomkring lopen als een elektrische stroom (stroomsterkte), die uitgedrukt wordt in Ampere (A). Je kunt dit een beetje vergelijken met de waterdruk die op een leiding of slang staat.
Wij onderscheiden twee vormen van spanning: wisselspanning (AC) en gelijkspanning (DC). Spanning wordt uitgedrukt in Volt (V), en frequentie wordt uitgedrukt in Hertz (Hz): de snelheid waarmee spanning van potentiaal wisselt.
De spanning is de kracht gedeeld door het oppervlak van een voorwerp. De mate waarin een voorwerp uitrekt wordt de rek genoemd van een voorwerp. Rek is een grootheid zonder eenheid.
Gemiddeld staat er een spanning van 230 volt op elke fase van uw aansluiting. Huishoudens hebben steeds vaker 3 fasen op hun aansluiting. Dit is meestal een 3x25 Ampère aansluiting.
Vermenigvuldig hiervoor de stroom met de spanning. 16 Ampère x 220 Volt = 3520 Watt. 3520 Watt kan tevens uitgesproken worden als 3,5 kilowatt of 3,5 kW.
Een 1 fase groepenkast volstaat, als de aangesloten apparaten tegelijkertijd minder dan het maximale vermogen verbruiken, voor een 1 fase aansluiting ligt dit vermogen op ongeveer 8000 Watt. Dit is het vermogen dat je elektrische apparaten maximaal gelijktijdig mogen verbruiken.
Bij hoogspanning (meer dan 1000 volt) is te dicht naderen van een geleider al heel gevaarlijk. Gewone stroom, maar ook statische elektriciteit die bijvoorbeeld ontstaat bij laden en lossen van vloeistoffen, kunnen brand en explosies veroorzaken.
De bruine draad is de fasedraad en zorgt voor de stroomtoevoer. Hier staat altijd spanning op. De blauwe draad zorgt voor de afvoer van stroom.
Allerlei gebieden in de hersenen werken samen bij spanning én ontspanning. Wanneer je stress ervaart, bijvoorbeeld door een conflict op je werk of een onoplettende fietser, wordt een stressreactie in je hersenen geactiveerd. Tijdens deze reactie maken je hersenen stresshormonen aan, zoals adrenaline en cortisol.
Spanning – Volt of Voltage (V):
Het aantal volt is de hoeveelheid energie die wordt meegegeven aan een elektronische stroomkring. Met een stroomkring bedoelen we bijvoorbeeld een elektronisch apparaat. Bij een 12V apparaat wordt altijd 12 volt “meegegeven” uit de accu.
Netspanning is wisselspanning van minder dan 1000 volt die via het elektriciteitsnet aan de kleinverbruikers wordt geleverd. Gewoonlijk wordt met netspanning de elektriciteit die thuis uit het stopcontact komt bedoeld, met een spanning van circa 220 tot 240 volt.
220 Volt x 16 Ampère = 3520 Watt
Zoals eerder uitgelegd gebruiken we 220 Volt zodat je nog wat speling hebt. Je wilt namelijk niet dat je je groep overbelast. En waarom gebruiken we 16 Ampère? In de meeste woningen kunnen de groepen 16 Ampère aan stroomsterkte leveren.