Wat is de belastingvrije voet voor spaargeld? Of met andere woorden, hoeveel geld kun je belastingvrij sparen? In fiscaal jaar 2022 is dit bedrag € 50.650 of € 101.300 voor fiscale partners. Voor 2023 gaat dit bedrag omhoog naar ongeveer € 57.000, of ongeveer € 114.000 voor fiscale partners.
Het heffingsvrijvermogen is in 2023 € 57.000 per persoon. Dus voor u en uw fiscaal partner samen € 114.000. Grondslag sparen en beleggen: € 350.000 - € 114.000 = € 236.000. U en uw fiscaal partner geven ieder de helft van de grondslag sparen en beleggen op.
Rendementspercentages in 2023 zijn: 0,36% voor spaargeld, 6,17% voor beleggingen en andere bezittingen, 2,57% voor schulden.
Het heffingsvrij vermogen voor 2024 waarover geen vermogensbelasting betaald hoeft te worden is waarschijnlijk ongeveer €57.000 per persoon. Bij fiscale partners is dan het totale heffingsvrije vermogen €114.000.
Over uw belastbaar inkomen uit vermogen betaalt u belasting. Wij gaan ervan uit dat u een voordeel hebt uit uw grondslag sparen en beleggen. Over dit voordeel betaalt u vanaf 2023 32% inkomstenbelasting. In 2022 en 2021 is dat 31% inkomstenbelasting.
Het heffingsvrije vermogen in box 3 is in 2023 verhoogd naar € 57.000 (was €56.650 in 2022).
Vermogen is bijvoorbeeld spaargeld, dure sieraden of een auto. Als u alleen woont geldt een maximumbedrag van € 7.605, en als u met uw partner of met een kind (jonger dan 18 jaar) woont € 15.210 (bedragen voor 2023).
Dit jaar, in 2022, kun je €50.650 belastingvrij sparen (€650 meer dan in 2021). Dat gaat dus om het heffingsvrije vermogen zonder partner. Het is goed om te weten dat het bedrag dat je belastingvrij mag sparen aanzienlijk is gestegen ten opzichte van €30.846 in 2020.
Vermogen is de waarde van uw bezittingen min uw schulden. Wat u wel en niet als vermogen moet meetellen, is hetzelfde als bij uw belastingaangifte. Spaargeld, aandelen en een vakantiehuis in Nederland of het buitenland tellen bijvoorbeeld mee. Maar het huis waarin u woont en uw auto tellen níét mee als vermogen.
Iemand die 1400 euro per maand verdient, kan nou eenmaal niet zoveel sparen als iemand die 2600 euro per maand op zijn of haar bankrekening krijgt. Daarom is het advies van het Nibud: spaar iedere maand 10 procent van je netto inkomen.
Hoeveel sparen per maand is het advies? Het Nibud hanteert als vuistregel dat je elke maand minimaal 10% van je inkomen op je spaarrekening zou moeten storten. Het gaat dan om 10% van je netto-inkomen. Die richtlijn is overigens niet zó strikt dat je elke dag dit bedrag moet sparen.
Het Nibud adviseert om 10% van je netto inkomen te sparen. Je hoeft niet elke maand 10% opzij te zetten. Het kan de ene keer wat meer en de andere keer wat minder zijn. Als je maar wel gemiddeld aan 10% komt.
Het wettelijk minimumloon stijgt is per 1 januari 2023 met ruim 10% gestegen. Eerder zou het minimumloon in drie jaarlijkse stappen omhoog gaan tot in totaal 7,5%. Dit is aangepast naar een verhoging van ruim 10% in één keer per 1 januari 2023. De AOW en minimumuitkeringen, zoals de bijstand en de Wajong, stijgen mee.
Minder inkomstenbelasting betalen in 2023, een hoger minimumloon, hogere uitkeringen, AOW en toeslagen en compensatie voor de energierekening. 2023 wordt financieel minder zwaar dan 2022.
Een gemiddeld Nederlands huishouden had aan het begin van 2022 ongeveer € 50.000 aan spaargeld. Dit klinkt als een flinke som. Toch had 20% van de huishoudens in 2012 nog helemaal geen buffer en 20% een te kleine buffer voor hun salaris en leefomstandigheden.
U mag aardig wat spaargeld hebben zonder dat uw zorgtoeslag in gevaar komt. U kunt in 2023 zorgtoeslag krijgen als uw vermogen op 1 januari 2023 niet hoger is dan € 127.582. Hebt u een toeslagpartner? Dan mag het vermogen op 1 januari 2023 van u samen maximaal € 161.329 zijn.
Vanaf een bepaald bedrag wordt er van je verwacht dat je belasting afdraagt over het spaargeld. Voor het jaar 2022 is dit bedrag vastgesteld op 50.650 euro belastingvrij sparen. Heb je een fiscaal partner, dan mag je zelfs tot 101.300 euro belastingvrij sparen.
Wie 100.000 euro spaargeld heeft, hoeft niet zoveel anders te doen dan iemand die 50.000 euro heeft. U blijft het best verder doen met pensioensparen. U blijft het geld plaatsen op termijnrekeningen, die u structureert via de ladderconstructie.
Is 10000 euro spaargeld veel? Veertig procent van de Nederlanders die tussen de 20 en 45 jaar oud zijn heeft 10.000 tot 25.000 euro spaargeld of meer. Dat is net iets meer dan het percentage mensen dat minder dan 3.000 euro spaargeld heeft.
U bouwt een volledige AOW-uitkering op als u in de 50 jaar voordat uw AOW-uitkering ingaat, in Nederland heeft gewoond. Voor ieder jaar dat u mist, wordt de AOW met 2% gekort. Als uw AOW-leeftijd bijvoorbeeld 66 jaar is, dan start de opbouw van uw AOW bij 16 jaar. Woonde u al die tijd in Nederland?
De hoogte van het bedrag hangt af van het soort pensioen dat u in de maand mei krijgt: 1 373 euro bruto (vanaf 01.05.2023 aan index 169,23) als u een gezinspensioen ontvangt; 1 098,40 euro bruto (vanaf 01.05.2023 aan index 169,23) als u een pensioen als alleenstaande of een overlevingspensioen krijgt.
Rekening houdend met de AOW, aanvullend pensioen, inkomen uit vermogen en overig aanvullend inkomen komt het gemiddeld netto pensioen in 2021/2022 uit op €2200,- – €2500,- per maand.