Voor de lage eigen bijdrage rekent het CAK met een percentage van uw inkomen en een deel van uw vermogen (de vermogensinkomensbijtelling). Het meetellende percentage voor de lage eigen bijdrage is 10%.
De eigen bijdrage voor de Wlz wordt berekend aan de hand van het inkomen, het vermogen, de indicatie en de samenstelling van het huishouden van een klant. Afhankelijk van de situatie van de klant moet de klant een lage eigen bijdrage of een hoge eigen bijdrage betalen.
Zorg vanuit de Wlz vraagt u aan bij het Centrum indicatiestelling zorg (CIZ). U ontvangt per maand een factuur van het CAK. Uw eigen bijdrage is in 2023 minimaal € 0 per maand en maximaal € 2.652,40 per maand. In 2022 betaalde u maximaal € 2.506,- per maand.
Vermogen telt mee
De eigen bijdrage voor 2023 is dus gebaseerd op het verzamelinkomen van 2021. Het CAK trekt van dat verzamelinkomen een paar posten af, zoals de betaalde belasting en een bedrag voor zak- en kleedgeld. Maar er is ook een bijtelling voor het spaargeld. Daarvan telt 4 procent mee als inkomen.
In 2023 werken we met een toetsbedrag van € 31.340 (alleenstaand) of € 62.680 (met partner): Het vermogen tot het toetsbedrag telt niet mee voor de eigen bijdrage. Het vermogen boven het toetsbedrag telt wel mee voor de eigen bijdrage.
Je wordt gedwongen tot het opeten van vermogen. Voor wat betreft het vermogen kijkt men naar Box 3. De eigen woning zit normaal in Box 1, tot het moment van verkoop. Let wel op: bij de opname wordt voor de hoogte van de eigen bijdrage gekeken naar jouw vermogen van 2 jaar geleden.
Kosten die onder een verplicht of vrijwillig eigen risico vallen, zijn niet aftrekbaar. Ook kosten waarvoor een eigen bijdrage geldt aan het CAK of volgens de Zorgverzekeringswet zijn niet aftrekbaar.
Huurde u in 2022 op eigen kosten ziekenzorg (verpleegkundige zorg of lichamelijke verzorging) in, dan zijn de kosten hiervan volledig aftrekbaar als geneeskundige hulp. Het kan daarbij ook gaan om extra zorg, náást wijkverpleging (Zorgverzekeringswet) of langdurige zorg thuis (Wet langdurige zorg).
Hoeveel spaargeld mag je hebben als je 65 bent? Als je In Nederland 65+ bent dan mag je in 2022 €50.650 belastingvrij sparen. Heb je een fiscaal partner of ben je getrouwd dan wordt dit bedrag verhoogd naar €101.300 voor jullie samen.
Natuurlijk mag je nog schenken als je in een verzorgingstehuis of verpleeghuis zit. Een voorwaarde is wel dat je er zelf nog geestelijk toe in staat bent. Of dat je iemand hebt die bevoegd is om dit namens jou te doen.
Verpleeghuis en AOW
Wanneer uw partner langdurig in een verpleeghuis of een andere Wlz-instelling woont, kunt u kiezen voor AOW als alleenstaande. U blijft gewoon getrouwd, maar krijgt dan beiden AOW ter hoogte van 70% van het netto minimumloon.
U houdt gewoon zorgtoeslag als u of uw partner wordt opgenomen. Ook als u of uw partner op het adres van de zorginstelling wordt ingeschreven. U hoeft de opname niet aan ons door te geven. En ook een eventuele adreswijziging niet.
Uw verblijf in een verpleeghuis wordt vergoed uit de Wet langdurige zorg (Wlz). U betaalt altijd een eigen bijdrage. Hoe hoog uw eigen bijdrage is, wordt vastgesteld door het Centraal Administratiekantoor (CAK). U betaalt de eigen bijdrage rechtstreeks aan het CAK.
Dat betekent dat u een deel van de kosten zelf betaalt totdat uw eigen risico op is. Pas daarna gaat uw zorgverzekeraar alle kosten vergoeden. Er is geen verplicht eigen risico in de aanvullende verzekering.
Bijzondere bijstand aanvragen
Heeft u recht op bijstand? Dan kunt u voor de eigen bijdrage bijzondere bijstand aanvragen bij uw gemeente. De regels kunnen verschillen per gemeente. Sommige gemeenten ondersteunen mensen met een laag inkomen.
Bij de berekening van de eigen bijdrage kijken we ook naar vermogen zoals spaargeld, beleggingen of een tweede woning. Voorheen gebruikten we hiervoor de grondslag sparen en beleggen van de Belastingdienst. In 2023 werken we met een toetsbedrag van € 31.340 (alleenstaand) of € 62.680 (met partner).
Vermogen is de waarde van uw bezittingen min uw schulden. Wat u wel en niet als vermogen moet meetellen, is hetzelfde als bij uw belastingaangifte. Spaargeld, aandelen en een vakantiehuis in Nederland of het buitenland tellen bijvoorbeeld mee. Maar het huis waarin u woont en uw auto tellen níét mee als vermogen.
De hoogte van uw AOW-uitkering is niet afhankelijk van andere inkomsten zoals loon of een aanvullend pensioen van een pensioenfonds of verzekeringsmaatschappij. Ook een eventueel vermogen of eigen huis is niet van invloed op uw AOW-uitkering.
Het belastingpercentage gaat omhoog voor grotere vermogens van 31% vorig jaar naar 32% in 2023. Dit percentage gaat vervolgens in stappen omhoog naar 34% in 2025. Dit belastingpercentage wordt alleen geheven over het rendement dat je met je vermogen hebt behaald boven de vrijstelling.
Maximum hoge eigen bijdrage
De overheid heeft besloten dat er een maximumbedrag is voor de hoge eigen bijdrage. U betaalt in 2023 nooit meer dan € 2.652,40 hoge eigen bijdrage per maand. In 2022 was dit maximum € 2.506.
Als u er zelf voor kiest om in een zorginstelling te gaan wonen, heeft u hiervoor een indicatie nodig van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ). Zij bepalen of u in aanmerking komt voor verblijf met zorg vanuit de Wet langdurige zorg (Wlz).
In eerste instantie betaalt iedereen die naar een verpleeg- of verzorgingshuis gaat de lage eigen bijdrage. Die verschilt van 184 euro tot 966,60 euro per maand (2023), afhankelijk van het inkomen en vermogen. Op de website van het CAK kunt u een proefberekening maken.
Het CAK berekent en int de eigen bijdrage voor zorg vanuit de Wmo en Wlz. Klanten voorlichten over de eigen bijdrage is een belangrijke taak van de keten.
Voor sommige zorgkosten uit het basispakket moet de verzekerde een eigen bijdrage betalen. Dit kan een vast bedrag zijn, een percentage van de kosten of een bijbetaling. De eigen bijdrage geldt bijvoorbeeld voor kraamzorg en hoortoestellen.
Het eigen risico is een verplicht bedrag om te betalen. In 2023 is het eigen risico € 385. U betaalt dus zelf de eerste € 385. Pas daarna betaalt uw zorgverzekeraar de kosten.